11 Er is geen ledige ruimte – commentaar op strofe 11 van de Daodejing uit de Chinese Gnosis


BESTEL DE CHINESE GNOSIS

DOWNLOAD THE CHINESE GNOSIS (FREE PDF)

Hieronder volgen de tekst van strofe 9 van de Daodejing (of Tao Teh King) en het  commentaar dat J. van Rijckenborgh (1896-1968) en Catharose de Petri (1902-1990) daarop hebben geschreven in hun boek De Chinese Gnosis.

De dertig spaken van een wiel verenigen zich om de naaf,
maar alleen door de ledige ruimte is zij van nut.
De vaas is uit klei gekneed,
maar alleen door de ledige ruimte is zij van nut.
Men maakt deuren en vensters ten dienste van het te bouwen huis,
maar alleen door de ledige ruimte zijn zij van nut.
Daarom: het zijn, het materiële, heeft zijn voordeel,
maar van het niet-zijn, het immateriële, hangt het eigenlijke nut af.

Tao Teh King, hoofdstuk 11

11 ER IS GEEN LEDIGE RUIMTE

Het elfde hoofdstuk van de Daodejing vestigt de aandacht op enkele uiterst belangrijke zaken. Zeer direct wordt men bepaald bij de dusgenaamde ‘ledige ruimte’. Voorts bij een wiel, een vaas en een huis, die slechts door de ledige ruimte van belang worden. Onwillekeurig denken wij hier aan het graf van Christiaan Rozenkruis. In de grafsteen zijn enkele spreuken gehouwen. Een daarvan luidt: ‘Er is geen ledige ruimte’. Tot dezelfde conclusie is natuurlijk Lao Tse gekomen, want een werkelijk ‘ledig’ kan niet nuttig zijn.

Er is een alopenbaring, die wij kennen als het universum des doods. De voor de mens onzichtbare achtergrond daarvan is belangrijker dan de zichtbare alverschijning. Het immateriële van de dialectische natuur: het onzichtbare, bepaalt het materiële: het zichtbare. Het zichtbare heeft een taak en een doel; uit het onzichtbare zijn zij te verklaren. Als men de wereld der dialectiek leert kennen naar haar taken en doeleinden en men constateert dat alles moeite en verdriet is, dan kan men onmogelijk meer respect hebben voor de ledige ruimte, de onzichtbare achtergrond van deze dingen en verschijnselen. Immers, uit het onzichtbare is het zichtbare te verklaren.

In de natuur des doods doet het onzichtbare, alles wat huist, kookt en woelt in de ledige ruimte, zijn uiterste best om zijn doeleinden en taken te maskeren, omdat het natuurlijk alle eonen en archonten bekend is dat uit het gevolg steeds de oorzaak kan worden afgeleid. Daarom is er een algemeen dialectisch streven de ware aard van de doodsnatuur valselijk te omsluieren. Dat gelukt maar zeer ten dele, want het verschijnende zal onveranderlijk eenmaal zijn ware aard openbaren.

Is de maskerade dan geen nutteloos streven? Nee, want als de ware aard voor de dag komt, is het meestal in vele opzichten te laat om zich daartegen afdoend te beschermen. Er zijn kerken en bedehuizen om aan de metafysische behoeften van de mensheid tegemoet te komen. Toch worden zij gebruikt om deze wereld in stand te houden en om de mensheid de ware aard van de doodsnatuur niet te doen kennen. Als de mens zich magnetisch geheel wijdt aan, zich geheel afstemt op het instituut dat hem verlossing belooft, dan wordt hij gedemagnetiseerd en ongeschikt gemaakt voor de waarlijk verlossende gnostieke magnetische processen. Zo blijkt hoe ontzaglijk belangrijk een studie is van de ledige ruimten der doodsnatuur. Dáár liggen de gevaren, dáár liggen de oorzaken.

Het is daarom dat de moderne Geestesschool steeds weer opnieuw het onzichtbare, dat in zijn verschijnselen zichtbaar wordt, voor u ontmaskert. De zwoele maskers van de spiegelsfeer zijn afgerukt. Deze voor ons ledige ruimte is ontdekt. En u weet wat u daarvan te denken hebt en u weet tot welke conclusies een ieder gerechtigd is.

Alle mensen staan te midden van een wiel. Iedere microkosmos en iedere sterfelijke ziel staat in het middelpunt van een alopenbaring. De zon zendt haar stralen naar u; alle hemellichamen zenden stralen naar u uit. Zo staat u in een wiel van vurige stralen, die alle bij u, in u, als middelpunt uitkomen: De dertig spaken van een wiel verenigen zich om de naaf.

Het wiel is derhalve het astrale licht dat u beweegt. De wielkern bent u. Immers, u bent het middelpunt waarin de stralen uitkomen. Er is hier sprake van dertig spaken of stralen, omdat er in de Universele Leer dikwijls dertig primaire spaken of stralen van het grote vuurwiel worden geschouwd. Er zijn drie grote stromen van astraal vuur. In elk daarvan bevinden zich vele krachtlijnen. Deze dertig stralen komen niet uit het zichtbare universum, doch uit het onzichtbare, uit het ledige, uit de ledige ruimte. Het astrale vuur is onzichtbaar.

