Hiërarchie – strofe 54 van de Tao Teh King en een berijming door C. van Dijk

BESTEL TAO EN TEH

LEES MEER EN DOWNLOAD HET GRATIS GEDEELTE VAN TAO EN TEH

Hieronder volgt strofe 54 van de Daodejing van Lao Zi in de vertaling van E.J. Welz en parafrasen op door C. van Dijk.

Wie goed fundeert, die bouwt stevig; wie stevig bouwt, die bouwt duurzaam.
In lengte van dagen zullen zijn kinderen en kindskinderen hem zegenen.
Zelfverbetering is het fundament der ware deugd, die, overvloeiend, de familie; zich uitbreidend, de gemeenschap; ontbloesemend, het land vernieuwt; en, ten slotte, als het zonlicht het gehele rijk doorstraalt.
Het zelf openbaart zich in anderen; één familie in andere families; een gemeenschap in andere gemeenschappen; een land in andere landen; en het rijk in zijn eigen toekomstige grootheid.
Hoe ik dit weet? Door Tao.

Hiërarchie – Vier en vijftigste Spreuk

483

Wat éénmaal sterk geplant is kan nooit meer vergaan,
De aarde ligt bereid het zaadje te ontvangen,
Waar ‘t zaad op ‘n rots belandt, daar zal geen vrucht ontstaan,
Slechts levend wordt het woord als weerklank van ‘t verlangen.

484

Wat dùs gebonden is, valt nimmer meer uiteen.
Zoo is de bloem als eenheid met hare geur geschapen.
Twee menschen zijn in de materie: ‘Eén plus één.’
Maar in den Geest ontwaakt, is: in de stof ontslapen.

485

Wie eenmaal dit erkent, zal ‘t denkbeeld verder dragen
En waar zijn stem versterft, daar blijft dit beeld bestaan.
Zoo leeft het eeuwig voort in Mythen en in Sagen
Ied’ren dag moet opnieuw Siegfried den draak verslaan.

486

Zoo moet bij ‘t ‘Ego’ zelf het groote werk beginnen.
Neem waar, hoe het persoonlijk Ik dwingend begeert.
Schrijdt voort naar ‘t Licht, dat door den nevel
Uwer zinnen Ied’re hoog’re trilling direct realiseert.

487

Zoo wordt het als een kring die rimpelt op het water,
Het Ego breidt zich uit, familie wordt geslacht,
Geslacht wordt tot een volk, waaruit een wereld later
Als hoogste menschen-ideaal wordt voortgebracht.

488

Zoo paart zich Ik aan Ik, volkomen samenklinkend,
Zooals uit dubbeltoon een harmonie ontstaat,
Die uittrilt in ‘n accoord in d’eind’loosheid verzinkend,
Onmeet’lijk zich verwijdt, maar niet verloren gaat.

489

De Staat, die deze wet negeert, kan niemand vrede schenken.
De schoon gekleurde paddestoel bloeit op verganen stam.
Wat de natuur ons leert, dat zij de richtsnoer voor ons denken,
Geen fraze redt de wereld, zij ‘t met nog zooveel tam-tam.

Bron: Tao, Universeel bewustzijn – Teh, Universeele bewustwording van E.J. Welz en C. van Dijk

BESTEL TAO EN TEH