Transfiguratie nu! – online jaarprogramma – week 7
De graanoogst en de wijnoogst
18 februari 2023
WEEK 1 – WEEK 2 – WEEK 3 – WEEK 4 – WEEK 5 – WEEK 6 – WEEK 7
In hoofdstuk 14 van het Openbaringenboek worden twee oogsten genoemd: een graanoogst en een wijnoogst. Als het graan van de velden wordt gehaald, is het gereed om gebruikt te worden, maar het kan jarenlang bewaard worden alvorens tot meel vermalen te worden. Maar de druiven moeten onmiddellijk in de persbak vertreden worden om de wijn te kunnen verkrijgen.
De leerling die geoogst wil worden van de velden des levens, zal bereid moeten zijn tot bloedspurificatie. Het bloed van de lagere en de dialectische natuur moet vertreden worden, moet gestort worden, alvorens een reine en zuivere wijn tot een nieuwe persoonlijkheid kan worden. De weg van bloedspurificatie is geen weg van slechts een vegetarische levenshouding met wat andere levensreform, maar het is een intens diepe weg van dagelijkse strijd tegen het eigen verleden en dat wat in het magnetische stelsel verborgen ligt.
U draagt in uw hart een graankorrel, het is de wonderbare roos. Indien u de weg gaat, zoals deze gewezen wordt in de geestesschool van de jonge Gnosis, wordt deze graankorrel rijp en wordt hij op de gestelde tijd door de Broederschap van de onsterfelijke zielen geoogst, dat wil zeggen: in bezit genomen, zodat hij kan worden aangewend tot zijn doel. Pas dan is er sprake van een werkelijke, totale oogst; pas dan kan het heilige avondmaal worden gevierd met brood en wijn; pas dan is de overwinning een werkelijk feest geworden.
Uit: Het Gouden Rozenkruis
Hoofdstuk 17: De graanoogst en de wijnoogst
Er is menselijk zaad en goddelijk zaad.
Het menselijk zaad heeft alles in zich om uit te groeien tot een volwaardig mens. Om te ontkiemen en groeien heeft het zaad voeding nodig. Bouwstoffen en levenssappen. En die zijn er ook in ruime mate. Zo kun je een waardig leven leiden. Maar… tijdelijk. Want je verschijnt en verdwijnt weer.
Er is ook een leven dat eeuwig is. Het zaad daarvoor heb je in je hart. Een atoom. Als dit atoom wordt gewekt, heeft het ook voedsel nodig. Om te ontkiemen, te groeien en een volwaardige ziel te worden. Een geestziel.
De bouwstoffen en levenssappen daarvoor zijn van een totaal andere orde. Wij noemen ze wel ‘de heilige spijzen’. Deze spijzen worden ons aangereikt tijdens het avondmaal, iedere keer weer. Zo’n maaltijd is de omzetting van nieuwe, eeuwige bouwstoffen en zuivere levenssappen. Deze heilige spijzen moeten ook gezaaid, ontkiemd, opbloeien, gerijpt, geoogst (gemaaid) en bereid worden. Een ritmisch proces, dat tijd vergt, aandacht en verzorging.
Elke geestelijke druif, elke geestelijke graankorrel, groeit langzaam, onder de warme stralen van de zon. En dan, na gerijpt te zijn, worden zij geplukt en gemaaid. Het graan wordt gedorst en vermalen tot meel. De druiven, zij worden vertreden in de persbak. Zij worden omgezet in jouw lichaam, jouw leven. Om je geschikt te maken voor het Nieuwe Leven. Bouwstof is graan, brood. Levenssap is wijn, bloed
De graankorrel komt tot leven. Deze wordt vermalen. En het wordt het brood des levens, om mensen, als zij daar aan toe zijn, een volstrekt nieuw uitzicht op het leven te kunnen aanreiken.
Het bloed wordt gezuiverd. En het moet worden vertreden, uitgestort in de harten van de mens, als een genezende stroom van verwarmende liefde.
Zo vier je dan het laatste avondmaal. Een definitief afscheid. Een Nieuwe Ziel is in je opgebouwd. Deze voegt zich samen, in vrijheid, met de Geest. Een waarlijk heilig avondmaal.