Het spijzigen van de vijfduizend met broden en trossen druiven – Hoofdstuk 29 van het Evangelie van de heilige twaalven

 

BESTEL HET EVANGELIE VAN DE HEILIGE TWAALVEN

Het verhaal over de wonderbare spijziging komt voor in alle vier de evangeliën die in de Bijbel zijn opgenomen (Matteus 14, Markus 6, Lukas 9 en Johannes 6) en in hoofdstuk 124 van het Aquarius Evangelie van Levi Dowling. De verhalen zijn vrijwel hetzelfde. J. van Rijckenborgh beschrijft een gnostieke duiding van dit verhaal uit het Nieuwe Testament in hoofdstuk 18 van De Universele Gnosis en Catharose de Petri doet dat in hoofdstuk 14 van Zeven stemmen spreken. De vertelling die is opgenomen in het onderstaande hoofdstuk 29 van het Evangelie van de heilige twaalven – waarop het boek Spirituele Pasen en Pinksteren grotendeels is gebaseerd – wijkt enigszins van af van de genoemde tekstgedeelten.

In het Evangelie van de heilige twaalven is geen sprake van vijf broden, maar van zes. Dat zou een verwijzing kunnen zijn naar de zes emanaties die meerdere malen in dit evangelie worden genoemd. In plaats van de twee vissen heeft het Evangelie van de heilige twaalven, dat gekenmerkt wordt door liefdevoor de dieren en gelijkwaardigheid van mannen en vrouwen, het over zeven trossen druiven. Zou dat verwijzen naar de ziel als zevenvoud en de symbolische betekenis van wijn? Een ander vermeldenswaardig verschil is dat vrouwen en kinderen wel zijn meegerekend zijn het getal van de vijfduizend gespijzigden.

29 HET SPIJZIGEN VAN DE VIJFDUIZEND MET ZES BRODEN EN ZEVEN TROSSEN DRUIVEN

Het paasfeest van het Pascha naderde, en de apostelen en hun jongeren verzamelden zich rondom Jezus en zij vertelden hem alles wat zij gedaan en geleerd hadden. En hij sprak tegen hen: ‘Komt met mij mee naar een afgelegen plaats in de woestijn en rust een weinig.’ Want er waren velen die kwamen en gingen en zij hadden geen tijd om te eten. Zij vertrokken in alle stilte met een schip naar een eenzame plaats. Het volk zag hen vertrekken en veel mensen herkenden hem, en uit alle steden snelden zij te voet daarheen en waren er eerder dan hij.

Toen Jezus aankwam zag hij veel mensen en werd met deernis bewogen, omdat zij als schapen zonder herder waren. De dag was ver heen toen zijn discipelen bij hem kwamen en zeiden: ‘Dit is een verlaten plaats en het is al laat. Stuur hen weg opdat zij in de omliggende dorpen brood voor zichzelf kunnen kopen, want zij hebben niets te eten.’ Hij antwoordde: ‘Geeft u hun te eten.’ En zij zeiden tot hem: ‘Zullen wij voor tweehonderd penningen brood gaan kopen en hun te eten geven?’ Hij zei: ‘Hoeveel broden hebt u? Gaat heen en ziet.’ Toen zij het wisten, zeiden zij: ‘Zes broden en zeven trossen druiven.’ Daarop gebood hij hen allen in groepen van vijftig op het gras te gaan zitten. Zij zaten in rijen van honderd en van vijftig.

Nadat hij de zes broden en de zeven trossen druiven genomen had, richtte hij zijn blik omhoog, waarna hij de broden en de druiven zegende en verdeelde. Hij gaf de stukken aan zijn discipelen en deze verdeelden ze onder allen. Allemaal aten zij en werden verzadigd. Zij verzamelden nog twaalf manden met wat overbleef. Het waren ongeveer vijfduizend mannen, vrouwen en kinderen die van de broden en vruchten gegeten hadden, en hij leerde hun veel
dingen. Toen de mensen het gezien en gehoord hadden, werden zij vervuld van blijdschap en zeiden: ‘Waarlijk, dit is de profeet die in de wereld zou komen.’ Maar toen hij merkte dat zij hem met geweld tot koning wilden maken, liet hij zijn discipelen onmiddellijk scheep gaan en hem voorgaan naar Bethsaïda, terwijl hij de mensen wegstuurde.

