Een hart onder de riem van Wim Leene, geschreven voor zijn broer Jan Leene

DOWNLOAD PENTAGRAM 2019 NUMMER 4 (GRATIS PDF)

Wim Leene (fakkeldrager van het Rozenkruis 20) schreef vlak voor zijn overlijden in 1938 de onderstaande tekst voor zijn broer Jan Leene (J. van Rijckenborgh, fakkeldrager van het Rozenkruis 21). Deze is gepubliceerd in Pentagram 2019-2 en stond centraal in een tempeldienst voor Young Rosicrucians.

Broeder, sta stil en tracht u te herinneren. Vergeet de tijd die doet jachten, al was het maar tien minuten per dag. 

Aanschouw uzelf en uw medemens en zie uw handelingen. Tracht daarvan de drijfveer op te sporen in alle rechtzinnigheid en toets het resultaat aan de realiteit rondom u. 

Vergeet nooit dat de wijze sereen is en speur daarvan de oorzaak. Dood uw trots die bespottelijk is bij God. 

Roei uit de ambitie die u verplichten zal uw broeder te kwetsen. 

Laat niets uw licht zijn behalve het offer. 

Wees vlijtig maar met oordeel. Vermijd nutteloze dingen te doen, te zeggen of te zoeken, want uw tijd in dit leven is kort. 

Speur in uw hart naar de bron van alle kwaad en smoor ze, elke minuut van de dag.

Doe of zeg niets ondoordacht om geen oorzaken te scheppen voor nieuwe zorgen. 

Let wel; dat de sterkste steeds diegene is die zichzelf overwint. 

Als de pijn u overmant, breng uzelf tot kalmte, vlucht niet in de verdoving of leugen, maar beschouw ze in het licht van haar veelvoudige betekenis. Begrijp dat het wee een louterend vuur is dat de wonden uitbrandt en ontsmet. Laat u deze reiniging vurig begeren. Want niet voordat u als een feniks in dit vuur herboren wordt, zult u wegwijs worden. 

Leef in het eeuwige nu. 

Kijk niet achterom en hunker niet naar straks, want het oneindige trilt in iedere seconde. Dit kan u een grote hulp zijn op uw weg, want in het nu gedijt noch nijd, noch afgunst, noch jaloersheid, noch haat. 

Weiger u op te sluiten in een ivoren toren, want uw werkplaats is de wereld met zijn mensheid en wie zich afzondert maakt zijn ziel steriel en eigenwijs. 

Wees steeds bereid van elkaar te leren. Leer daarom luisteren en zwijgen. 

Spreek slechts als uw tong rein is en niet kwetsen wil of kan. Spreek slechts als u werkelijk iets te zeggen hebt. 

Wees geduldig en verdraagzaam door liefde.

Tracht het verlangen naar sensatie te doden, want sterke ontroeringen storen de vibratie en laten die kolken en golven als een kokende zee en brengen uw geest in verwarring. 

Tracht door onpersoonlijk begrijpen en aanvoelen objectief de dingen te zien. Wie buiten de beroeringen blijft kan ze in hun geheel overzien en met klaar oog het geneesmiddel ontwaren. 

Verlang geen zelfontwikkeling want de wijze weet dat de bloem die op de juiste grond groeit vanzelf gedijt en niets meer hoeft te doen dan zijn, met een intens verlangen naar licht. 

Besef tevens dat wat u ook doet, u steeds eenzaam zult zijn totdat u in hem de eenheid met allen bewerkstelligd zult hebben. Geen mens is in staat een ander volledig te benaderen, nog niet een seconde. 

Daarom zoek geen binding in deze wereld, want elke binding naar de natuur is een bron van pijn.

Wie zelfontwikkeling zoekt, versteent in hartstocht voor persoonlijke grootheid. 

Zijn licht is in u van de stonde af dat u het ontvangen wilt. Zolang u daarvoor niet openstaat, zult u tevergeefs naar verlichting zoeken want er is geen waarheid, geen weten buiten hem. 

Verlang vrede en geeft het voorbeeld door steeds vredig uw evenmens te benaderen, wat hij ook doet om uw toorn in u te doen ontvlammen. 

Bedenk ook dat op het pad goede bedoelingen niet volstaan. Van u wordt geëist het voorbeeld en de daad. En u zult niet doen alsof. 

U zult geen dode letter verkondigen maar waarheid naar uw ervaring. Heb de moed uzelf te zijn. Praat geen wijsheid na alvorens zij uw eigen goed is geworden, want dan zult u zijn als die papegaai die leerde te zeggen: ‘Ik heb kou’ en dat nog uitbrulde toen zijn veren in lichtelaaie stonden. 

