De zevenvoudige geestesschool – naar boven, naar binnen, naar buiten – triskal

BESTEL IN HET TEKEN VAN DE DRIEBOND VAN HET LICHT

Iedere eeuw kenmerkt zich door een eigen, geheel nieuwe atmosfeer met daarin de werkzaamheid van nieuwe spirituele energieën. En aan het einde van een eeuw worden daaruit de zaden gezaaid die in de volgende eeuw – als nieuwe mogelijkheden – zullen ontkiemen, groeien en bloeien. Met het verschijnen van het boek In het teken van de Driebond van het Licht publiceert de Geestesschool van het Gouden Rozenkruis de toespraken van de conferenties van 2001, 2006 en 2012 in Ussat (Zuid-Frankrijk). Zij richt daarmee een nieuwe oproep aan de mensheid zich bewust te worden dat er in het midden van een geschokte samenleving nieuwe perspectieven verschijnen, die zich als een ondersteunend veld manifesteren, en waaruit allen licht en kracht kunnen putten.

DEEL II – HOOFDSTUK II: NAAR BOVEN, NAAR BINNEN EN NAAR BUITEN

Drie niet van elkaar te scheiden fundamentele krachtlijnen bepalen het werk van onze Geestesschool. Geen van die drie lijnen kunnen wij afzonderlijk volgen, zonder niet tegelijkertijd ook de beide andere te volgen. Deze drie lijnen zijn van elkaar afhankelijk. Ze kennen een gemeenschappelijk middelpunt – een centraal punt, waaruit ze alle drie voortkomen. We hebben deze drie lijnen van activiteit reeds op verscheidene manieren beschreven – maar als we het op een zo eenvoudig mogelijke manier willen uitdrukken, kunnen we hun richting en werkzaamheid aanduiden als: naar boven, naar binnen en naar buiten.

We kunnen dit verbeeld zien in het druïdensymbool (triskal) van de drie spiralen die uitgaan van een gemeenschappelijk centrum. De achtergrond van dit symbool wijst op de drievoudige spiraal van zuivering, vernieuwing en bevrijding. Deze drie lijnen zijn werkzaam zowel in de individuele leerling als binnen de leerlingengroep van de School – en binnen onze planeet als geheel.

Elk van deze drie spiraalgangen laat een zevenvoudige ontwikkeling zien. Op het individuele vlak houden de drie lijnen verband met de microkosmische mens in zijn zevenvoudige opbouw. Op het collectieve vlak van de jong-gnostieke broederschap kunnen we deze drie lijnen verbonden zien met de zeven aanzichten van onze Geestesschool. En op het planetaire vlak zijn de drie lijnen werkzaam via de zevenvoudige wereldbroederschap.

Nu kunnen we alles in onze School begrijpen, onderzoeken en ervaren door uit te gaan van deze drie fundamentele krachtstromen en hun zevenvoudige openbaring. De drie krachten zijn in hun hoogste idealiteit onaantastbaar omdat ze direct uit de Logos voortvloeien; zij zijn de goddelijke heerlijkheid. In hun zevenvoud worden ze tot een openbaring, tot een scheppende vormgeving, en vormen ze de oorsprong van alle bevrijdende wording. Omdat nu alles zich in alles weerspiegelt en alles invloed heeft op alles, zien wij hoe er een tweedeling optreedt binnen het zevenvoud, waardoor de drie hogere aanzichten één worden met de zojuist genoemde drie hoogste krachten van de Logos – en de vier lagere aanzichten één worden met het vierkant van bouw in zijn stoffelijke gedaante.

Als we de gedachtelijn van onze uitnodiging tot deze conferentie volgen, kunnen we zeggen dat de ene goddelijke kracht in de bovenste driehoek haar steunpunt vindt, en dat zij in het vierkant de hefboom vindt om het wiel van de Dharma in gang te zetten. Dat wil zeggen: van de bevrijdingsgang, zowel in de individuele leerling, in de School als geheel, als in heel het universum, op basis van de geestordewet die luidt: Zo boven, zo beneden! Dit is een groots plan van bouw – een magistrale formule voor de opbouw van de drievoudige universele tempel – en wij kunnen het duidelijk herkennen in de structuur en werkwijze van onze Geestesschool. Iedere leerling is getuige van deze bouwarbeid, en wel zo dat de the- orie zich in de praktijk weerspiegelt, en de praktijk haar bevestiging vindt in de theorie. Op deze manier constateren wij dat de zevenvoudige structuur van de Geestesschool drie werkvelden laat zien die innig met elkaar verbonden zijn:

    • De uiterlijke school, die wordt gevormd door het eerste en tweede aanzicht;
    • de innerlijke school, bestaande uit het derde en vierde aanzicht;
    • en de innerlijke graden, gevormd uit de drie aanzichten vijf, zes en zeven.

