4 Eite Kolthoff – symposionvoordracht: Stille waarneming, de kracht van het hart

VOORDRACHT 1VOORDRACHT 2VOORDRACHT 3VOORDRACHT 5

In de vierde voordracht van het symposion Plaatsen waar de geest waait, innerlijk christendom in hoopvolle tijden op het conferentiecentrum Renova in juni 2021 sprak Eite Kolthoff over het belang van innerlijke stilte. Stille waarneming vanuit het hart is de sleutel; stille getuige zijn van een zich herstellende eenheid tussen Geest, Ziel en Lichaam…Hieronder volgt de transcriptie van de bovenstaande video.

Beste aanwezigen,

Toen me gevraagd werd op dit symposion te spreken, dacht ik: prima, gaan we het hebben over de innerlijke stilte.  Dat leek me meer nodig dan ooit in een wereld die op hol geslagen lijkt en bijna alleen maar lawaai lijkt te bevatten.  Maar ik overschatte mezelf: toen ik me ging voorbereiden,  liep ik al gauw vast in de paradox dat stilte eigenlijk gewoon stil is en spreken erover dus niet. Misschien een presentatie met 25 minuten stilte. Was een aantrekkelijk idee. 

Maar we doen het anders en gaan in het geluid de stilte proberen te vinden.

We hebben twee honden, Asha en Ronja. Elke dag lopen we ermee in het bos en vaak betrap ik me erop dat m’n hoofd los van de werkelijkheid om me heen een eigen leven leidt. Horende doof, ziende blind. zoiets. Tot ineens iets in me zegt: ‘ho, wacht even, stop’ en de autocue van het hoofd valt stil dan hoor je in dit geluid innerlijke stilte pur sang:

Innerlijke stilte is dus niet het zelfde als afwezigheid van geluid.

Eckhart Tolle vertelde eens dat hij z’n hond niet los durfde te laten in het bos, want wanneer die een spoor ruikt, rent ze dat af tot ze erbij neervalt. Een programmering waar niets tegen te doen is. Als zo’n hond ervandoor is, kun je het beste in rust gaat zitten wachten tot ze zich weer meldt.

Dat is precies hoe onze gedachten werken. We hollen sporen achterna die we al vele malen afgehold hebben, tot we er bij wijze van spreken bij neervallen. Jan van Rijckenborgh zei: zet een wachter bij je gedachten. Die van mij heeft regelmatig atv.

In de Ashtavakra Gita uit de 5e eeuw voor Chr. vind je een met dialoog tussen de wijze Ashtavakra en koning Janak. Janak vraagt:

‘O meester, zeg me toch hoe ik onthechting, wijsheid en vrijheid kan vinden.’

En dan zegt Ashtavakra:

‘Mijn kind, als je vrij wilt zijn,
schud dan het gif van de zintuigen van je af,
zoek de honing van de waarheid, van liefde en vergevingsgezindheid.

Aarde, vuur en water, de wind en de hemel,
Je bent geen van alle.

Als je vrij wilt zijn,
weet dan dat je het Zelf bent,
de getuige van alles,
het hart van gewaarwording.
Laat je lichaam,
Zit in je eigen gewaarwording.
Je zult onmiddellijk in vrede zijn,
voor altijd stil,
voor altijd vrij.
Goed of kwaad, vreugde of verdriet,
Dat hoort slechts bij je mind,
Het is niet van jou,
Jij bent het niet echt, die handelt en geniet,
Je bent alomtegenwoordig, altijd vrij,
altijd en werkelijk vrij,
De enige getuige van alles wat is,
Maar als je jezelf als afgescheiden ziet, dan ben je gebonden.
Weet dat je één bent en puur gewaarzijn.
Met het vuur van deze overtuiging:
brand de wouden van onwetendheid af.
Bevrijd je zelf van smart
en wees in vrede.’

BESTEL HET HART VAN BEWUSTZIJN – ASHTAVAKRA GITA

Gewaarzijn, innerlijke stilte als sleutelwoord voor contact met onze innerlijke bron.

Laten we eens afdalen in ons zelf. Misschien zit ons hoofd momenteel vol, van de reis hiernaar toe, van de gesprekken met vrienden, of met de presentaties die je al beluisterd hebt. Laat dat maar even voor wat het is en stel je de mens voor als een boom, een mooie boom.

