De roman Reins licht van Ingrid Huting-van Niejenhuis gaat over Rein, over zijn leven en zoektocht naar het waarom van het leven, aangewakkerd door de drie beroemde levensvragen uit de oudheid. Gedurende zijn leven blijft Rein zich vragen stellen, maar de antwoorden vindt hij dichterbij dan hij vermoedt. In de video hierboven leest de schrijfster een gedeelte voor uit hoofdstuk 14. Hieronder volgen de uitgesproken tekst en de inhoudsopgave.
De brief van Hans ligt er opgevouwen bij, met een paperclipje tussen twee blanco bladzijden van het schriftje.
‘Beste Rein,
Ben je er inmiddels achter wat het proces van het gaan van het zielepad is? ‘Transfiguratie’ wordt dat genoemd. In het Latijn betekent dat: aan de andere zijde (trans) van de vorm (figuratie), ofwel: verandering van gedaante, van vorm. Maar de vraag die dan oprijst is: hoe gaat de weg van jou en mij door het leven dan, als je dit doel voor ogen hebt?
Wat heb je te doen en te laten als je hart ernaar hunkert om de verbinding te herstellen met het goddelijke? Krishnamurti beschrijft in Aan de voeten van de Meester’, dat je daar vier dingen voor nodig hebt: onderscheidingsvermogen, begeerteloosheid, goed gedrag en liefde.
1. Onderscheidingsvermogen helpt je in het leven om uit te zoeken wat je verder helpt op het zielepad, en wat je juist dieper het aardse leven in drukt. En om dat te kunnen onderscheiden, zul je een ding moeten doen: leef! Ga voluit het leven in, de ervaring. Onderzoek alles, en behoud het goede. En hoe druk je ook met alles bent, vergeet niet dat in je hart je bron is, waar je altijd naar kunt terugkeren. Als je dwars door de ervaring heen de hunkering blijft voelen, volg je het zielepad. En dat doet een mens, omdat hij geleerd heeft dat alleen op het zielepad die dingen worden gevonden die de moeite van het winnen waard zijn.
Onderscheidingsvermogen geldt niet alleen voor de uiterlijke dingen, maar het betreft ook jezelf en je lichaam. Je dient heel goed voor je lichaam en je geestelijke gesteldheid te zorgen. Alleen als jij in balans bent en blijft, kun je het zielepad volgen. Ik las ooit in het boek van Mirdad de zin: ’Denk alsof elk van uw gedachten in vuur op het uitspansel moest worden geëtst, zodat de gehele wereld ze kon zien. Want zo is het in waarheid.’ Dus zelfs in je gedachteleven dien je onderscheid te maken in hoe je wilt denken over jezelf en over een ander.
INHOUDSOPGAVE VAN REINS LICHT
Inleiding
Proloog
- Heemstede – Thuis
- Loslaten – Heel veel is niet wat het lijkt
- Reins dagboek: Hans – Hermes Trismegistos
- Helder Licht – Lao Zi
- De Broeder- en Zusterband – Aan alles ligt een idee ten grondslag
- Zwierig bezoek – Roemi
- Maurice en Céleste – Katharen
- Marion I
- Marion II – Wie of wat ik ben? Een vertelling
- Rein – moeder – Aramees ‘Onze Vader’
- Rein, pubers – Anders denken
- Ontmoeting – Max Heindel
- Stilte
- Kennismaking – Jiddu Krishnamurti
- Eigen wijsheid
- Samen – de wereld op zijn kop
- Patmos
- Overgave – Etty Hillesum
Dankwoord
Bron: ‘Reins Licht – fragmenten van een zoektocht naar het licht’ door Ingrid Huting-van Niejenhuis