Deze stralen of kanalen verzamelen alle krachten en mogelijkheden uit de totale ruimte van het vlammende wiel en stuwen deze naar de naaf. Het wiel draait om de kern en deze naaf of kern draagt een wagen of een existentie. Deze existentie heeft een zeker doel, dat zijn nut of onnut aan de ledige ruimte ontleent, aan de krachtbron. De krachtbron bepaalt de hoedanigheid, de draagkracht, het vermogen van het door de bron zichtbaar wordende.

Na dit te hebben aangetoond daalt Lao Tse af in nadere bijzonderheden. Hij zegt: ‘Denk nu aan de vaas’. Wij hebben deze vaas leren kennen als de heilige Graal, als de grote bron des harten. In deze graalbeker is een beginsel verborgen: de roos des harten. Maar de graalbeker vestigt tegelijkertijd uw aandacht op het totale hartheiligdom, dat in het proces van de Graal zulk een grote rol heeft te spelen.

Het hartheiligdom, niemand zal het ontkennen, is uit ‘klei’ gekneed, met andere woorden: uit de stof van de natuur. Het zal de leerling slechts van nut kunnen zijn als hij de ledige ruimte in de vaas vult uit de ledige ruimte, uit de onzichtbare ruimte van de Gnosis, als de vaas gevuld wordt door het levende water van het vurige wiel des heils. Daaraan moet noodzakelijkerwijs een reiniging des harten voorafgaan.

U moet er eens op letten hoe ieder mens bezig is zijn woonstede, zijn persoonlijkheid, op te bouwen, te verbouwen en op alle mogelijke wijzen te voorzien. De mens is steeds bezig met zijn deuren en vensters, die hem ingang en uitgang moeten verzekeren en hem uitzicht moeten verschaffen. Nu moet u zich afvragen of het huis, waaraan u bezig bent te bouwen, vensters en deuren heeft in de richting van de ledige ruimte der Gnosis of niet. In welk vuurwiel staat u? Het wiel waarin u staat bepaalt de last die u hebt uit te voeren.Welk nut moet uw huis afwerpen: nut voor de natuur des doods of nut voor de natuur des levens?

U bent de naaf waarin dertig spaken bijeenkomen, dertig rivieren, gevoed door de talloze beken van de ledige ruimte. Maar in welke ledige ruimte staat u?

U staat in twee ruimten: ten eerste in de tijd-ruimtelijkheid, ten tweede in de eeuwigheid, de alomtegenwoordigheid. Daarom ziet u, abstract beschouwd, twee wielen om u heen wentelen, twee vurige raderen. Op welk rad zien nu uw vensters uit? Naar welk vuur zijn uw deuren geopend? Volgens de conceptie van welk rad bouwt u uw huis? Begrijpt u nu dat van het niet-zijn het eigenlijke nut afhangt? U bent iets ‘niet’ en iets ‘wel’ en wat u niet bent dient u te worden.

Iedere seconde van uw leven bent u bezig iets te zijn, iets te demonstreren. Wat u aldus toont en bewijst bepaalt de immateriële sfeer, de onzichtbare ruimte, die u doet leven. Zodra u dus uw aandacht vestigt op uw werkelijke levensuitkomsten, weet u welk vurig wiel van de twee die om u heen wentelen de leidende factor in uw leven is. De moderne Geestesschool is het veld waarin men u leert en helpt de vaas des harten, de Graal, waaruit alles worden moet, nuttig te maken en het huis der vernieuwing wél te bouwen.

Dicht, heel dicht willen wij deze dingen bij u brengen. Denk dan eens aan het tapijt voor de plaats van dienst in onze tempels. U, leerling van de Geestesschool, bent het doel van de Geestesschool. De School wil u het doel doen bereiken en dus bent u de spil waarom het wiel draait. Welnu, ga nu eens op dat tapijt staan. Wat ziet u nu? En wat ervaart u nu? U staat als middelpunt in een cirkel, in een vurig wiel. Tal van krachten komen op u aan. Als rivieren van uit het onzichtbare stroomt het levende water op u aan. De spaken van dit wiel verenigen zich om u: De dertig spaken van het wiel verenigen zich om de naaf maar alleen door de ledige ruimte is zij van nut.

Vervolgens staat u in de driehoek. De dertig spaken van het wiel manifesteren zich nu in drie hoofdstromen en zij wensen de vaas, de graalbeker des harten, tot aan de rand toe te vullen met het levende water:

De vaas is uit klei gekneed, maar alleen door de ledige ruimte is zij van nut.

Tenslotte ontdekt u te staan in het vierkant. Op dit vierkant dient u uw huis te bouwen, het nieuwe tehuis, wel voorzien van deuren en vensters, voor getransfigureerde zielen:

Men maakt deuren en vensters ten dienste van het te bouwen huis,
maar alleen door de ledige ruimte zijn zij van nut.

Uit de duizenden jaren oude evangelische wijsheid van Lao Zi zien wij oprijzen het tapijt van de moderne Geestesschool. Ga op dit tapijt staan, broeder, zuster, en het zal u voeren naar de oorden der eeuwige vrijheid. Wie het verstaan kan, die versta het.

Bron: De Chinese Gnosis, door J. van Rijckenborgh en Catharose de Petri

BESTEL DE CHINESE GNOSIS

DOWNLOAD THE CHINESE GNOSIS (FREE PDF)