Vijf gedeelten over vuur uit ‘De vuurgloed van de ontstijging’ – een beschouwing over het leven en werk van Z.W. Leene

BESTEL DE VUURGLOED DER ONTSTIJGING

De vuurgloed van de ontstijging schetst het beeld van de sprankeling, de vurige bezieling in de begintijd van het hedendaagse Rozenkruis. Het was de tijd van de pioniers: Z.W. (Wim) Leene, Jan Leene (later bekend als J. van Rijckenborgh) en Cor Damme (ca. 1924-1938). Hieronder volgen vijf passages uit het boek en de inhoudsopgave.

1. Stichting van een nieuwe broederschap

Reeds vierhonderd jaar gaat vanuit een kring van bewuste kennisdragers, de broeders R.C., als vervulling van hun opdracht, een roep uit, om in elk nieuw tijdvak een hernieuwde fama fraternitatis met wereld en mensheid te verbinden. Z.W. Leene was de eerste, en daardoor de oudere broeder, die tezamen met zijn broer het mandaat ontving om het geestelijk testament van de rozenkruisers te ontsluiten en te verwerkelijken in de stichting van een nieuwe broederschap. In deze zo uiterst belangrijke aanvangsperiode voegde zich een derde broeder bij hen om de nieuw te vormen trigonum igneum te voltooien, waardoor het testament van de broederschap – de Fama Fraternitatis, de Confessio Fraternitatis en de Chymische Hochzeit Christiani Rosencreutz anno 1459 – ter beschikking kwam. 

Hun opdracht is om het verborgen vuur – het vurige water, het gestolde vuur – als de lichtschat van de broederschap te putten en het te ontsteken op de altaren van dienst. Alleen zo kan de zonnekracht van de keten, Christus, als een innerlijke vuurgloed, als een nieuwe Licht- en levenskracht, kenbaar worden; alleen zo kan het onzichtbare gebouw, het tehuis sancti spiritus van de broederschap, worden betreden. 

Deze lichtschat, het is het levende testament dat de broeders van het Rozenkruis aantreffen in het grafgewelf van vader-broeder C.R.C., die in zijn handen het Liber T, het Librum Testamentum houdt. Het is het levende testament ook, dat in het grafgewelf van Hermes Trismegistus wordt teruggevonden, waarin de stichter van de hermetische broederschap zijn Tabula Smaragdina in de handen houdt. Het is de alchemische verklaring van de tweevoudige scheppingskracht, het lichtende vuur en het kristallijnen water van het leven. 

Uit: De vuurgloed van de ontstijging
Hoofdstuk: Het verborgen vuur

2. Een sfeer van kracht, van verbinding en vernieuwing

De titel van het eerste deel van het boek, Het bloedzegel van CRC (Christiaan Rozenkruis), drukt Z.W. Leenes levensmissie uit, en tegelijk dat wat voor hem doorslaggevend is geweest. De titel van het tweede deel, De vuurgloed van de ontstijging, geeft wel aan van welke aard de voorbeelden zijn van zijn vlammende schrijvershand. De scherpzinnige voordrachten, korte overdenkingen en fragmenten die we daarin hebben opgenomen, tonen zijn vurig oprecht hart, de directheid van zijn geest, en zijn inspiratie, die put uit een zuiver begrijpen van Christus’ wezen en bedoelen. Deel III, het boek Het Rituaal van de Rozenkruisers, geeft een samenhangend beeld van voelen en denken in de filosofie van een waarachtige rozenkruiser. 

De Broederschap van het Rozenkruis initieert bewegingen in de samenleving, waar maar mogelijk, om het bevrijdende Licht ingang te doen vinden en de zoekende mensheid bij te staan met het befaamde universele geneesmiddel van de rozenkruisers. De Orde van het Rozenkruis, vanuit het geestveld haar Broederschap beschermend, biedt een sfeer van kracht, van verbinding en vernieuwing; zij vormt het hoogste aanzicht van waaruit de broeders en werkers voortkomen. De universele broederschap is de catena aurea, de gulden keten van bevrijdende werkzaamheid, die zich uitstrekt tot het verste verleden, waar haar spoor zich verliest in de nevelen van de tijd. 

Alle levensessenties komen samen in het bloed; in het bloed spreekt, getuigt en werkt het hele wezen; in het bloed openbaart zich de ziel; zoals het bloed is, zo is de mens. Z.W. Leene entte zijn harteroos op het zegel van de Orde, het zegel van CRC, zoals Heindel, Spencer Lewis en Steiner dat vóór hem letterlijk op het Rozenkruis deden. Rudolf Steiner droeg als ketting een kruis met zeven rozen om zijn hals. Als hart en hoofd zich verbinden met die geestelijke atmosfeer, en het levensdoel daarin opgaat, verandert ook het bloed van kwaliteit. Het kan niet achterblijven, het wordt geestelijk. En alleen wat in het bloed is, wordt tot een nieuwe levensrealiteit – niet alleen voor de persoon, maar voor de gehele gemeenschap. 

