Rozenkruis nu! – online jaarprogramma 2024 – week 50
De kelk met levend water giet zijn zegen uit (hymne 152)
14 december 2024
WEEK 1 – WEEK 2 – WEEK 3 – WEEK 4 – WEEK 5 – WEEK 6 – WEEK 7 – WEEK 8 – WEEK 9 – WEEK 10 – WEEK 11 – WEEK 12 – WEEK 13 – WEEK 14 – WEEK 15 – WEEK 16 – WEEK 17 – WEEK 18 – WEEK 19 – WEEK 20 – WEEK 21 – WEEK 22 – WEEK 23 – WEEK 24 – WEEK 25 – WEEK 26 – WEEK 27 – WEEK 28 – WEEK 29 – WEEK 30 – WEEK 31 – WEEK 32 – WEEK 33 – WEEK 34 – WEEK 35 – WEEK 36 – WEEK 37– WEEK 38 – WEEK 39 – WEEK 40 – WEEK 41 – WEEK 4 – WEEK 43 – WEEK 44 – WEEK 45 – WEEK 46 – WEEK 47 – WEEK 48 – WEEK 49 – WEEK 50
BESTEL HET MYSTERIE DE ZALIGSPREKINGEN
Hij heeft gewild, mijn zoon, dat de geestbinding door alle zielen zou worden verkregen, echter als prijs voor de wedloop. Hij heeft een groot mengvat, gevuld met de krachten des geestes, omlaaggezonden en een boodschapper aangewezen met de opdracht aan der mensen te verkondigen: Dompel u onder in dit mengvat, gij zielen die dit kunt; gij die gelooft en vertrouwt dat ge zult opstijgen tot hem die dit mengvat omlaaggezonden heeft; gij die weet tot welk doel gij geschapen zijt.
In de oudheid diende een bekervormig mengvat voor het mengen van water en wijn. Als er in de heilige taal melding wordt gemaakt van het mengen van water en wijn, of van water en bloed, staan dergelijke verhalen vrijwel steeds in verband met de volledige zelfofferande van hen die uitgaan in dienst van het grote bevrijdingswerk. Het water of het brood is dan het symbool van de heilige etherkrachten, de wijn of het bloed, symbool van de heilige astrale kracht, die door het offer vrijgemaakt zijn ten dienste van de bevrijding der mensheid.
Wanneer de hermetische Gnosis ons voorhoudt dat God heeft gewild dat de geestbinding door alle zielen zou worden verkregen, echter als prijs voor de wedloop, en gewaagt van het hemelse mengvat voor water en wijn, dat gevuld met de krachten des geestes, door God omlaag is gezonden, opdat zij die zich daarin dompelen gereinigd zullen worden en tot de glorie van weleer zullen terugkeren, dan wordt daarmee in alle heerlijkheid de arbeid der Broederschap van de Heilige Graal beschreven.
Uit: De Egyptische Oergnosis, deel 2, hoofdstuk 7 van J. van Rijckenborgh
Hoofdstuk 7: Het heilige mengvat
BESTEL DE EGYPTISCHE OERGNOSIS DEEL 2
“Er klinkt een roep, keer weder, keer weder,
gij zonen van de Vader, gij dochters van het Licht.”
Ook van ons, mensen, kan een roep uitgaan. Een roep die klinkt vanuit diepe ziele-nood. Als een schreeuw vanuit de ziel, die verlangt naar uitkomst. Een uitkomst deel te mogen hebben aan het peilloze mysterie van het leven. Dan, op het suprême moment, komt de ontmoeting. Het is de uitnodiging om je onder te dompelen in het mengvat. Dan gaat de graal-boodschap tot ons spreken. Evenals in het lied over de Broederschap van Liefde.
De mens is de zoon van God en van de vrijheid. Na een lange zoektocht ontdekt de mens zichzelf. Het is het laatste dat hij ontdekt. Hij raakt aan het grootste probleem in het menselijke leven; het bewustzijn van de twee personen in één.
‘Laten wij niet vergeten dat de mens in wezen goddelijk is. Wij kunnen ons zelf zien als goden in ballingschap. In werkelijkheid zijn wij vonken van de goddelijke vlam’. Om tot dat bewustzijn te geraken moeten we ons zelf zien als microkosmos. Het laagste tehuis voor ons als microkosmos is de sfeer van de abstracte gedachte. Daar is alles om ons heen kleur en geluid en wij horen de harmonie der sferen.
Als microkosmos zijn wij volmaakt, gelijk onze Vader in de hemelen volmaakt is. Wij bezitten daar een volmaakte liefde, wil en vrijheid. Deze goddelijke aspecten dalen af tot in het viervoudige lichaam van onze persoonlijkheid. Ten eerste is daar de volmaakte, goddelijke liefde. De liefde vervult ons denkvermogen. Ons gehele denken wordt liefdevol naar alles en iedereen. Ons denken wordt gericht op het éne doel; liefde voor al onze medemensen. Ons begeertelichaam wordt gevuld met die reine goddelijke liefde. De kern van dat lichaam neemt geweldig toe in omvang. Haar gouden straling wordt glanzend. Een nieuw zielelichaam wordt geboren!
Dit machtige perspectief, dat Z.W. Leene in een vurig betoog schetst, brengt ons bij de betekenis van het tempellied 152, over de Broederschap van Liefde. Het is het levende lichaam van de School waarbinnen dit proces mogelijk wordt. Dus zingen wij met heel ons hart en vanuit dit bewustzijn
“En de kelk met Levend Water giet zijn Zegen uit over elk die dankend uw Namen uit”
Wat kunnen we daarvan weten en ervaren? Opgenomen in het tempelveld wordt het weten van het goddelijke in ons versterkt. Wij stijgen boven onszelf uit. Er is een eenheid, er is liefde en er is vrijheid. De in ons aanwezige ziele-kracht, de kundalini van het hart, wordt versterkt en wordt beschikbaar gemaakt voor anderen. En alle vonken van de verzamelde leerlingen in de tempel worden tot een vlam. Met de hulp van de Broederschap groeit zij uit tot een vuur.
Deze liefdekracht is onpersoonlijk. En zij is beschikbaar voor allen.Het is het mysterie van de beker, van de heilige Graal. Dit is een onuitsprekelijk, en onbegrijpelijk geheim. Dit geheim, dat wij dienen te worden wat wij in diepste wezen zijn. Wij dragen in ons een vonk van de goddelijke vlam. Wij weten onszelf een klein onderdeel van God. Wij zijn een vonk van de goddelijke vlam.
Laten wij daarnaar handelen.
Laten we haar naderen met een rein hart.
Dat is wat we steeds weer kunnen doen, in de tempel en in ons dagelijks leven.
Ons hart rein maken.
Tot pure rust.
HYMNE 152
O Gij Broederschap van Liefde,
Gods Gewijde Hart,
Gij wilt nu omvatten
al wat ons benart.
Met Uw gouden zielestralen,
vol sereniteit,
daalt Uw stil erbarmen
eeuwig in de tijd.
Heel ons wezen voor U open,
’t hart gericht op U,
staan wij in de Tempel
voor het Graallicht nu.
En de Kelk met Levend Water
giet Zijn zegen uit
over elk die dankend
Uwe namen uit.
Uit het eeuwig Moederwezen
breekt het Godskind vrij,
en in glans van Isis
klinkt het lied zo blij.
Dankt Osiris-Isis-Liefde,
Die het al vervult,
Die als wondermantel
lichtend ons omhult.
BESTEL HET MYSTERIE DER ZALIGSPREKINGEN