Leer deemoedig bekennen wat u maar bent en als men u bespot, weet dan dat de spotter een dwaas is, met wie u medelijden moet hebben, maar zeg het hem niet om u zelf niet te verheffen boven uw broeder. Het licht zal u beiden oordelen. 

Als uw broeder slecht handelt in uw ogen, weiger te oordelen, want u kent Gods wegen niet en zelfs niet uw eigen weg en mocht u deze kennen, besef dan dat deze weg nooit die van uw broeder kan zijn. Ook dat een uitbarstende zweer soms een bloedzuivering kan zijn. 

Bezin u ook op datgene wat u van geboorte af werd meegegeven, zegge de eigen persoonlijkheid. Daar is reden toe. Want zij is het voertuig waarin u zich moet uitdrukken, zij vertegenwoordigt wat u te overwinnen en te beheersen hebt. Houd haar sterk in de hand en los de teugels geen seconde opdat het paard, los van de meester, niet op hol slaat.

Vergeet aldus ook niet dat de wereld zoals zij zich thans voordoet een grote
les is en dat u deze moet leren door haar geheime licht te ontfutselen, opdat zij u dient. Want u bent gesteld als een meester over de natuur en wie zegt meester zegt ook hoeder. 

Daarom, geef de wereld wat de wereld toekomt en wees goed en zorgzaam voor haar vruchten. U hebt een plicht te volbrengen, niet alleen tegenover uw medemens maar tevens tegenover het planten- en dierenrijk. Daarom leef zuinig, zonder gierigheid. Ontneem de aarde niet meer vruchten dan u nodig hebt om uw energie in stand te houden. Laat zoveel mogelijk leven, opdat u, door uw aard al een parasiet, niet doden gaat uit wellust. 

Geef nooit een strijd op, hoe moeizaam ook gestreden. Begin steeds opnieuw, zonder verpozen, totdat u het licht gaat ontmoeten. 

Houd niets voor uzelf. Geef met oordeel aan elkeen wat zij u vragen en laat nooit een persoonlijke nood voor een wereldnood gaan. 

Mocht u het met een enkel aspect van uw verzondiging al bijzonder moeilijk hebben, onttrek daaraan uw geest en u zult zien dat het onkruid sterven zal bij gebrek aan voeding. 

Als u merkt dat u vruchten van de strijd begint te plukken, sta dan niet stil. Kijk rondom u en geef van uw vruchten aan hen die hongeren en dorsten. Want het is zo dat elke vrucht na moeizame strijd verkregen en weer weggegeven, gedijt in vermenigvuldiging en u overvloedig teruggegeven zal worden, zij het dan in een nieuwe, vreemde vorm. 

Bekommer u nooit om de uitslag van de strijd want deze is gegarandeerd gewonnen als u in zijn licht staat en uzelf kunt vergeten. Zelfs al valt u duizendmaal bij gebrek aan kracht, uw wonden zullen helen en steeds zult u weer opstaan met vernieuwde kracht. 

Denk erom broeder, dat liefde, tot in de uiterste consequenties doorgedreven, het machtigste wapen is in deze wereld. Ga daarom ook nooit uitgeput langs de kant van de weg zitten. Wordt nooit hopeloos en bega niet de tegenovergestelde fout van de trotse, word niet lauw, want dan zal hij u uitspuwen en met recht. 

Zwakkelingen horen uiteraard niet in het rijk Gods. Leer, broeder, dat u geheel zult overwinnen en overwonnen worden alvorens u vrij zult zijn. Het is een strijd die u tegelijk moet winnen en verliezen. Bezint u daarop, totdat u de diepere betekenis van dit waar woord hebt ontdekt. 

Als dan weten tot u komt, zult u bemerken dat u één geworden bent met velen. Dan wacht u een grote blijdschap want van die stonde af zullen broeders en zusters zich aan u kenbaar maken en er zal vreugde zijn in hun hart en in het uwe, omdat de grote gemeenschap met één zal zijn verrijkt.

Een wetenschap is u toevertrouwd en u staat op de drempel van de wedergeboorte. Sta dan een ogenblik stil in uw grote eenzaamheid, die één is met velen. Kijk goed of niets u meer binden kan alvorens verder te gaan, want de heer zegt: ‘Voorwaar ik zeg u, wie niet alles heeft verlaten, kan mij niet volgen.’ 

Vanaf dat ogenblik zult u zich bezinnen op de passie van Christus onze heer. Die zult u zoeken en volgen tot het offer van het kruis. Uw weg zal een licht zijn en een zegening voor heel de wereld. 

Bron: Tijdschrift Pentagram 2019 nummer 2

DOWNLOAD PENTAGRAM 2019 NUMMER 4 (GRATIS PDF)