Idealisme en realiteit – strofe 51 van de Tao Teh King en een berijming door C. van Dijk

BESTEL TAO EN TEH

LEES MEER EN DOWNLOAD HET GRATIS GEDEELTE VAN TAO EN TEH

Hieronder volgt strofe 51 van de Tao Teh King (of Daodejing) van Lao Zi (of Lao Tse) in de vertaling van E.J. Welz en parafrasen door C. van Dijk. De parafrasen zijn toegelicht door Catharose de Petri in hoofdstuk 4 van haar boekje Transfiguratie

Tao brengt alle wezens voort,
zijn adem voedt en onderhoudt hen.
Tao geeft aan alles vorm en wezen,
zijn adem brengt alles tot bloei.
Ere zij Tao.
Tao’s hoogheid en de edelheid van zijn inwezen
zijn oernatuur in alle eeuwigheid.
Daarom maakt en voedt Tao alles,
doet alles groeien en bloeien en beschermt alles.
En hoewel alles zijn eigen maaksel is,
acht Tao niets zijn eigen en begeert voor niets roem en eer;
en hoewel Tao alles leidt, laat het alles in volkomen vrijheid.
Dit is waarlijk het mysterie van kracht.

Idealisme als realiteit – Een en vijftigste Spreuk

457

De ‘Baan’ is eerste oorzaak, in zichzelf besloten.
Zij was – is – en zal zijn, in alle Eeuwigheid.
Haar Al-macht wordt begrensd door Ruimte en door Tijd
En aan haar ‘Logos’ is de wereld-ziel ontsproten.

458

De Rechte Weg is: ‘In Haar Rhythme trillen’.
In ied’ren ademtocht erkennend ‘t Al-bestaan.
Zóó in Haar Geest’lijk stralend lichten op te gaan,
Dat niets kan zijn, dan ‘t Al-bezielend willen.

459

Uit erkenning groeit onderscheidingsvermogen,
Het Wezen spiegelt zich in ‘t fenomeen.
Zoo vormt cohaesie den granieten steen,
Opdat begrip zich bindt voor onze oogen.

460

O Groote kracht, die vormen doet bezielen,
Die uit het teere zaad opstuwt den eik,
Die went’len doet de macht’ge hemel-wielen
En schept de Lotos uit het duist’re slijk.

461

Daarom zoekt ieder sterveling in ‘t leven
Dat wat hem bindt aan een vergeten woord.
Vaak trilt er even slechts een teer accoord
En vol ontzag erkent hij ‘t Godd’lijk streven.

462
Is eenmaal ‘t Licht in ‘t duister doorgebroken,
Erkent de mensch zichzelven in ‘t Heelal,
Dan kiemt het woord dat eenmaal uitgesproken
Hem vrij maakt van het aardsche tranendal.

463

De Baan verwekt en doet ‘Het’ groeien,
Ontwikkelt – voedt en vervolmaakt,
Rijpt en behoedt – doet sterven, bloeien,
In cirkeling die nimmer staakt.

464

Zij is de macht die alle dingen leidt
En niets bezit dan ‘t eigen diepe leven,
Niet doende, ademt zij de Eeuwigheid
Zij is ‘t geheim dat nimmer werd omschreven.

Bron: Tao, Universeel bewustzijn – Teh, Universeele bewustwording van E.J. Welz en C. van Dijk

BESTEL TAO EN TEH