1 van 12 Zaligsprekingen: Zalig zijn de armen van geest 1 – het begin van de Bergrede

 

HOOFDSTUK 1HOOFDSTUK 2HOOFDSTUK 3HOOFDSTUK 4HOOFDSTUK 5HOOFDSTUK 6HOOFDSTUK 7HOOFDSTUK 8HOOFDSTUK 9HOOFDSTUK 10HOOFDSTUK 11 – HOOFDSTUK 12


BESTEL HET MYSTERIE DER ZALIGSPREKINGEN

In de Bergrede in de Bijbel nemen de zaligsprekingen een bijzondere plaats in. Gewoonlijk worden ze beschouwd als een beloning in de toekomst voor een moreel hoogstaand leven. De verklaringen van J. van Rijckenborgh in Het mysterie der zaligsprekingen maken duidelijk dat de teksten van een heel andere orde zijn, met een zeer actuele waarde. De negen zaligsprekingen stellen ons voor het negenvoudige pad tot ware menswording. Hieronder volgen het woord vooraf en hoofdstuk 1 met de titel Zalig zijn de armen van geest 1. 

WOORD VOORAF

‘Het Mysterie der zaligsprekingen’ bevat onder andere een aantal toespraken door Jan van Rijckenborgh in  de Tweede wereldoorlog in één van de Haarlemse kerkgebouwen gehouden, tijdens de illegale periode van de School van het Rozenkruis. Zonder de naam van het Rozenkruis te noemen werd, ondanks verboden en vervolgingen, de rijke, volle boodschap van de Universele Broederschap in het openbaar gebracht en bewees de School van het Rozenkruis haar trouw aan roeping en plicht.

Nu de schaduwen van de komende kosmische nacht zich steeds dieper en donkerder over wereld en mensheid spreiden en allerwegen de schijnwaarden, die miljoenen ernstig strevenden terughouden van een waarlijk bevrijdend leven, ontmaskerd worden in hun geestelijke armoede, valse schittering en trieste machteloosheid, voelen wij ons gedrongen ‘Het mysterie der zaligsprekingen’ in een herziene, vermeerderde uitgave opnieuw in de aandacht van de openbaarheid te plaatsen.

De in dit boek opgenomen verhandelingen doen een helder licht schijnen op het negenvoudige pad dat de waarachtige zoeker naar verlossing vanaf de heilige berg gewezen wordt. Dit pad is open en toegankelijk voor ieder die de roep verstaat en in oprechte hunkering naar het verlossende licht aan zijn bevrijdende eisen met vreugde wil leren voldoen. Dat talloos velen deze weg ten leven zullen herkennen en in volle overgave zullen opgaan ter overwinning.

  1. ZALIG ZIJN DE ARMEN VAN GEEST (1)

‘Toen Jezus de menigte zag, ging hij de berg op, en nadat hij was gaan zitten, kwamen zijn discipelen bij hem.’

Zo begint de Bergrede. Deze Bergrede vinden wij niet slechts in het Evangelie van Mattheüs, doch wij vinden haar, in verschillende vormen, in de heilige taal van alle tijden. Tijd en plaats en de heilige personen die haar uitspreken zijn zeer verschillend, doch de inhoud bleef steeds dezelfde.

De berg is een prachtig symbool voor het pad, dat van de duisternis tot het licht voert. De voet van het bergmassief staat in de aarde geplant, de top verheft zich in de hemel. Daarom is het duidelijk dat zulk een berg, van welks heilige top het woord van de bevrijding klinkt, bovenal een uitbeelding vormt van het vijfvoudige levende lichaam van een gnostieke ontwikkeling.Jezus de heer is de ontheven, de volmaakte, de verloste broeder, die de schare binnen het levende lichaam toespreekt. Immers, hij wendt zich tot zijn discipelen. Het woord discipel betekent onder andere ‘jongere’. Daarom is de Bergrede bedoeld voor allen die begonnen zijn het pad te bewandelen en die ten opzichte van de bevrijden, de ouderen, nog ‘de jongeren’ zijn.

Aldus is de Bergrede zeer belangrijk voor allen die zich in het levende lichaam van de jonge gnostieke broederschap bevinden. Wij vinden er de schets in van een levenshouding die onveranderlijk tot het grote doel zal voeren. Bovendien vangt deze belangrijke toespraak aan met een heerlijke vertroosting, namelijk met de ‘zaligsprekingen’. Tot negen maal toe wordt er gezegd: ‘Zalig zijn …’ Niet zalig wórden, doch zalig zijn! Zaligheid is een toestand van het hoogste geluk, een waarlijk bevrijd zijn.