Toen hij hen weggezonden had, ging hij een berg op om te bidden. Hij was daar alleen toen de avond was gevallen, maar het schip bevond zich nu midden op het meer en werd door de golven heen en weer gesmeten, want de wind had zich tegen hen gekeerd. Tijdens de derde wacht in de nacht ging Jezus naar hen toe, wandelende op het meer. Maar toen de discipelen hem op het meer zagen wandelen, werden zij bang en riepen uit: ‘Het is een spook’, en zij schreeuwden van angst. Maar Jezus zei onmiddellijk tegen hen: ‘Schept goede moed, ik ben het; weest niet bevreesd.’ En Petrus antwoordde hem: ‘Heer, als u het bent, vraag mij dan om over het water naar u toe te gaan.’ En hij zei: ‘Kom.’

Toen Petrus het schip had verlaten, wandelde hij over het water naar Jezus toe. Maar toen hij merkte hoe onstuimig de wind was, werd hij bang en omdat hij begon te zinken, riep hij: ‘Heer, red mij.’ Direct greep Jezus hem met zijn hand en zei: ‘O kleingelovige, waarom twijfelde u? Had ik u niet geroepen?’ En hij ging naar hen toe, in het schip en de wind ging liggen. Zij waren buiten zichzelf van verbazing. Zij dachten echter niet aan het wonder van de broden en de druiven, want hun hart was verhard. Nu zij aan boord van het schip waren, was er windstilte. Zij brachten hem hulde, zeggende: ‘Werkelijk, u bent een zoon van God.’

Nadat zij het meer overgestoken waren, kwamen zij aan in het land van Gennesareth en gingen aan wal. Daar herkende iedereen hem onmiddellijk toen zij het schip verlieten. Zij trokken door het hele land, en men bracht de zieken in bedden naar waar zij hoorden dat hij was. Waar hij ook maar kwam, in dorpen of steden of op het land, legden zij de zieken op de weg en smeekten hem, dat zij desnoods alleen maar de zoom van zijn kleed mochten aanraken. Allen die hem aanraakten, werden genezen. Hierna ging Jezus met zijn discipelen naar Judea en daar bleef hij en doopte velen die tot hem kwamen en zijn leringen aannamen.