Op de onderste tak zit een vogeltje, te zingen, druk te zijn, het komt vleugeltjes tekort voor alles wat er moet gebeuren. Tot zijn tijd over is en een nieuw vogeltje z’n plek inneemt op de onderste tak van die boom. En een nieuwe cyclus van drukte begint.

Op een hogere tak zit een tweede vogeltje, stil en observeert. Zonder oordeel, zonder interventie kijkt hij naar het drukke vogeltje onder zich. Hij neemt zelfs de kleinste actie waar.

Als je dit beeld diep doorvoelt en vertaalt naar hoe je hier aanwezig bent: je ziet jezelf, je gedachten, je voelen en volgt je ademhaling, dan komt er een moment, dat je gewaarwording invloed krijgt op het onderste vogeltje. Kwantumfysica: stille waarneming zuivert en verstilt.

Maar op een gegeven moment word je je bewust van een derde vogeltje dat nog hoger in de boom zit, bijna onwaarneembaar, maar in een onaantastbaar licht alles overziend, los van tijd en ruimte. Het was er en zal er nooit niet zijn.

We zijn ooit dat stille vogeltje geweest, tot er gefaseerd andere vogeltjes tot manifestatie kwamen dieper in de schaduw van de boom.

Plato spreekt over deze schaduwwerkelijkheid als een leven in een afgesloten grot. Laatst kreeg ik het beeld aangereikt van een doos. Stel je een doos voor hier op tafel. En daar worden allerlei vakjes en compartimenten in gemaakt. Wij als mens komen in een klein vakje. Het universum in andere compartimenten.  Het deksel gaat dicht en de tijd neemt een aanvang. De oorspronkelijke werkelijkheid buiten de doos is uiteraard nog steeds volledig aanwezig, maar wij hebben er geen idee meer van, want onze werkelijkheid is binnen de doos.

We werden er in gestopt, vrijwillig omdat we nieuwe ervaringen op wilden doen of misschien minder vrijwillig als gevolg van manipulatie. Hoe het ook zij, een deeltje van de oorspronkelijke multi-dimensionale, tijdloze godmens vond zich gewond en beschadigd terug in een holografische schijnwerkelijkheid waarin tijd en ruimte de belangrijkste dimensies werden: onze bekende dualistische driedimensionale werkelijkheid. In die doos zit als het ware een werkelijkheid als een karikatuur van het oorspronkelijke. Je vindt er religie, esoterie, kunst, verkeerd begrepen gnosticisme, oorlog, universa, astrale sferen, alles wat denkbaar is, zit in de doos. Oneerbiedig gesproken lijkt ons leven in de Doos op Soap en hoe meer je je ermee identificeert, je eraan hecht, hoe pijnlijker de afleveringen worden.

Als de doos opengevouwen wordt, ontstaat een kruis.

Op dit symposion hebben we het thema innerlijk christendom centraal gesteld. En dat vind ik net zo’n lastig thema als innerlijke stilte. Met erover spreken beperk je de reikwijdte ervan. We zitten allemaal vol met overtuigingen, projecties en programmeringen.

Lao Zi sprak met de zelfde voorzichtigheid over TAO (Daodejing 1):

Tao is eeuwig en heeft geen naam.
Kon Tao gezegd worden,
het zou het eeuwige Tao niet zijn.
Kon de naam genoemd worden,
het zou de eeuwige naam niet zijn.

Als niet-zijn kan het worden aangeduid
als de grond van de alopenbaring….
Als het hart voortdurend niet-is,
kan men het mysterie van Tao aanschouwen.
Als het hart voortdurend is,
kan men alleen begrensde en eindige vormen zien.

Beide, zijn en niet-zijn,
komen uit de zelfde bron voort,
doch zij hebben verschillende werkingen en doeleinden.
Beide zijn vol van mysterie
en dit mysterie is de poort des levens.

BESTEL MYSTERIËN VAN TAO EN DE DAODEJING

Innerlijk christendom als de herkenning en bestendiging van onze verbinding met de oerbron die in ons ligt. Het openvouwen van de doos. In de doos is de onbestendigheid, sta je tussen de coulissen zonder het spel te begrijpen, als in een hologram, in tijd en afstand. Is er ook maar een moment geweest dat je het meest authentiek was? Was dat toen je twintig was? Of was dat 32 incarnaties geleden? Of nu? Of ben je morgen meer wie je echt bent?

Dat kunnen we niet zeggen. In al die punten van Tijd is er alleen beweging. Beginpunten en eindpunten die elkaar afwisselen. Nooit is er een identiteit of overtuiging geweest die bestendig was. Het is als wolken, ze komen en gaan en laten feitelijk geen sporen na.

