Mysteriën van geboorte leven en dood, week 1: Het woord aannemen
Spirituele tekst (Bijbel): Johannes 1:1-34 (hoofdstuk 1 van het bijbehorende boek)
BESTEL BIJBEL, HERZIENE STATENVERTALING
BESTEL MYSTERIËN EN UITDAGINGEN VAN GEBOORTE, LEVEN EN DOOD
In het begin was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God. Dit was in het begin bij God. Alle dingen zijn door het Woord geworden, en zonder dit Woord is geen ding geworden dat geworden is. In het Woord was het leven en het leven was het licht van de mensen. En het licht schijnt in de duisternis, en de duisternis heeft het niet gegrepen.
Er was een mens door God gezonden; zijn naam was Johannes. Hij kwam tot een getuigenis, om van het licht te getuigen, opdat allen door hem geloven zouden. Hij was het licht niet, maar was gezonden om van het licht te getuigen. Dit was het waarachtige licht, dat in de wereld komt en ieder mens verlicht. Hij was in de wereld en de wereld is door hem ontstaan en de wereld heeft hem niet gekend.
Hij kwam tot het zijne, maar de zijnen hebben hem niet aangenomen. Maar allen die hem aangenomen hebben, hun heeft hij macht gegeven kinderen van God te worden, namelijk die in zijn naam geloven; die niet uit bloed, niet uit de wil van vlees en ook niet uit de wil van een man, maar uit God geboren zijn.
En het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond en wij hebben zijn heerlijkheid gezien, een heerlijkheid als van de eniggeborene van de Vader, vol van genade en waarheid. Johannes getuigt van hem en heeft geroepen: Híj was het van wie ik zei: deze die na mij komt, is vóór mij geworden, want hij was er eerder dan ik.
En uit zijn volheid hebben wij allen ontvangen, en wel genade op genade. Want de wet is door Mozes gegeven, de genade en de waarheid zijn er door Jezus Christus gekomen. Niemand heeft ooit God gezien; de eniggeboren zoon, die in de schoot van de Vader is, die heeft hem ons verklaard.
En dit is het getuigenis van Johannes, toen de joden priesters en levieten uit Jeruzalem stuurden om hem te vragen: Wie bent u? En hij beleed en ontkende het niet, maar hij beleed: Ik ben de Christus niet.
En zij vroegen hem: Wat dan? Bent u Elia? En hij zei: Ik ben het niet.
Bent u de profeet? En hij antwoordde: Nee.
Zij zeiden dan tegen hem: Wie bent u, opdat wij antwoord kunnen geven aan hen die ons gestuurd hebben; wat zegt u van uzelf?
Hij zei: Ik ben de stem van iemand die roept in de woestijn: Maak de weg van de Heer recht, zoals Jesaja, de profeet, gesproken heeft.
En zij die gestuurd waren, behoorden tot de farizeeën, en zij vroegen hem: Waarom doopt u dan, als u de Christus niet bent, en Elia niet, en evenmin de profeet?
Johannes antwoordde hun: Ik doop met water, maar midden onder u staat hij die u niet kent. Hij is het die na mij komt, die vóór mij geworden is, bij wie ik het niet waard ben de riem van zijn sandalen los te maken. Dit gebeurde in Bethabara, aan de overkant van de Jordaan, waar Johannes doopte.
De volgende dag zag Johannes Jezus naar zich toe komen en hij zei: Zie het lam van God, dat de zonde van de wereld wegneemt! Híj is het van wie ik gezegd heb: Na mij komt een man die voor mij geworden is, want hij was er eerder dan ik. En ik kende hem niet, maar opdat hij aan Israël geopenbaard zou worden, daarom ben ik gekomen om te dopen met het water.
En Johannes getuigde: Ik heb de Geest zien neerdalen uit de hemel als een duif, en hij bleef op hem. En ik kende hem niet, maar hij die mij gezonden heeft om te dopen met water, die had tegen mij gezegd: Op wie u de Geest zult zien neerdalen en op hem blijven, die is het die met de heilige Geest doopt. En ik heb gezien en getuigd dat híj de zoon van God is.
BELUISTER OF LEES DE BIJBEHORENDE BESCHOUWING 1
BESTEL BIJBEL, HERZIENE STATENVERTALING