Uit: De vuurgloed van de ontstijging
Hoofdstuk: Inleiding

3. Verspreiding van het esoterisch christendom

In De vuurgloed van de ontstijging vindt de lezer een verzameling van een aantal voordrachten en kortere teksten die Z.W. Leene, deze ‘mysticus van het Rozenkruis’ in de vroege jaren dertig hield. Daarin zijn voorbeelden en zinswendingen die wel eens tijdgebonden zijn, maar niettemin tot ons spreken met de spirituele tinteling en de verfrissende geest waarmee Wim Leene, tezamen met zijn broer Jan Leene het esoterisch christendom, ondersteund door kosmologie, astrologie én astrosofie, verspreidde en uiteenzette. Daarin ging het eerste werk van het Rozekruisers Genootschap geheel op. 

Opnieuw de vraag: welke twintiger, dertiger raakt hier nu door geboeid? Wie zegt dat nog wat, in het eerste kwart van de eenentwintigste eeuw? Het antwoord moet luiden: hij die weet dat niemand ooit alleen kan staan. Hij die weet dat er een keten is, een keten van Licht, waarmee hij in verbinding staat, in bewuste verbinding of eerst nog in zoekende, aftastende zin. Hij die bij intuïtie ervaart dat verbinding, broederschap, geestverwantschap de sleutelwoorden zijn, die niet alleen in zijn tijd, maar in alle tijden het leven zinvol maken. Hij voor wie de woorden ‘nu’ en ‘binnen-in’ enige betekenis hebben, en die de latente krachten hervindt die in alle tijden tot een geestelijk omvatten en een spiritueel waarnemen voeren. In die zin is ‘tijd’ nooit anders dan vandaag, nooit anders dan het heden, waarin je de beginkracht grijpt, terugvindt. 

Z.W. Leene hervond die fluïden, en zijn levensopdracht bevestigd, toen hij voor het eerst het beeldmerk, het zegel van CRC in handen kreeg. De mens van nu vindt die zuivere geestelijke levenssfeer in ruime mate voorhanden, wanneer hij door het firmament van de tijd heen breekt en zijn blik opslaat in zijn innerlijk, en in de velden van de geest, het tijdloze, het immer voortstuwende Wereldhart. In die zin is er niet een mens van toen en een mens van nu. 

Uit: De vuurgloed van de ontstijging
Hoofdstuk: Inleiding

4. Werkzaamheid voor een totaal nieuwe periode

De werkzaamheid van Christiaan Rozenkruis en zijn broederschap is geen experimentele arbeid. Zij is de uitkomst van een lange, lange periode van geestelijke bezinning, van het kennen van de wetten van de bovennatuur, de gnosis van een aan de mensheid ten grondslag liggende matrix, en van grote mensenliefde. In essentie behoort zij aan de Christus, of beter gezegd, gaat zij van hem uit. Maar wie of wat is Christus? De rozenkruisers zeggen daarover: 

‘Het is geen ‘hij’, maar een Lichtveld, een lichtende kracht, die het menselijke gemoed geheel kan vervullen, die de ziel kan louteren en in geestelijk opzicht vol warmte, ja, in een spirituele vuurgloed kan zetten. De essentie is ‘liefde, wijsheid, kracht, de bron van zuivere aantrekking, die het Licht-van-binnen voortbrengt’ (Reveil).

Uit verschillende verslagen is wel duidelijk, dat de individuele fratres CRC van de broederschap in en rond hun huizen en woningen konden beschikken over een veld van bijzondere etherische vibratie, te vergelijken met een tempelveld. Deze etherische tempel ervoer men als één straal van de ene grote innerlijke tempel, verbijzonderd uit een domein dat zij kenden als een zeer zuivere en krachtige geestelijke sfeer en dat bekend stond als het domus sancti spiritus. Van daaruit bereidden zij hun werkzaamheid voor een totaal nieuwe periode voor. 

Uit: De vuurgloed van de ontstijging
Hoofdstuk: De Orde van het Rozenkruis – Een spirituele paragraaf

5. Het bloedzegel van Christiaan Rozenkruis

Zoals Hess door Paracelsus zijn weg zag, Steiner steeds wees op twee personen die hem met het werk van CRC verbonden en Max Heindel door zijn bezoek aan de Duitse tempel van de Orde was ontvonkt, zo ontvlamden de vrienden van het eerste uur door het vinden van ‘het bloedzegel van CRC’, toen zij de oorspronkelijke uitgaven en ook een handschrift van de rozenkruismanifesten in Londen aantroffen. In het zegel zien we de monas hieroglyphica terug, het teken dat John Dee (1527-1609), de Engelse alchemist en hermetische filosoof in dienst van Elizabeth I, zo fascineerde. 