INHOUDSOPGAVE

Inleiding en plaatsbepaling

Proloog

    1. De afkomst en de conceptie van Johannes de Doper
    2. De onbevlekte conceptie van Jezus de Christus
    3. De geboorte van Johannnes de Doper
    4. De geboorte van Jezus Christus
    5. De openbaring van Jezus aan de magiërs
    6. Kindertijd en jeugd van Jezus
    7. De prediking van Johannes de doper
    8. De doop van Jezus‐Maria, de Christus
    9. De vier verzoekingen
    10. Jozef en Maria geven een feest voor Jezus. Andreas en Petrus vinden Jezus
    11. De zalving door Maria Magdalena
    12. De bruiloft te Kana
    13. De eerste prediking in de synagoge
    14. Andreas en Petrus worden geroepen
    15. Genezing van de melaatse en de verlamde
    16. Mattheus wordt geroepen. De gelijkenis van de nieuwe wijn in oude zakken
    17. Jezus zendt de twaalven uit
    18. De uitzending van de tweeënzeventig
    19. Jezus geeft lering over het bidden
    20. De terugkeer van de tweeënzeventig
    21. Jezus bestraft wreedheid tegen een paard
    22. Het herstel van de dochter van Jaïrus
    23. Jezus en de Samaritaanse vrouw
    24. Jezus laakt wreedheid. Hij geneest de zieken en werpt duivelen uit
    25. De Bergrede I
    26. De Bergrede II
    27. De Bergrede III
    28. Jezus bevrijdt de konijnen en duiven
    29. Het spijzigen van de vijfduizend met zes broden en zeven trossen druiven. Genezing van de zieken
    30. Het brood des levens en de levende wijnstok
    31. Het brood des levens en de levende wijstok. Jezus berispt de onnadenkende drijver
    32. God is spijs en drank voor allen
    33. Vergeving van zonden gebeurt niet door het storten van bloed van anderen
    34. De liefde van Jezus voor alle schepsels en zijn zorg voor een kat
    35. De goede wet – Maria en Martha over goddelijke wijsheid
    36. De overspelige vrouw. De farizeeër en de tollenaar
    37. De wedergeboorte van de ziel
    38. Jezus veroordeelt het mishandelen van dieren
    39. Zeven gelijkenissen over het hemelse koninkrijk
    40. Jezus verklaart aan de twaalf zijn innerlijke leer
    41. Jezus geeft de gekooide vogels de vrijheid
    42. Jezus onderwijst over het huwelijk. De zegening van de kinderen
    43. Jezus spreekt over de rijkdommen van deze wereld, over het wassen van de handen en over onzuiver voedsel
    44. De belijdenis van de twaalf. Christus de ware rots
    45. Het vragen naar tekens. De onzuivere geest
    46. De verheerlijking op de berg. De wetgeving
    47. Geest doet leven. De rijke man en de bedelaar
    48. Jezus voedt duizend mensen met vijf meloenen. Op de sabbat geneest hij de verschrompelde hand
    49. De ware tempel van God
    50. Christus het licht van de wereld
    51. De waarheid maakt vrij
    52. Christus verklaart zijn eerdere bestaan
    53. Jezus geneest de blinde op de sabbat. Jezus bij de vijver van Siloam
    54. Het verhoor van de blindgeboren man. Een levend voorbeeld uit het huis van God
    55. Christus de goede herder. Een met de vader
    56. De opwekking van Lazarus
    57. Over kleine kinderen. Vergeving van hen die zondigen. Gelijkenis van de vissen
    58. Gods liefde voor de boetvaardige
    59. Jezus onderwijst zijn discipelen. Hij vindt Zacheüs
    60. Jezus bestraft huichelarij
    61. Jezus voorspelt het einde
    62. De gelijkenis van de tien maagden
    63. De gelijkenis van de talenten
    64. Jezus onderwijst in de kring van de palmen. Het goddelijke leven en substantie
    65. De laatste zalving door Maria Magdalena. Verwaarloos het heden niet
    66. Opnieuw onderwijst Jezus zijn discipelen
    67. De laatste intocht in Jeruzalem. De schapen en de geiten
    68. De landheer en de pachters. Orde uit wanorde
    69. De innerlijke Christus. De opstanding en het leven
    70. Het zuiveren van de tempel
    71. Jezus bestraft Petrus om zijn haast
    72. De vele woningen in het huis
    73. Christus, de ware wijnstok
    74. Jezus voorspelt vervolgingen
    75. Het laatste paasavondmaal
    76. De voetwassing. Het nieuwe gebod.
    77. De strijd van de ziel in de hof
    78. Het verraad van Judas Iskariot
    79. Het Hebreeuwse verhoor voor Kajafas
    80. Het verdriet en het berouw van Judas
    81. Het Romeinse proces voor Pilatus
    82. De kruisiging
    83. De begrafenis van Jezus
    84. De opstanding van Jezus
    85. Jezus verschijnt aan twee discipelen in Emmaüs
    86. Jezus verschijnt in de tempel en de bloedoffers houden op
    87. Jezus verschijnt aan de twaalf
    88. De achtste dag na de opstanding
    89. Jezus verschijnt bij het meer van Galilea
    90. Wat is waarheid?
    91. De voorschriften van het koninkrijk I
    92. De voorschriften van het koninkrijk II
    93. De voorschriften van het koninkrijk III
    94. De voorschriften van het koninkrijk IV
    95. De hemelvaart van Christus
    96. De uitstorting van de heilige geest

De brief van Appolos de profeet

BESTEL HET EVANGELIE VAN DE HEILIGE TWAALVEN

LEES OVER DE BOVENSTAANDE EVANGELIËN