We staan op een tweesprong. U en ik. Er is een afslag die ogenschijnlijk makkelijk lijkt, maar het bedriegelijke van deze weg is, dat het een tijdlus zal blijken te zijn die je terugbrengt naar een punt waar je al eerder gestaan hebt.

Op het andere Pad lijk je alles te verliezen zoals je zekerheden en gehechtheden,je identificaties en bovenal je schaduwzelf. Het is een Pad van Stilte. Op dat Pad gaat de doos open om zich te ontvouwen tot een kruis.

Dat beeld lijkt op de droom van Christiaan Rozenkruis, waarin het deksel van een put gelicht wordt en wat een onthutsende aanblik biedt dat!

Ik kreeg een tekst van een onbekende Hopi-Indiaan onder ogen die over onze tijd het volgende zegt:

Jullie zijn doorgegaan met vertellen dat dit het elfde uur is, maar nu moet je teruggaan en de mensen vertellen dat dit het Uur is. Je moet sommige dingen onder ogen zien.

Waar woon je?
Wat doe je?
Wat zijn je verbindingen met anderen?
Waar is je water?
Ken je tuin.
Het is tijd over de waarheid te spreken.
Creëer je eigen samenleving.
Wees goed voor elkaar.
Kijk niet naar buiten voor een leider,”

Toen klapte hij in z’n handen, glimlachte en zei: ”Dit kon wel eens een goede tijd worden!” En hij vervolgde:

“Er stroomt nu een rivier erg snel. Hij is zo groot en beweeglijk dat mensen er bang van worden. Ze zullen zich aan de oevers willen vastklampen, maar ze worden dan uit elkaar getrokken en zullen lijden.

Weet dat de rivier z’n eigen bestemming heeft. Onze Ouderen zeggen dat we de oever los moeten laten en naar het midden van de stroom gaan en met open ogen boven water zien te blijven. Op dit moment in de geschiedenis is niets meer persoonlijk, en wijzelf al helemaal niet.

De tijd van de lone wolf is voorbij. Pak je samen. Schrap het woord strijd uit je vocabulaire.
Wij zijn zelf op wie we hebben gewacht.”

In de jaren ’70 kwam ik voor het eerst in aanraking met de School van het Rozenkruis. Ik bezocht een lezing op de Ganzevoortsingel in Groningen, toendertijd gegeven door Jan van Eerden. Welnu: De bliksem sloeg in. De vlammen sloegen me uit. Nog nooit had ik zoiets meegemaakt. Ik werd volkomen van mijn sokken geblazen. De wereld was op dat moment tot stilstand gekomen en werd nooit meer het zelfde.

Waarom vertel ik dit? Omdat op dat moment al mijn overtuigingen, gedachten en conditioneringen niets meer waard bleken. En er ineens niet meer was dan stilte. Niet letterlijk natuurlijk want m’n hoofd was een maalstroom. 

Misschien kennen we allemaal dit soort ervaringen. Het zijn momenten waarbij onze mind het af moet leggen tegenover ons hart, net als bij de symbolische onthoofding van Johannes de Doper. Alles komt tot stilte en ineens is er het besef van een wereld buiten de doos:  twee volkomen van elkaar te onderscheiden werkelijkheden, waarbij de een wel deel uitmaakt van de ander en de ander niet van de een.  

Onze mind (ik heb er geen goed Nederlands woord voor) is als een eindeloos doorlopende en repeterende autocue van de wisselende coulissen rondom ons.

En er is een stiltepunt in ons zelf als een stilstaand centrum waar alles omheen wentelt, doet, piept, kraakt, knarst en vooral dus veel commentaar levert. Het centrale Hart van een complete galaxis.

We gaan weer naar onze innerlijke Stilte.

Haal eens als u wilt een paar keer diep adem en volg die ademhaling naar binnen en buiten. Van die ademhaling maken we voor nu even onze focus. Deze mooie ruimte, Renova, valt voor nu even weg. Geen zorgen, straks zijn we terug en dan staat alles er nog.

Voel je ergens spanning? Geen punt. Onze aandacht gaat naar binnen. Wat neem je waar? Zit je in je eigen ondertiteling van deze lezing? Neem het waar en hecht er geen waarde aan. We zijn voor even het tweede vogeltje.

