Transfiguratie in de tijd van het einde – hoofdstuk 37 van ‘Het levende woord’ van Catharose de Petri

BESTEL HET LEVENDE WOORD

De zesenveertig op zichzelf staande hoofdstukken van het boek Het levende woord van Catharose de Petri (één van de oprichters van de School van het Rozenkruis) vormen een nimmer opdrogende bron van kracht, een waarlijk Levend Woord, waar iedere zoeker die hunkerend uitziet naar zieleverlossing, steeds weer dankbaar uit zal putten. Het Woord, de Logos waar het Johannesevangelie mee begint, is de emanatie van de scheppende goddelijke macht. Hij die de woorden van het eeuwige leven, de macht van het Woord bezit, kan hen die de waarheid zoeken overtuigen, transformeren, veranderen. Hieronder volgen de tekst van hoofdstuk 37 (Transfiguratie in de tijd van het einde) en de inhoudsopgave.  

Reeds miljoenen jaren doolt de stoffelijke mensheid in dit aardeveld rond. Reeds vele miljoenen jaren is de gevallen mensheid doende door het nadir van stoffelijkheid heen te breken en zo haar involutiegang om te zetten in een evolutiegang, ten einde haar reis naar het Vaderhuis eindelijk te kunnen vervolgen. Reeds miljoenen jaren wordt door goddelijke entiteiten gepoogd, de mensheid te bewegen het verstandelijke bewustzijn, dat organisch in haar aanwezig is, tot volle ontplooiing te doen brengen en het te gebruiken om haar hoge roeping te vervullen, namelijk de transfiguratie te bewerkstelligen.

Hoevele rampen hebben de aardse mensheid, die het pad van transfiguratie nog niet gegaan is, maar zich, integendeel, vastklemt aan de aarde, al niet getroffen om haar voor kristallisatie te behoeden!

Lemurië, het enorme vasteland, zich uitstrekkend vanuit het zuiden van de Stille Oceaan tot aan Afrika in het westen (Madagaskar, de Himalaya, Sumatra, Australië en het Paaseiland zijn er overblijfselen van), werd verwoest door vulkanische rampen, door het vuur, in zijn ondergang meesleurend de groep der Lemuriërs, bekend als de zonen der duisternis, die, door in zelfhandhaving de vreselijkste misdaden te verrichten, ónder moest gaan, terwijl de andere groep der Lemuriërs, bekend als de zonen van licht en wijsheid, ontkwam.

Atlantis, dat gelegen was waar de huidige Atlantische Oceaan zich bevindt (Ierland, Engeland, Schotland en de Azoren zijn daar de overblijfselen van), diende als ontwikkelingsveld voor de gevallen mensheid.

Zeven rassen kwamen in Atlantis tot aanzijn en uit een van die zeven rassen moest het wortelras voor de zeven rassen van ons huidige Arische tijdperk voortkomen. Het was het vijfde onderras, de oorspronkelijke Semieten, die daartoe uitverkoren werden, omdat in hen de kiem van het verstand aanwezig was. Hieruit kwam in Atlantis de sluwheid voort, de Atlantische slimmigheid, die ontaardde in slechtheid.

Lang voordat Atlantis ten onder ging, werden de daarvoor in aanmerking komenden van het Semitische ras oostwaarts geleid. Eerst naar de landstreek waar nu onder andere Israël gelegen is; later werd een kleine groep verder gevoerd naar de Gobi-woestijn. Ook Atlantis verdween van de aardbodem, verzwolgen door het water. Evenals bij de ondergang van Lemurië , kwamen alleen de goddeloze Atlantiërs van het Zwarte Eiland om, terwijl de Atlantische bewoners van het Witte Eiland aan de zondvloed ontstegen.

