18. Ikarus. Hemelvaart – schilderij en tekst van Joop Mijsbergen en Ankie Hettema

BESTEL’ZIEN WAT BLIJFT’

De val is voor mij niet echt duidelijk op het schilderij. Dat brengt me op andere dan de bekende gedachten over Ikarus.

Daedalus kwam uit Athene. Hij was verbannen naar Kreta. Minos, koning van Kreta bood hem een eigen huis en werkplaats aan. Want Daedalus was bouwmeester en ontwierp de meest mooie paleizen met prachtige wandschilderingen. Hij bedacht het labyrint voor de stierman, de Minotaurus.

Wanneer hij via Ariadne, Theseus de held advies geeft hoe de Minotaurus te verslaan is en de weg terug gevonden kan worden uit het labyrint, wordt hij door Minos gevangen zet, samen met zijn zoon Ikarus. Dan ontwerpt Daedalus twee paar vleugels om te kunnen vluchten en drukt zijn zoon op het hart:

‘Vlieg niet zo hoog dat de zon de was kan doen smelten en vlieg boven zee niet zo laag dat het zoute water tegen de veren slaat en de vleugels te zwaar maakt.’

En als zij dan vliegen, ziet Daedalus zijn zoon hoger en hoger vliegen, vol van een onstuitbaar verlangen. Ikarus houdt zich doof voor de angstkreten van zijn vader. Daedalus ziet hem te pletter vallen in zee.

Het lijkt misschien zinloos die hemelbestorming van Ikarus – maar kan een poging tot aan de hemel te geraken ooit verloren gaan? Zal op de rechte tijd niet voor mensen de belofte vervulling vinden dat de boog gespannen wordt tussen hemel en aarde? Is wat we zien, zijn val, dat wat terugvalt in zee niet misleidend? Ligt de waarheid juist niet in – wat we niet zien – in de omkering van het bekende?

Levend, eerlijk onstilbaar verlangen vindt zijn weg, onzichtbaar, tot vrijheid – vaart op ten hemel tot geest, ’t goddelijk vuur, onbeperkt, oneindig.

Bron: Zien wat blijft – mythen in werk en woord door Joop Mijsbergen en Ankie Hettema-Pieterse

BESTEL’ZIEN WAT BLIJFT’