41 Rozenkruis nu! Eens kan het wonder zich gaan heffen

Rozenkruis nu! – online jaarprogramma 2024 – week 41
Eens kan het wonder zich gaan heffen (hymne 2)
12 oktober 2024

 

WEEK 1 – WEEK 2WEEK 3 – WEEK 4WEEK 5WEEK 6 – WEEK 7 – WEEK 8 – WEEK 9WEEK 10 – WEEK 11 – WEEK 12 – WEEK 13WEEK 14 – WEEK 15 – WEEK 16 – WEEK 17 – WEEK 18 – WEEK 19 – WEEK 20WEEK 21WEEK 22WEEK 23 – WEEK 24 – WEEK 25 – WEEK 26WEEK 27 – WEEK 28 – WEEK 29 – WEEK 30WEEK 31 – WEEK 32 – WEEK 33 – WEEK 34 – WEEK 35 – WEEK 36 – WEEK 37WEEK 38 – WEEK 39 – WEEK 40 – WEEK 41

BESTEL BESCHOUWINGEN OVER DE STEM VAN DE STILTE

Het zielelichaam komt u niet aanwaaien, het moet veroverd worden. En de School helpt u, wanneer u die strijd aanvaarden wilt met het hunkerende verlangen als basis. Want alleen dat verlangen, het verlangen van het hart, kan de kundalinikracht des harten vrijmaken. Wij bedoelen daarmee de kracht van de Roos. De kracht van de Roos is het begin en in en met die kracht kunt u het rozenkruis dragen. In die zin kunt u dan een rozenkruiser zijn. Het beduidt het bestijgen van de ladder die opwaarts voert.

Rozenkruiser zijn betekent: het afbreken van de oude mens, het afrekenen met heel de last van het karma die de mens te torsen heeft. Men kan dat ondernemen, alleen en uitsluitend in, door en met de stralingskracht van de nieuwe, groeiende zielestaat. Of zoals Paulus het tot uitdrukking brengt: dagelijks sterven naar de oude mens, en dagelijks wassen naar de nieuwe mens.”

Uit: Beschouwingen over ‘De Stem van de Stilte’ van H.P. Blavatsky
Hoofdstuk 8: De twee bloeiperioden van de roos

BESTEL BESCHOUWINGEN OVER DE STEM VAN DE STILTE

Ieder mens heeft een uniek, persoonlijk karma, dat wil zeggen een stelsel van levenslessen die we hier op Aarde te leren hebben. Daarnaast is dit persoonlijke karma verbonden met het collectieve karma van de mensheid; de levenslessen die we als mensheid hebben te leren in deze tijd. 

Het zien van al het wereldleed kan een verlangen doen ontstaan dat er vrede en harmonie is tussen mensen, dat er een einde komt aan het lijden dat steeds opnieuw wordt gecreëerd. Dat is heel begrijpelijk, maar door te verwachten dat hierin direct veranderingen waarneembaar zijn, kan er ook teleurstelling of bitterheid ontstaan.

Er is ook een omgekeerde beweging. Dat is de weg naar binnen, met als doel om in onszelf de bron van Licht te zoeken en te vinden, waar vrede en harmonie aanwezig zijn. Je wacht dan niet meer op de buitenwereld om te veranderen, maar er gaat een verandering in jezelf plaats vinden. 

Deze verandering komt iedereen ten goede, want waar vrede in ons is, is geen noodzaak meer om de strijd die in je leefde, buiten jezelf te voeren.

Wanneer wij in dit veranderingsproces de eigen plannen los laten en ons toevertrouwen aan de wijsheid van de Roos in het hart, dan ontstaat in het hart de ruimte voor het Licht om als helende kracht werkzaam te worden. Een grote vreugde en rust is dan het gevolg!

Er kan dan ook het verlangen ontstaan om anderen deelgenoot te maken van deze vreugde. In allerlei vormen kan dit plaats vinden. Niet door anderen te willen overtuigen, maar telkens met de bedoeling om het ontvangen Licht ook weer uit te stralen. Dit kan altijd precies waar je nu bent, onder deze omstandigheden en in de kring van mensen waar je je nu bevindt.

Zo kun je als mens, ook als individu, werkelijk een bijdrage leveren aan het geheel. En wanneer voldoende mensen door deze Lichtkrachten worden aangeraakt, dan is ook een verandering op grote schaal mogelijk, hoewel we misschien niet altijd direct de gevolgen kunnen zien, omdat het leerproces van de mensheid als geheel vele eeuwen, millennia of nog langer beslaat.

Maar elke dag kunnen we een stap in de richting van het Licht zetten en haar werking ondergaan. Het Lichtbeginsel in ons krijgt de ruimte en hierdoor wordt het gehele leven opgetild. Wanneer de Liefde die niet van deze wereld is, in het hart wordt vrijgemaakt en in de wereld tot uitdrukking komt, dan kunnen wij een brug naar de Eeuwigheid vormen.

 

HYMNE 2

Geest is eeuwig ongeboren
Geest is Bron van Albestaan;
Geest is niet in tijd verloren,
buiten grenzen gaan zijn paân.
Ruimte, eind begin en tijden
vormen denken, waan en wens
in de oorden van het lijden
van de stofgeboren mens.

’t Geen we zien met aardse ogen
is het wiel van wisseling,
dat ondanks het felste pogen
nimmer staakt zijn wenteling.
’t Stofkleed wordt steeds weer verslonden
door der doden wil en kracht
en de ziel teruggezonden
in de oorden van de nacht.

Eens kan ’t wonder zich gaan heffen,
lichtend als de dageraad
door het Christus’ liefdetreffen
dat als vuur de leerling slaat.
In die brand wordt dood gebannen,
en de stof – verbrijzeling;
Nieuwe hemelboog gespannen,
en het leven – heiliging.

BESTEL BESCHOUWINGEN OVER DE STEM VAN DE STILTE

LEES OVER DE BOVENSTAANDE BOEKEN OVER DE STILTE