In de innerlijke graden ligt de nadruk op de lijn naar boven, in de innerlijke school ligt het zwaartepunt op de lijn naar binnen, en in de uiterlijke school ligt de nadruk op de lijn van de manifestatie naar buiten.

In de uiterlijke school zijn er de openbare activiteiten, die alle zoekers die het Lectorium Rosicrucianum naderen opvangen, informeren en de weg wijzen. Hier wordt de zoeker voorbereid doordat hij – naar de mate van zijn verlangen – in binding komt met de innerlijke en transcendente dimensie van de spirituele arbeid. In de uiterlijke school gaat het vooral om de aanraking, om het contact tussen het krachtveld van de universele Gnosis en het geestvonkatoom van de zoekenden.

In de innerlijke school, die zoals u weet een inwijdingsschool is, gaat het om de begeleiding van al degenen die – als gevolg van de aanraking – besluiten om alle obstakels en beproevingen te overwinnen, tot het punt waarop zij zich onlosmakelijk verbonden weten met het Licht der Lichten en zo hun ‘mystieke wedergeboorte’ beleven.

In de innerlijke graden gaat het erom, op basis van de mystieke wedergeboorte verder te gaan – tot de ‘structurele wedergeboorte’. Dit is dan de bekroning van het proces van transmutatie en transfiguratie, en daarmee van het grote, innerlijke, alchemische werk.

Het zevende aanzicht is in dit alles steeds het onuitsprekelijke ijkpunt, het is de wegwijzer en vuurtoren voor alle aanzichten van onze Geestesschool, en voor de gehele arbeid van de jong-gnostieke broederschap. Het vormt het gemeenschappelijke middelpunt – tegelijk doel en oorsprong – van al onze inspanningen, van heel ons verlangen. Het is het opstandingsveld. Dit hoogst unieke middelpunt, dat voor ons allen zulk een bijzondere plaats inneemt, schenkt ons de mogelijkheid, zowel voor de aanraking, als voor de beide processen van wedergeboorte. Want het zevende aanzicht van onze School vormt voor de broederschap des levens het eerste aanzicht! Van hieruit ontplooit zij al haar inspanningen voor wereld en mensheid.

Hier ligt dan ook het uitgangspunt voor de werkzaamheden van de stichters van onze Geestesschool. En voor ons is het het doel van onze inspanningen. Het is ons begin en ons einddoel. Het is de bron van waaruit de verticale kracht onvermoeibaar toestroomt en die ons activeert om de jong-gnostieke broederschap te dienen. En deze verticale kracht werkt zeer direct en voor iedereen: zij maakt geen onderscheid en maakt ook geen onderverdeling in categorieën. In deze kracht dopen we onze kinderen en vanuit diezelfde kracht zetten wij onze laatste schrede, om binnen te gaan in de volmaakte vrijheid.

Tussen deze eerste aanraking en die laatste schrede ontvouwt zich de driemaal zevenvoudige spiraal van onze inspanningen. Om deze aanraking allereerst te bevestigen in de natuurgeboren persoonlijkheid, vervolgens om wedergeboren te worden in het Licht en ten derde om structureel te transfigureren. Zij vormt een driemaal zevenvoudige spiraal, met haar drievoudige inspanning: naar boven, naar binnen en naar buiten, naar wereld en mensheid. Niets en niemand mag noch kan worden verwaarloosd, vergeten of nagelaten, want het gaat hier om een universeel pad, waarop de verwaarlozing van ook maar een enkel deel de voortgang van het geheel afremt. Want dan zijn we gedwongen om terug te gaan en in het reine te komen met de situatie of de persoon, die we juist wilden vermijden – en let wel: dat vaak alleen maar met de bedoeling om ons sneller vooruit te helpen.

Slechts in het volle bewustzijn dat ieder van ons een levende cel is binnen een kosmisch lichaam – deel uitmaakt van een groot universeel geheel – beseffen we ten volle dat al onze inspanningen tot bevrijding zich zullen realiseren op drie niveaus, namelijk: ten behoeve van de mensheid, ten behoeve van de School en ten behoeve van onze eigen wezenheid. Het is op die basis dat we de spirituele voortgang in de kracht van de roos en het kruis in haar volledige potentieel kunnen ontvouwen.

Daarom is het zo belangrijk dat we ons in deze dagen bezinnen op de structuur van onze School, haar arbeid, haar stofwisseling en haar doelen. Want alleen zo kunnen wij bewust, alert en helder het werk verrichten dat de nieuwe eeuw en de nieuwe mensheidsperiode van ons verwacht, en in zekere zin ook van ons verlangt.