In een gnostiek lichaam bevinden zich uiteraard vele jongeren.Zij zijn op weg naar het Vaderhuis, en reeds in dat stadium worden zij begroet met het negenvoudig herhaalde ‘zalig zijn …’, met de nadruk op zijn. Reeds het zich bevinden in het lichaam van de School – natuurlijk als serieuze leerling – maakt de bevrijding tot een feit. Dat nu is het typerende van het gnostieke leven: het bréngt niet het hoogste geluk, doch het ís geluk, het ís zaligheid.

De gnostieke wereldhistorie is er om te bewijzen dat de gnostieke mens altijd een blij en gelukkig mens was en is, wat hem of haar in de gang van de natuur des doods ook mocht overkomen. Zijn zekerheid is niet een gesuggereerde zekerheid, die psychoanalytisch in een mens gedreven wordt ‘u bént gelukkig!’, doch het geldt het de zekerheid van de aanvang. De ervaring: ‘Ik ben op weg, en terwijl ik op weg ben, treedt het licht mij tegemoet; het licht overdekt mij; het komt ín mij; het verlaat mij niet meer, bij dag noch nacht. De roos bloeit, zij geurt met lieflijke geuren. Ik ga een rozengang, waarop het licht mij trekt, mij geleidt, mij tot een gids is.’

Wie uit zulk een ervaring leeft, zou die niet gelukkig zijn? De gang door de diepten van de tijden kan zo iemand toch nimmer wezenlijk deren? En wij allen kunnen op dezelfde wijze ervaringsbewust worden en blijven.

Het gaat er maar om dat u uit een werkelijke, innerlijk behoefte, met geheel uw wezen gaat uitzien, gaat hunkeren naar het licht. Niet gewild of gedacht, of met sentimentele gevoelens, doch met een hunkering vanuit uw bloedsstaat; met een drang, waarnaar alle intelligentie-organen en intelligentiewerkingen zich moeten voegen.

Dan wordt de eerste zaligspreking voor u tot werkelijkheid: ‘Zalig zijn de hunkerenden naar de geest; hunner is het Koninkrijk der Hemelen. Dan staan reeds bij voorbaat de hallen van het nieuwe rijk wijd voor u open.

Kom tot het licht en toef niet langer.
Neem van het vuur – en wees vrij.

INHOUDSOPGAVE

Woord vooraf

    1. Zalig zijn de armen van geest (1)
    2. Zalig zijn de armen van geest (2) 
    3. Zalig zijn die treuren (1)
    4. Zalig zijn die treuren (2)
    5. Zalig zijn die treuren (3)
    6. Zalig zijn de zachtmoedigen
    7. Zalig zijn die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid (1)
    8. Zalig zijn die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid (2)
    9. Zalig zijn de barmhartigen
    10. Zalig zijn de reinen van hart
    11. Zalig zijn de vreedzamen
    12. Zalig zijn die vervolgd

     

  1. Woordverklaring
  2. Bron: Het mysterie der zaligsprekingen van J. van Rijckenborgh 

  3. BESTEL HET MYSTERIE DER ZALIGSPREKINGEN

    LEES OVER 5 BOEKEN VAN J. VAN RIJCKENBORGH OVER CHRISTELIJKE TEKSTEN UIT DE OUDHEID

     

Eén gedachte op “1 van 12 Zaligsprekingen: Zalig zijn de armen van geest 1 – het begin van de Bergrede

  1. Jes Jespers

    De uiteenzetting begon beloftevol, ‘zijn’ vindt enkel en alleen plaats in het NU. Gelukkig/Zalig ZIJN kun je dus alleen Zijn in het NU. De vertaalslaag die gemaakt wordt van ‘Zalig zijn de armen van geest’ in ‘Zalig zijn de hunkerenden naar de geest’, toont aan dat de essentie van de oorsronkelijke letterlijke spreuk niet begrepen wordt. Het woord ‘hunkeren’ voert je al weg uit het ‘zijn’, weg uit het NU. Van Rijkenborgh was duidelijk ook maar een mens met beperkte inzichten zo blijkt hieruit.

Reacties zijn gesloten.