Ruim 400 jaar geleden deden de klassieke rozenkruisers een oproep tot een totale bewustzijnsomwenteling. Momenteel bevindt de mensheid zich aan het prille begin van een groot kosmisch gebeuren. Nieuwe energieën worden door de drie mysterieplaneten Uranus, Neptunus en Pluto over de mensheid uitgestort. Aquarius betekent voor de spirituele zoeker een grootse nieuwe mogelijkheid om het innerlijke veranderingsproces door te voeren, met als bekroning de transfiguratie van ziel en geest. Hieronder volgen het begin en het einde van het boekje ‘400 jaar Rozenkruis, de taal van Aquarius’, deel 11 van de symposionreeks. Die uitgave is van 1 juli t/m 30 september 2022 met korting aan te schaffen in verband met de tentoonstelling De Rozenkruisers Revolutie – traditie en vernieuwing.
INLEIDING
Om aan te geven waarom de School van het moderne Rozenkruis zoveel belang hecht aan het onderwerp van vandaag, willen wij deze dag beginnen met u een zestal fragmenten voor te leggen uit De belijdenis der Rozenkruisers Broederschap, een van de manifesten van deze broederschap. Vierhonderd jaar geleden riepen de rozenkruisers hiermee op tot een algehele reformatie van de gehele samenleving. Misschien moet u even wennen aan het taalgebruik van 400 jaar geleden, maar de inhoud is absoluut de taal van de komende Aquarius-era.
‘Wil, o stervelingen, wat ge door het klaroengeschal van de Fama Rosae Crucis over onze Broederschap vernomen hebt, niet als verdichtsels beschouwen, noch wantrouwend menen dat het het product van onze eigenwilligheid zou zijn, want het is Jehova die, nu de wereld dreigt ineen te storten en, daar deze periode bijna ten einde is, terugijlt naar haar begin, de loop der natuur omwendt en hetgeen voorheen met grote moeite en niet-aflatende inspanning tevergeefs gezocht werd, thans zonder meer openbaart aan hen die er zelfs niet aan denken, het aanbiedt aan hen die willen, en het opdringt aan hen die niet willen, opdat daardoor voor de goeden de last van het menselijke leven worde verzacht en het geweld van dreigende noodlotsslagen worde betoomd, doch voor de bozen hun zonden, en daarmee hun plagen, worden vergroot (…)’ (hfdst. 1)
‘Er bestaat echter voor ons geen andere wijsbegeerte dan die welke de bekroning is van alle faculteiten, wetenschappen en kunsten. Zij omvat, voor wat onze eeuw betreft, vooral godgeleerdheid en geneeskunde, en het minst de rechtswetenschap. Het is een wijsbegeerte die hemel en aarde met een voortreffelijke ontleedkunde doorvorst, of die, om kort te gaan, genoegzaam tot uitdrukking brengt dat de enkele mens een microkosmos is (…)’ (hfdst. 2)
‘Voorzeker is hij, aan wie vergund is de grote karakters Gods – die Hij op het gebouw der wereld geschreven heeft en die Hij in de wisselingen der koninkrijken voortdurend herhaalt – te schouwen, hun samenhang te verstaan en zich op basis daarvan op te heffen, reeds een der onzen, ook indien hij zich daarvan op dit ogenblik nog niet bewust is.(…)’ (hfdst. 6)
‘Wij moeten nu, o stervelingen, één ding verklaren, namelijk dat God besloten heeft aan de wereld – die niet lang daarna zal ondergaan – de waarheid, het licht en de waardigheid te hergeven, die Hij eertijds met Adam uit het Paradijs deed vertrekken om de menselijke ellende te verzachten. (…)’ (hfdst. 7)
‘Doch uit de geest van Christus, onze Verlosser, getuigen wij dat eerder stenen zich zullen aanbieden dan dat het ons zou ontbreken aan uitvoerders van Gods Raadsbesluit.’ (hfdst. 7)
‘Om zijn wil bekend te maken heeft God reeds boden vooruitgezonden, namelijk sterren, die verschenen zijn in Serpentarius en Cygnus, en die, als waarlijk grote tekenen van zijn machtig raadsbesluit, ons kunnen leren hoezeer Hij, indien alles wat door de menselijke scherpzinnigheid ontdekt is saamgevoegd zou zijn, dit aan zijn verborgen schriftuur dienstbaar zou maken. Het Boek der Natuur is dan ook voor aller ogen opengeslagen en onthuld, hoewel slechts weinigen het geheel kunnen lezen, laat staan begrijpen.’ (hfdst. 8)
MODERNE ROZENKRUISERS BELIJDENIS
(tekst van J. van Rijckenborgh uit De belijdenis der Rozenkruisers Broederschap)
Wij, speurders naar het verborgen geheimenis, weten dat in het gehele universum systeem en ordening heersen, dat het al zich voltrekt van eeuwigheid tot eeuwigheid, met behulp van onveranderlijke wetten.