Dit zegel maakte zo grote indruk, dat de stichters het als toetssteen en kenmerk van hun persoonlijke inzet voor de Orde zagen. In de literatuur heeft het zegel een complexe betekenis. John Dee beschreef het zelf als een symbool waarmee hij de fundamentele principes van het universum kon bevatten. Het is een weergave in astrologische symbolen van het ‘alchemisch huwelijk’: de vereniging van zon en maan. Hij zag er ook de verlossing in door Christus, de wedergeboorte van de christen en de oplossing of ontbinding van de natuur, met het kruis als het symbool van dood, leven en overwinning. Binnen de context van de Chymische Hochzeit zijn zon en maan ook de sponsus et sponsa, de bruidegom en de bruid. Het teken stond afgebeeld bij ‘de bruidegom en bruid’, de afzenders van de uitnodiging voor ‘de koninklijke bruiloft’. 

Het is geen wonder dat het ‘bloedzegel van CRC’ de drie vrienden zo in vuur en vlam zette. In het symbool van de monas hieroglyphica herkenden zij als enthousiaste bestudeerders van de astrologie de tekens voor de maan, de zon en mercurius. Maar ook het spirituele teken van Christus, de alchemistische tekens voor aarde en water, het samengaan van het goud van de geest (sol) en het zielezilver (luna), en dit alles mogelijk gemaakt door het symbool voor het beginvuur van Ariës, dat in de astro-alchemie opnieuw een zinnebeeld is voor het Licht van Christus – immers het Lam Gods. 

Uit: De vuurgloed van de ontstijging
Hoofdstuk: Vriendschap, aspiratie, vurige bezieling, geestelijk onderzoek

INHOUDSOPGAVE 

Opdracht
Voor mijn broeder
Het verborgen vuur
 ‘… in dit alles is onze aspiratie onveranderd gebleven…’ 
Inleiding 

DEEL I 

HET BLOEDZEGEL VAN CHRISTIAAN ROZENKRUIS 
Een beschouwing over het leven en werk van Z.W. Leene 

  • Het vuur van Z.W. Leene 
    De beginkracht
  • De eerste lezing in Holland’ 
  • Openbare activiteiten

Een sociale paragraaf. Een rol in het maatschappelijk bestel
De geestelijke achtergronden van de rozenkruiswerkzaamheid
in de nieuwste tijd
47 

De Orde van het Rozenkruis. Een spirituele paragraaf
De nieuwe impuls van 1604

1908-1909. Jaren van vrijbreken 
Rudolf Steiner, Max Heindel, H. Spencer Lewis, George R.S. Mead 

  • Vriendschap, aspiratie, vurige bezieling, geestelijk onderzoek 
    Haarlem en Den Haag 1924-1935
  • Drie vrienden. De rol van Cor Damme
  • Het bloedzegel van CRC

Het concept van de Jehovistische natuurorde
De eerste steen

De vuurtempel van het rozenkruis

  • De wijding
  • Een Boodschap – ‘Al het oude is nieuw geworden’. Brief van Cor Damme
  • Mogen de rozen bloeien op uw kruis.Brief van Z.W. Leene 

Vrucht dragen. Het overlijden van Z.W. Leene
Vonk – Vlam – Vuur – Licht 
Een mandaat wordt manifest 

Het werk is blijvend, de mens is een voorbijganger 

DEEL II 

DE VUURGLOED VAN DE ONTSTIJGING 
Voordrachten 

  • Gebed om toewijding bij ons streven 
  • Verantwoording
  • Het vlammende vuur
  • Aspiratie
  • Tegenstellingen
  • De witte loge
  • De tempel van Salomo
  • God is Licht
  • Inwijding
  • Het onvervreemdbare geestelijk bezit
  • Waakzaamheid
  • De tempelreiniging
  • Goden in ballingschap
  • Hemeltaal
  • De zuurdesem van Aquarius
  • Ontmoeting met Krishnamurti
  • De grijze oceaan
  • De kracht van gedachten 
  • Opstanding
  • De gouden ster
  • De twee zwaarden
  • Innerlijke bewogenheid
  • Z.W. Leene, broeder C.R.C. +

DEEL III 
HET RITUAAL VAN DE ROZENKRUISERS 

  • Magische ritus
  • Het gebed
  • Het latente vuur
  • Het is volbracht
  • De wijdende kracht van de liefde
  • De duistere rede
  • Kerstfeest
  • De gekruisigde god
  • Het wezen van de geestelijke gemeenschap
  • De belangen van anderen
  • Van de vrees en de vreugde
  • Slotbede

Bronvermelding bij deel II en III

Register

Verklaring van alchemistische symbolen

Bron: De vuurgloed van de ontstijging door Z.W. Leene en Peter Huijs

BESTEL DE VUURGLOED DER ONTSTIJGING

LEES OVER DE BOVENSTAANDE BOEKEN VAN PETER HUIJS