Het taalgebruik in het boek De universele gnosis van Jan van Rijckenborgh en Catharose de Petri is onmiskenbaar van de jaren vijftig van de vorige eeuw, maar de boodschap is nu misschien wel actueler dan ooit. Hieronder volgt hoofdstuk 16 over ‘Het mysterie van het endura’.
Als een mens in de westerse wereld, geboren en getogen uit het bloed van talloze westerse geslachten, voor het eerst van zijn leven kennis neemt van de leringen der manicheeën, of van die der katharen, of van die van de in de historie dichter bij ons staande rozenkruisers van Johann Valentin Andreae, dan is hij ten hoogste verbaasd en staat hij Lees verder