Teneinde een zo zuiver mogelijk Arisch wortelras te doen ontstaan, werden zeer strenge wetten uitgevaardigd. Onder andere was het verboden te huwen met andere rassen. Door velen uit de uitverkoren groep werd daaraan uit ongehoorzaamheid niet voldaan. Vandaar dat, zoals gezegd, een kleine geselecteerde groep wegtrok uit de streek rond het huidige Israël, naar de Gobi-woestijn.

Hier kwam ongeveer een miljoen jaar geleden het Arische wortelras tot stand en nadat het nieuwe ras, door steeds meer daarin reïncarnerende entiteiten, tot een groot volk was uitgegroeid, had ongeveer 200.000 jaar later de eerste volksverhuizing plaats.

  1. Het Arische ras trok naar het zuiden en vermengde zich met de bewoners van Indië, waaruit het eerste onderras ontstond, het Indo-Arische ras. Hierna kwam achtereenvolgens tot stand:
  2. ten tweede: het Babylonisch-Assyrisch-Chaldeeuwse onderras,
  3. ten derde: het Perzisch-Grieks-Latijnse onderras,
  4. ten vierde: het Keltische onderras,
  5. ten vijfde: het Germaans-Angelsaksische onderras (waartoe wij behoren).

De eerste vier genoemde onderrassen hebben alle hun schitterende culturen gekend. Wij kunnen hoogstens in boeken daarover lezen, of op tentoonstellingen hun uitingen bewonderen, doch verder zijn zij verloren gegaan in de voortgang der tijden.

Hoe staat het nu met de Europese mens, behorend tot het vijfde onderras? Bij de Europese mens is de kiem van het verstand tot volle wasdom gekomen. Waartoe heeft de Europese mens zijn verstand gebruikt? Voor het ontwikkelen van de hooggeroemde Europese cultuur! Voor het elkaar beoorlogen met de meest geraffineerde middelen. Voor het uitvinden van de atoombom en de waterstofbom! Voor het bedenken van lugubere projectielen, die de ruimte worden ingezonden om op de maan of op een van de planeten te landen! Of om de Van Allengordels aan te tasten en zo de harmonie in het heelal te verstoren!

Tot nu toe heeft de Europese mens zijn verstand gebruikt voor het handhaven van zijn ongoddelijke, onheilige leven. Is het een wonder dat het onheilige vuur in de hoogste hittesfeer tot laaien gloed gekomen is en zich over de mensheid dreigt uit te storten? Is het een wonder dat cultuurfilosofen de ondergang van het Avondland voorspellen? Is het een wonder dat reeds lang geleden werd voorzegd dat Groot-Brittannië en Europa door vuur zouden vergaan? Nee toch!

Er wordt in onze school een wezenlijk onderscheid gemaakt tussen inwijding vroeger en inwijding nu, tussen inwijding vóór de christelijke jaartelling en daarna. Voor de mens, geboren voor de aanvang van de christelijke jaartelling, bestond de mogelijkheid, de zielewedergeboorte te realiseren. De mens, geboren in de periode van de christelijke jaartelling, werd en wordt in staat gesteld de transfiguratie te voltrekken, dat wil zeggen: de geestzielemens tot aanzijn te roepen.

Die transfiguratie kan door allen volvoerd worden, omdat zij beschikken over het verstand. Het verstand stelt de mens in staat een gnosticus te worden, dat wil zeggen: een mens die kennis bezit aangaande zijn ware bestemming, een wetende. De Geestesschool van het Gouden Rozenkruis maakt het haar leerlingen mogelijk, door het Magnetische Levende Lichaam, door de Ark, die in de achter ons liggende zestig jaar gebouwd is, het pad van transfiguratie daadwerkelijk te gaan en zo te ontstijgen aan de komende zondvloed.

