BESTEL ZEVEN STEMMEN SPREKEN VOOR € 7,50
BESTEL DE ROZENSERIE VOOR € 15,00
Catharose de Petri (fakkeldrager van het Rozenkruis 22) schreef ‘Zeven stemmen spreken’ over onder andere de zeven stralen van de gnostieke volheid voor leerlingen van de School van het Rozenkruis. Iedere mens die het pad van bevrijding wil gaan zal dienen te leren op de juiste wijze op de stralen te reageren. Dit boekje bevat vele aanwijzingen die kunnen worden herkend in het Nieuwe Testament van de Bijbel en die die de kandidaat tot grote zegen kunnen strekken. Hieronder volgt de tekst van het veertiende hoofdstuk getiteld ‘Geloof – hoop – liefde’.
Wij zouden u gaarne willen wijzen op dat wonderlijke en magistrale veertiende hoofdstuk van het Evangelie van Mattheüs. Dit hoofdstuk wordt gekenmerkt door drie geweldige gebeurtenissen:
-
- ten eerste de onthoofding van Johannes de Doper,
- ten tweede de spijziging der vijfduizend,
- ten derde het wandelen van Jezus op de zee.
Het feit dat deze drie gebeurtenissen in één hoofdstuk zijn samengevoegd, heeft natuurlijk een bedoeling. Wij willen nu allereerst deze bedoeling trachten op te sporen, om vervolgens de betrokken mythen zelf te analyseren.
Als een mens vanuit zijn natuurgeboren staat voor het eerst de wegen van de Gnosis gaat zoeken, doet hij dat met zijn hart en met zijn hoofd. Zijn hart is het veld zijner gemoedsgesteldheid, zijn hoofd is het veld zijner bewustzijnsgerichtheid. Als het goed met hem gaat, ontwaakt er in hem een geloofsstaat. En het geloof bezit weer de twee aspecten van hart en hoofd. Door hoofd en hart gedreven gaat de leerling zijn pad. De ontwikkeling die daarvan het gevolg is, veroorzaakt de wedergeboorte van de ziel.
Het zielecentrum is, zoals iedere leerling weet, gelegen in het hoofd. Dit zielecentrum, de zielekern, is het hoofd, het meest dynamische beginsel van de gehele menselijke wezenheid, waarvan alle bestuursactiviteiten van het leven uitgaan. Bijgevolg kan men zeggen dat, wanneer de ziel van de mens wedergeboren is, de mens een nieuw ‘hoofd’ gekregen heeft en dat hij dus, naar de oude natuur begrepen, een ‘onthoofd’ mens geworden is.
Het centrale zielebeginsel, waarmee het werk begonnen werd, kan niet langer meer dienstig zijn aan het proces. Het is vervangen door een nieuw hoofd, namelijk het hoofd van een Jezus-geboren mens. Het geloof heeft zijn vruchten geoogst en het kan nu op de basis daarvan voortgaan tot hoger goed.
Zodra iets van de nieuwe zielestaat in een mens gaat lichten, werkelijk gaat stralen, zijn dat verwarmende stralingen. Een mens met een grote ziel in deze zin schenkt altijd troost aan de vermoeide, hulp aan de verdoolde en wekt hoop in de verslagene. Daarom staat deze mens altijd in het leven als een spijzigende mens. Van deze mens gaat wonderbare spijziging uit tot allen die in de woestijn zijn en zo ver van huis verwijderd zijn.
Deze spijziging is te verstaan, haar oorzaken en gevolgen zijn zeer redelijk te verklaren. Daarom wordt in Mattheüs 14, na het verhaal dat betrekking heeft op de gevolgen van de geloofsstaat, het epos van de hoop verhaald, de hoop die spijziging brengt aan vijfduizend mannen, ongeacht de vrouwen en de kinderen.
U verstaat dat het aantal gespijzigden er niet toe doet, en de evangelist wil hier dan ook uw aandacht vestigen op het feit dat het wekken van de hoop in een mensenleven op deze wijze in hoge mate redelijk te verklaren is. Daarom wordt het getal vijf genoemd, het getal van Mercurius, het getal der hoge rede. En er wordt gesproken van vijfduizend, omdat deze werkingen betrekking hebben op het bewustzijn van de mens, op zijn ziel en op zijn gehele lichaam. Er zijn voor alle hunkerende scharen ‘vijf broden’ en ’twee vissen’ ter beschikking, namelijk het brood, geschonken met die onvergankelijke naastenliefde die door alle tijden heen door het Vissenteken werd en wordt gesymboliseerd.
Tegen hen die dan zo gelaafd en gespijzigd zijn met de onvergankelijke hoop, tegen hen wordt gezegd: Ga nu het pad! Doe het nog heden! Vervul de wet der bevrijding! Gedreven door het vuur van de hoop worden allen die discipelen willen zijn, als het ware gedwongen in het schip te gaan en over te varen naar de andere zijde, naar het opstandingsveld, door het proces van de heilige Graal.
Wie dát doet, wie deze roep positief beantwoordt, wie de weg gaat die naar het nieuwe leven voert, moet, het kan niet anders, zich te weer stellen tegen de eigen natuur. Hij moet de levenszee bevaren, terwijl steeds meer de storm der eigen natuur als tegenwind, als tegenstander optreedt. Wie zou daartegen bestand kunnen zijn? Wie zou dat geweld kunnen weerstaan? Toch niemand?
Toch zal iedere ziel in wie de hoop waarlijk gloeit, als wonderbaarlijke spijziging, kunnen overwinnen, als er maar geen kleingelovigheid tot ontwikkeling komt; als de leerling maar eenpuntige gerichtheid blijft betonen en het roer stevig omklemd houdt. Dan komt op de kritiekste momenten de goddelijke liefde hem over de woedende baren der levenszee tegemoet, om te helpen, te redden, op te richten, tot de overzijde van het opstandingsveld bereikt is. Zo blijven geloof, hoop en liefde, doch de meeste van deze is de liefde (1 Korinthe 13).
INHOUDSOPGAVE
- Het zevenvoudige bewijs van broeder- en zusterschap
- De getuigenis van Jezus is de geest der profetie
- De stem van de School en de stem van de ziel
- Jesus mihi omnia
- Chrestos – de zielegeboorte, Christos – de overwinning van de ziel
- De adem des levens
- De Trigonum Igneum
- De stralingswerkzaamheid van de School der jonge Gnosis
- De zeven genezende zielestromen
- De levende tempel
- De drie universele lichamen
- De ene bron van het leven
- De astrale levensatmosfeer
- Geloof – hoop – liefde
- De verborgen omgang met God
- Geopenbaarde waarheid
- De glutenfactor van de persoonlijkheid
- Het lezen van de Rota
- Het oprichten van de tafel
- De tien sefiroth
- Iedere ziel heeft deel aan de opstanding Christi
- Het prototype der nieuwe zieleopenbaring
Bron: Zeven stemmen spreken van Catharose de Petri, Rozenserie 3