LEES MEER OVER GEDACHTEN EN GEDICHTEN
O Geestvonk in mij, doorsidderd van leven,
gevoed door de kracht van het heilige vuur,
O micros, nú in het Geestveld geheven
wordt gij tot een tempel gewijd in dit uur.
Het Christusmysterie gaat zich bewijzen
in ‘t stralende Licht, aan liefde ontbrand.
De slapende zielen gaan thans herrijzen,
gewekt door het vuur uit het heilige land.
God laat niet varen de werken zijner handen,
w’ontvingen ook nú een geschenk van de Geest:
werden verbonden door gnostieke banden
met ‘t eeuwigheidswezen de Vader van ‘t Feest.
O Penta Costa! – waar de eerstelingen
gedoopt zijn met zichtbare tongen van vuur,
begenadigden boven wereldlingen
verbonden met Christus voor eeuwigheidsduur.
Na ‘t offer van Christus – nú de bekroning:
‘t bevrijdende pad nu in de ethers gegerift,
In ‘t Zevenlicht schittert nu de beloning:
de nieuwe namen in Gods gulden geschrift.