BESTEL MYSTIEK VAN HET ROZENKRUIS
1 IK MEDITEER – 2 IK MOET GAAN – 3 IK HEB LIEF – 4 IK BEN VERLICHT – 5 IK NEEM TOE – 6 IK ZOEK DE HOOGTEN – 7 IK WORD BESCHERMD – 8 IK HOOP OP VERNIEUWING
Een beeld zegt meer dan duizend woorden. De waarheid van deze tegeltjeswijsheid kan gemakkelijk worden ingezien. Woorden en taal zijn prachtige middelen om te communiceren, maar hebben ook beperkingen. Eén afbeelding kan bepaalde ideeën, gedachten, gevoelens en situaties duidelijker maken dan vele woorden. Soms is dat in een oogopslag, maar het komt ook voor dat diepere betekenissen zich pas na verloop van tijd openbaren. Soms blijven die ook verborgen voor de beschouwer.
Het is belangrijk dat we ons realiseren dat de hoogste waarheden nooit volledig in woorden kunnen worden gevat en ook niet in beelden, maar dat ze wel kunnen worden ervaren. De kennis die wij als mensen kunnen hebben is altijd ten dele en daarom voorlopig. Vanuit dat uitgangspunt kan er in ons een bereidheid groeien om waarheden van vandaag los te laten voor hogere waarheden van morgen.
Standbeelden van mensen zonder hart
Hier zien we drie beelden van een mens zonder hart die gemaakt zijn door verschillende beeldhouwers. De uiterlijke vormen drukken een bepaalde bewustzijnstoestand uit. Als we die zouden willen karakteriseren met één woord zouden we bij het eerste beed kunnen spreken over ontreddering, bij het tweede over verslagenheid en bij het derde over onbewustheid. Die karakteriseringen zijn natuurlijk maar zeer ten dele. De drie beelden maken in ieder geval wel duidelijk dat het hartcentrum van de mens enorm belangrijk is.
De mysteriën van het hart zijn veelvuldig, diep en voor het verstand maar tot op zekere hoogte toegankelijk. In alle authentieke spirituele leringen en tradities die speelt het hart een centrale rol in het proces van bevrijding, dat is hereniging met het goddelijke leven. Hart betekent ook: centrum, kern, middelpunt. Leven openbarend en leven instandhoudend middelpunt.
Uitspraak van Hermes
In de oudheid zegt de spirituele leraar Hermes Trismegistus zegt tegen zijn leerling: Richt nu je hart op het Licht en ken het. Deze opdracht was de inspiratie voor het motto van het eeuwfeest van het Gouden Rozenkruis in 2024: Ken het licht en sluit er vriendschap mee. Het gaat hier om het Licht dat als een vonk van de geest in ieder mensenhart verborgen ligt. Die goddelijke vonk is het eeuwigheidsbeginsel die het mogelijk maakt dat de mens kan terugkeren naar zijn oorsprong. Deze wordt ook wel aangeduid mer woorden als roos, lotus en parel, allemaal symbolisch gezien natuurlijk.
Het zegel van Maarten Luther
De beroemde Duitse hervormer Maarten Luther vond dat het hart de basis is voor het geloof. Dat bracht hij tot uitdrukking in het zegel waarmee hij zijn correspondentie autoriseerde. Daarin zien we in het midden een rood hart met daarin een zwart Latijns kruis. Dat hart bevind zich in het midden van een witte vijfbladige roos die zich bevind in een hemelsblauw veld en omsloten wordt door een gouden ring. We zien dus dat het Lutherzegel als de symbolen van de roos en het kruis bevat.
Het leven en de werken van Luther dragen niet de signatuur van het rozenkruis, zoals dat zo’n anderhalve eeuw na zijn dood in Duitsland en andere Europese landen tot ontwikkeling komt omdat hij niet vertrouwd is met de wijsheid uit mysteriescholen. Wel heeft Luther eraan bijgedragen dat de impuls van het Rozenkruis mogelijk werd, want deze kon zich manifesteren in bepaalde Lutherse kringen.
Manifesten van de rozenkruisers
De geschiedenis van de rozenkruisers begint met drie anoniem gepubliceerde geschriften die bekend staan als hun manifesten van de rozenkruisers in achtereenvolgens 1614, 1615 en 1616. Daarin wordt gesproken over een zekere broeder C.R. of Christian Rosenkreutz die een belangrijke reis heeft gemaakt en die kan worden gezien als een metafoor voor een inwijdingsweg. In het boek Mystiek van het rozenkruis wordt daar dieper op ingegaan. De manifesten bestonden alleen uit teksten en hadden geen afbeeldingen. Ze waren wel een belangrijke inspiratiebron voor een ontwikkeling van een rijke beeldtaal.