Heeft u er wel eens over nagedacht waarom juist in Nederland werd aangevangen met het vestigen van de Geestesschool? Men zegt, omdat de Nederlanders het meest geïndividualiseerde volk zouden zijn, het meest gekristalliseerde volk dus. Doch er is ook nog een andere reden, menen wij. Het zal u misschien bekend zijn dat Nederland onder het teken Cancer staat, weergegeven door een kreeft. Doch op de beroemde dierenriem van de tempel te Denderah in Egypte werd Cancer getekend als een kever, een scarabee. Het was het embleem van de ziel en Cancer werd in de oude tijden, evenals onder moderne mystici, gehouden voor de sfeer van de ziel, voor de poort des levens, in de zodiak.

Cancer is ook het nadirteken, de voet van het kruis, dat in uw leven moet worden opgericht en in welk teken u moet overwinnen. Daarom leest u in het boekje Christianopolis van Johann Valentin Andreae dat de kandidaat uitvaart over de Academische Zee op het schip Fantasie, met in de vlag met het teken Cancer.

Zult ook u, als leerling of als toekomstig leerling, vanuit het nadir het kruis oprichten in uw leven en, door de poort des levens, via de Geestesschool, het nieuwe levensveld binnengaan? Dat is de beslissende keuze waarvoor u staat.

U weet waarschijnlijk dat het teken Cancer wordt beheerst door de Maan. Kiest u nu voor het aardse leven, dan wordt u beheerst door de krachten van het stervende hemellichaam dat u met uw stoffelijke ogen kunt waarnemen. Kiest u de weg ten leven, dan wordt u beheerst door de Maanengelen, de krachten van de Heilige Geest.

Wij mogen aannemen dat u gekozen hebt voor het zieleleven. Maar wordt u niet dagelijks geslachtofferd door de sleur, door de gewenning van het leven? Wat dat betreft kunt u, met Paulus, verzuchten: ‘Het goede dat ik wil, doe ik niet, maar het kwade, dat ik niet wil, dat doe ik.’

Als leerling van de Geestesschool bent u opgenomen binnen het Levende Lichaam. Dit houdt in dat u overstraald wordt met reine astrale krachten en etherkrachten. Derhalve geldt voor u eveneens die andere uitspraak van de ingewijde Paulus: ‘Ik vermag alle dingen door Christus, die mij kracht geeft’. U zult dus in Christus’ kracht, door zelfvrijmetselarij, in staat zijn de aanvallen, die fantomen eventueel op u doen, te weerstaan.

Het is de hoogste tijd om tot deze diepe bezinning te komen en te treden in een nieuwe zielelevenshouding, die wij onze leerlingen reeds zovele jaren hebben voorgehouden. Wij leven in een grootse tijd, nu de Aquariusera haar loop begonnen is en de Waterman zijn kruik met levend water over de mensheid uitgiet. Welke mens zal nu kunnen zeggen: ‘Ik kan de weg ten leven niet gaan’?

Wat zult u nog uitstellen? Want de tijden van het einde zijn aangebroken! U kunt het bemerken aan de gebeurtenissen en aan de ontaarding, die in de wereld om zich heen grijpt. U kunt het bemerken aan de vele mysteriën die in onze School voor de leerlingen ontsluierd worden. Die ontsluieringen geschieden, opdat vervuld worde het woord uit de Confessio Fraternitatis R.C.: ‘Wij moeten nu, o stervelingen, één ding verklaren, namelijk dat God besloten heeft aan de wereld – die niet lang daarna zal ondergaan – de waarheid, het licht en de waardigheid te hergeven die Hij eertijds mét Adam uit het Paradijs deed vertrekken om de menselijke ellende te verzachten.’

Wat doet u nu? Laat u zich meesleuren in de zondvloed die komen gaat en zult u uw microkosmos, die reeds miljoenen jaren aan deze aarde gekluisterd is, opnieuw terugvoeren naar een nieuw Lemurisch begin, en hem zo nog enkele miljoenen jaren in dit nadir-van-stoffelijkheid gevangen houden?

Of zult u ontstijgen gaan aan de vloed, met het hemelschip, de ark, het Levende Lichaam van de Geestesschool, doordat u de leerstellingen die u werden overgedragen, eindelijk gaat omzetten in de praktijk van het leven, ze eindelijk gaat vervullen?