Wij, die van stap tot stap de sluiers tussen ons en het onuitsprekelijke vaneenschuiven, ontdekken het planmatige in alle verwerkelijking.
Wij, die de verhoudingen tussen macrokosmos en microkosmos onderzoeken, zien het grandioze evenwicht tussen alle dingen.
Wij, die de smalle sporten van de Mercuriusladder grijpen om ons bewuste wezen te tillen in de werelden van het ongeziene, zien de levensstromen der natuurrijken golven door de ether.
Wij, die de grote stilte naderen, horen de stemmen der stilte.
Wij, leerlingen in de grote leerschool der eeuwigheid, die de Tempel des Geestes binnentreden, omvatten de glorie van het abstracte denken.
Wij dienaren van het Geestelijk Vuur, schouwen diep in de bronnen van het menselijke kunnen. Wij weten waartoe van den beginne de mens geroepen is.
Wij, Rozenplukkers in de Tuin van Fohat, zien, als in vertrekking van zinnen het ontwikkelingspad als een bliksemschicht snellen van einder tot einder.
En wij, die onze wetenschap zo vermeerderen, onze gezichtseinder verruimen
onze krachten met dynamische energie laden, wij komen van verwondering tot bewondering, van diepe verbazing tot stamelende aanbidding, tot verootmoediging, tot Godsdienst.
Wij buigen voor de majesteit Gods, omdat, na diepste doorvorsen, blijken gaat de Godsbemoeienis met alle rijken,
En wij ervaren de kracht die achter alle dingen drijft, de verheven kracht, die onze planeet door de ruimte stuwt, namelijk het licht der wereld, de Christus.
AFSLUITING
Vandaag hebben we met elkaar een reis gemaakt door ruimte en tijd, door het universum, langs sterrenbeelden en planeten. We doorkliefden vandaag de ruimte van de 7 planeten en zagen dat Chronos of Saturnus de poort vormt tot de nieuwe invloed van de transsaturnale planeten Uranus, Neptunus en Pluto. Zij bieden de mens die wil en die zich daarop richt, een vernieuwd hart vol zielenleven, een bewustzijn dat vol verlangen uitziet naar de geestbinding, en een levenshouding die daarvan een krachtig bewijs is.
We hebben gezien dat astronomische tijdperken en cultuurperioden samenvallen. Denk aan het Taurus- of stiertijdperk, de Minoïsche beschaving met zijn minotauruslegende, het Ramtijdperk, waarin de verboden aanbidding van het gouden kalf symbool staat voor het terug willen keren tot het stiertijdperk. Het is het ramtijdperk dat tenslotte het Lam Gods voortbrengt, waarna in het Vissentijdperk de mens opdracht krijgt de Innerlijke Christus te volgen, en de mens het inzicht geschonken wordt: Het koninkrijk Gods is binnenin u.
En nu nadert het Aquarius-tijdperk. De tijd waarin, onder invloed van de vuurether, de heilige of heiligende geest, alles transparant zal worden, en de doorbraak naar een nieuw zielenbewustzijn zal moeten plaatsvinden.
Nú is het zover dat de opdracht van het Vissentijdperk gerealiseerd moet worden, wil aan deze Aquarius-eis voldaan kunnen worden. Het Hermetische axioma: zo boven, zo beneden, is actueler dan ooit. Aan ons de opdracht het zo beneden gelijk te maken aan het zo boven.
INHOUDSOPGAVE
Inleiding
De signatuur van Aquarius – E. Meeter-Bakhuizen en R. Goud
De Aquarius-taal van het moderne Rozenkruis – F. Spakman
De Aquarius-impuls van het Rozenkruis – Y. de Vries, G. Olsthoorn en P. Huijs
Afsluiting
Moderne Rozenkruisers Belijdenis
Tentoonstellingstekst
Teksten bij de tentoonstelling van de Bibliotheca Philosophica Hermetica