Symbolische voorstellingen
De klassieke rozenkruisers uit de zeventiende eeuw kenden de grote waarde van symbolische afbeeldingen omdat ze ervoeren dat die het mede mogelijk maken om verbinding te maken met de wereld van de ziel en daaruit te gaan leven.
Hier zien we drie voorbeelden van dergelijke afbeeldingen die zijn opgenomen in Mystiek van het rozenkruis en daar ook worden toegelicht.
Emblemen van Daniël Cramer
In dit online kerstprogramma beperken we ons tot emblemen van Daniël Cramer die werden gepubliceerd in 1617. Het eerste embleem met de titel ‘Ik mediteer’ dat centraal stond in de vorige beschouwing, verbeeldt iets van de houding die nodig is om werkelijk mens te worden in overeenstemming met het godsplan, om een levende verbinding te worden en te zijn tussen hemel en aarde.
Ik moet gaan
Nu gaan we ons bezinnen op het embleem ‘Ik moet gaan’. We zien een bergachtig landschap waar een rivier doorheen stroomt. Een brug verbindt de twee oevers. Rechts beweegt een mens die de brug over wil. Deze reiziger spant zich enorm in, maar komt maar heel langzaam vooruit omdat hij een zware handkar met een soort huis achter zich aan trekt. Verder zijn er twee dorpen te zien: een laaggelegen dorp rechts van de rivier en een hooggelegen dorp links van de rivier. Tenslotte is er natuurlijk het hart dat in alle emblemen voorkomt. Hier heeft het hart vleugels en vliegt het naar het hooggelegen dorp.
Deze afbeelding is gebaseerd op de bijbeltekst: laat de broederliefde blijven (Hebreeën 13:1). Voor de meeste mensen zal het niet direct duidelijk zijn wat het verband is tussen het bijbelvers en de afbeelding. En datzelfde geldt ook voor veel andere emblemen. De beschouwer staat voor de uitdaging om dat verband tussen tekst en beeld wél te gaan zien. Nu is het niet zo dat er één goed antwoord is: er zijn vele goede antwoorden. En eigenlijk gaat het ook niet om het antwoord. In die zin is een embleem te vergelijken met een koan uit de zen-traditie.
De zen-meester geeft een koan – dat is een soort raadsel – aan een leerling. Het is de taak van de zen-leerling om die koan te ‘kraken’, om te komen tot begrip en het juiste antwoord te vinden. Uiteindelijk gaat het niet primair om het antwoord waarmee de leerling komt, maar om de inspanningen die hij of zij zich getroost om tot een juist antwoord te komen, want alleen de inspanning werkt transformerend, het antwoord als zodanig niet. De inspanning is nodig om het gewone denken te kunnen overstijgen.
De reiziger op de afbeelding ervaart een grote innerlijke noodzaak en urgentie om verder te gaan, iets dat ook tot uitdrukking komt in de titel van dit embleem: ik moet gaan. Die noodzaak kan alleen maar worden ervaren als een zeker dieptepunt is bereikt en de slapende geestvonk in het hart is ontwaakt. Bij de reiziger is dat het geval want in een bepaald gebied stoomt water via de laagste plekken. De reiziger wil gaan over de brug van het oude naar het nieuwe. Vanuit zijn hart verlangt hij naar een hoger bewustzijn met ruimere inzichten en meer vrijheid.
Dat verlangen vormt aanvankelijk de belangrijkste drijfveer op het spirituele pad. Zo kan het hart vleugels krijgen en op sommige momenten voorproefjes van de vreugden van het hogere bewustzijn ervaren voordat de mens is getransformeerd tot een levende verbinding tussen hemel en aarde.
Teneinde in geestelijk opzicht te groeien en te stijgen, is het nodig om belemmerende gehechtheden en identificaties los te laten. In eerste instantie is de reiziger geneigd om alles wat hij tijdens zijn leven in zijn kar heeft verzameld aan ideeën, gewoonten, conditioneringen en spullen mee te nemen. Dan zal hij merken dat hij op zijn weg omhoog niet verder komt. Die ervaring kan hem doen besluiten om ballast achter te laten en verder te reizen met in ieder geval het ene nodige.
Aanvankelijk gaat de mens het spirituele pad vooral voor zichzelf, maar geleidelijk wordt het hem of haar steeds duidelijker dat het bewandelen van die weg ook bijdraagt bewustwording en vernieuwing in de samenleving.
We besluiten met een citaat uit de inleiding van ‘Mystiek van het rozenkruis’ over de weg van het hart:
‘Deze weg vraagt wel enige tijd en moeite. Het is niet veel minder dan topsport, of het beheersen van een vreemde taal en vraagt evenveel als van een timmerman houtbewerker die een kunststuk vervaardigt. Kortom: Het is een levenslang leerproces.’
BESTEL MYSTIEK VAN HET ROZENKRUIS