Dan bent u een Meester-Bouwer, want u brengt de eenheid tot stand tussen water en vuur. Immers, de leerstellingen kunt u vergelijken met het element water en het vervullen van de leerstellingen met het element vuur. Dan beleeft u waarlijk uw christendom. Dan eerst gaat u werkelijk het pad-ten-leven.

U maakt dan, als Johannes de Doper, de paden voor de God in u volkomen recht. U wekt de roos, de Christus in u, tot leven. U gaat voort op uw pad. U gaat uw kruisgang, uw Rozenkruisgang. De nieuwe ziel groeit in u. U beleeft uw kruisiging maar: u gaat voort en viert uw opstandingsfeest. De geestziel is geboren.

Dan vindt tenslotte de uitstorting plaats van de Heilige Geest. Dan vindt de vereniging plaats van ziel en geest. Dan viert u de alchemische bruiloft van Christiaan Rozenkruis. Dan is de mens, die zo lang op aarde heeft rondgedoold, die zo lang in de aarde gevangen was, een bevrijde geworden en kan hij, als waarachtig zielemens, als een manas, een denker, volstrekt, in de hoogste zin van het woord, als denkend wezen, zijn reis naar de eeuwigheid voortzetten.

Dan is de transfiguratie voor u niet meer een mogelijkheid, doch dan is zij voor u een werkelijkheid geworden. Dan kunt u, met Paulus, uitroepen: ‘De dood is verzwolgen in de overwinning. Dood, waar is uw prikkel? (1 Korinthe 15)’ Dan hebt u de dood overwonnen en bent u levend tot in alle eeuwigheden. Moge het spoedig met u zo zijn!

INHOUDSOPGAVE

Woord vooraf

  1. Het dagelijks wandelen met God
  2. De vierde dimensie
  3. De drie fundamentele stralen van de Zevengeest
  4. Het zevende zegel
  5. Johannes op Patmos
  6. De opdracht van de Geestesschool
  7. Dood, waar is uw overwinning?
  8. Het rijk van de zonen der slangen
  9. De geboorte van de slangenstaf
  10. De opstanding van de tempelmens
  11. Levensstrijd, levensdoel, levensverwerkelijking
  12. De drie vuren der genade
  13. Een reis door het Morgenland des Geestes
  14. De stem van de stilte
  15. De Driebond van het Licht
  16. Alle verandering begint met het bloed
  17. De Apocalyps en de taak van de Geestesschool
  18. Het geheim van gnostieke magie
  19. De Emmaüsgangers
  20. De centrale plaats van het etherlichaam
  21. De ademhaling van de mens
  22. Een lofzang van Hermes
  23. De geboorte van het denklichaam
  24. Het fundamentele beginsel der goedheid
  25. De interne secretie en haar betekenis voor de levensgang der mensheid
  26. Jezus en Johannes
  27. Van natuurgeboorte naar Godsgeboorte
  28. Kundalini: de kracht van de eeuwigheid
  29. Intelligentie en verstandelijkheid
  30. Een nieuw Shamballa
  31. Levenshouding
  32. De leer, het leven en de kruisweg Christi
  33. De verantwoordelijkheid van de werker
  34. Het mysterie van de Sfinx en de Piramide
  35. Zalig zijn de hunkerenden naar de geest
  36. Het goed dat niet vergaat
  37. Transfiguratie in de tijd van het einde
  38. Het vuur van de Heilige Geest
  39. Maak u gereed voor de grote Dag des Heren
  40. Wat moet ik laten?
  41. De komst van het volk Gods op aarde
  42. Het eerste en het tweede pad
  43. De tijd is daar
  44. Innerlijke verlichting
  45. Eenheid – verantwoordelijkheid – gerichtheid
  46. De roeping van de vrouw

BESTEL HET LEVENDE WOORD