Elke cel van het levende lichaam, en elk orgaan, dus elke groep cellen van dit lichaam, heeft zijn eigen belangrijke functie. Van de groep van broeders en zusters die inmiddels hun mystieke wedergeboorte hebben beleefd (of deze reeds hebben voltooid) gaat op een onpersoonlijke manier een zeer bijzondere lichtstraling uit. En van deze groep gaat een eveneens zeer bijzondere krachtstraling uit.

Wat is daar zo speciaal aan? Het bijzondere is, dat de kracht en het licht van de universele zevengeest, welke qua aard volkomen goddelijk zijn, dankzij de jarenlange arbeid verricht in de kracht van de roos en het kruis, een god-menselijke dimensie aannemen. De zevengeest is alomtegenwoordig, maar zijn kosmische trilling en uitdrukking kunnen niet zo zonder meer door de mensen worden geassimileerd.

Er zijn er in de wereld maar weinig die in staat zijn om deze verheven kracht op te nemen en in bevrijdende zin aan te wenden. Daarom is het noodzakelijk dat er een groep werkers bestaat, die op grond van haar eigen spirituele arbeid binnen de schoot van het levende lichaam dit licht en deze kracht weet te transformeren tot een stroom van zegen, welke kan worden opgenomen door allen die hongeren en dorsten naar de geest, maar die nog niet de beschikking hebben over een zielestructuur, die hen in staat stelt om de heilige geest in haar volledig goddelijke uitdrukking te assimileren.

Dat is de wijze waarop deze kracht en dit licht vrijgemaakt en geconcentreerd worden in de innerlijke graden en in de innerlijke school van onze jong-gnostieke broederschap; en zij staan aan de gehele groep van leden van de uiterlijke school ter beschikking! Dit licht en deze kracht manifesteren zich in de eerste beide aanzichten zo, dat binnen de schoot van het Licht de geactualiseerde leer wordt ingegraveerd en bevestigd, en dat de kracht het begin van het proces mogelijk maakt en tevens de eerste hindernissen op het pad helpt overwinnen. Zou de leer die in de uiterlijke school wordt uitgedragen niet zijn doorstraald met dit licht van de ziel, dan zou onmiddellijk de leer in uitsluitend theoretische vorm worden geassimileerd. Zij zou dan onwerkzaam zijn en als gevolg daarvan het voorwerp worden van eindeloze steriele analyses en discussies.

Wanneer de overdracht van onze leringen, die in het licht van de ziel door de groep van broeders en zusters van de innerlijke school is vrijgemaakt, niet tevens begeleid zou worden door de genoemde kracht van de geest, dan zouden de leden van de eerste twee aanzichten ertoe kunnen neigen deze leer toe te passen vanuit de krachten van hun persoonlijkheid. Zij zouden daardoor verhinderen dat de roos des harten zich kan openbaren.

Om die reden zal in de Geestesschool de verrichte arbeid voortdurend worden ondersteund en gevoed door het licht en door de kracht die dagelijks worden verzameld en vrijgemaakt door de leden van de innerlijke school en van de innerlijke graden van de jong-gnostieke broederschap. En we herhalen: het Christuslicht is onaantastbaar en alomtegenwoordig. Maar dit licht en deze kracht zullen slechts dan direct door allen kunnen worden geassimileerd en toegepast, als ze eerst zijn getransmuteerd door de ziele-arbeid van hen die binnengaan in de fasen van de wedergeboorte.

In het volgende hoofdstuk willen wij stap voor stap de weg uiteenzetten, die vanaf het begin van de uiterlijke school voert tot de bewuste binnenkomst in het veld van de broederschap des levens.

INHOUDSOPGAVE

Steenhoop der getuigenis, een woord van Catharose de Petri

Woord vooraf door de internationale spirituele leiding

Deel I – De broederschap van het Rozenkruis – De Fraternitas Universalis – Conferentie Ussat 8-12 september 2001 

  1. Praktische magie
  2. De zevenvoudige Adem Gods
  3. De wetenschap van de Grote Adem
  4. Het gnostieke rijk in Europa                                                                                      

Deel II – De broederschap van de Katharen – Brood, water en zout – Conferentie Ussat 9-13 september 2006

  1. De vleugels van Hermes
  2. De dag des heren
  3. Het boek van Henoch
  4. De zeven zegels
  5. De kracht van velen
  6. Het moederveld van de heilige geest
  7. De werkzaamheid van de zeven stralen van de geest

DEEL III – De broederschap van de Graal – De gemeenschap – Conferentie Ussat 15-18 september 2012

  1. Lux lucet in tenebris
  2. Naar boven, naar binnen en naar buiten
  3. De nieuwe ethers
  4. De zeven brieven aan de gemeenten van Asia
  5. Wat is een erfenis?
  6. Formatie, reformatie, transformatie
  7. Bericht aan de toekomst

Verantwoording van de illustraties

BESTEL IN HET TEKEN VAN DE DRIEBOND VAN HET LICHT