  • Toen we geboren werden, kregen we een naam, maar die laten we voor het moment ook los want we zijn niet onze naam. Namen komen en namen gaan en laten uiteindelijk geen sporen na.
  • We hebben een aantal jaren geleefd op deze aarde, maar we laten dat besef even voor wat het is, want we zijn in essentie tijdloos en oneindig.
  • We hebben veel gedaan in ons leven. Op sommige dingen zijn we trots, op andere dingen wat minder. Het is niet belangrijk. We zijn niet onze ervaringen. We laten de identificatie met wat we bereikt hebben los.
  • We hebben onze tijdelijke woonplaatsen en hebben het daar goed of misschien juist niet. Maar voor even is dat niet belangrijk, want onze echte woonstee ligt in de stilte van ons hart.
  • We hebben ons lichaam en soms zit dat ons in de weg. Bij de een meer dan de ander. We nemen het nu alleen maar waar en hechten er geen bepaalde betekenis aan. Het is zoals het is. We zijn onze klachten niet.

Want:
Onze enige echte werkelijkheid is nu onze innerlijke stilte. Alles valt weg. De autocue van onze mind komt tot stilstand…

En we worden voor even wie we eigenlijk bedoeld waren te zijn voordat onze werkelijkheid gehackt werd: namelijk de innerlijke getuigen van wat zich door tijd en ruimte afspeelt. We zijn de liefdevolle ogen en oren van de Oorsprong. We zijn multidimensionale wezens, aanwezig in alle dimensies van tijd en ruimte.

En nu is de stap klein naar de volgende tekst van het Rozenkruis:

Sla acht op je emoties,
Sla acht op je denken,
Sla acht op je wilswerkingen,
Ga na of ze in overeenstemming zijn met je innerlijke Pad.

Hoe je conclusie ook is, forceer geen tegenreactie.
Niet met gevoelens, gedachten of wil.
Neem alleen objectief waar.
Tracht af te dalen in de bronnen van het onderbewuste.

Laat angst, zorg en vrees los.
Laat de waarheid door je heen gaan
en wees stil in grote rust-

Zie je zelf staan als op een weegschaal,
constateer het positief en negatief,
het subjectieve en het objectieve.

En spreek dan het mantram: Heer, Uw Wil geschiede
Laat zo de radiaties van de drie mysteriën-in-u
door u heen stromen
en macht over u krijgen-
Je maakt dan de latente nieuwe mogelijkheden
in je bloed vrij.
uw kleine bloedsomloop ontvankelijk voor de Gnosis,
en het venster van mijn ziel gaat open
De eenheid van hoofd en hart komt aldus tot stand
het nieuwe bewustzijn wordt geboren.

Op dit punt aangekomen zullen onze innerlijke schaduwen naar boven komen. Een interessante fase. We leven nog steeds in onze doos, maar die begint te kraken en licht door te laten. Het blijft niettemin een doos van illusies, waan en misleiding. De tegennatuur heeft feitelijk nog steeds vrij spel.

Er komen beproevingen en die moeten ook komen. Via de zintuigen, via het gevoel en het denken. In de meest basale beproevingen komen we onze controlemechanismen en onze angsten tegen.

De tweede reeks vind je op het niveau van het gevoel. We gaan een innerlijk Pad van ontwaken en dat ervaren we ook in grote dankbaarheid van binnenuit. Maar hoe dun is de draad waarover we balanceren… wanneer we van deze spirituele ontwikkeling onze identiteit maken, m.a.w. ons schaduwzelf ermee verbinden, gaan we onherroepelijk terug de doos in. Er kan heel lang een soort van jojo-fase bestaan tussen innerlijke stilte en een op de persoonlijkheid gebaseerde identiteit.

Er is overigens niets mis met een gezond functionerende persoonlijkheid. We kunnen niet zonder. Van belang blijft, dat we weten dat we niet alleen het onderste vogeltje zijn.

De derde beproeving komt via het denken. We gebruiken onze mind om de doos te ordenen, zingeving erin te zien, om grip te houden op filosofieën, religieuze en esoterische overtuigingen, op wie we denken te zijn.

Maar in de stilte van het derde vogeltje bestaan geen overtuigingen, alles is. Het is het pure Tao dat in geen woorden uit te drukken valt. Het is de zuivere Liefdeskracht van het Christusbewustzijn. Voor eeuwig vrij, voor eeuwig en altijd vrij.

Klopt en u zal worden open gedaan.

En ik klopte. En zie: de deur ging open en ikzelf was het die hem opende van binnenuit. Want ik was er altijd al.

Dank u.