De opera’s van Richard Wagner – analyses en recensies van Peter Franken


BESTEL DE OPERA’S VAN RICHARD WAGNER

De opera’s van Richard Wagner worden nog steeds op vele plekken in de wereld uitgevoerd. Zo wordt de opera ‘Lohengrin’ van 11 november t/m 3 december 2023 in De Nationale Opera in Amsterdam op de planken gezet. Max Heindel (fakkeldrager van het Rozenkruis 19) herkende als mysteriewijsheid in die opera’s en beschreef dat uitgebreid in zijn boek ‘De mysteriën der groote opera’s’ dat in 1921 verscheen. Die uitgave is niet meer in druk verkrijgbaar, maar kan wel gratis worden gedownload als pdf. In juni verscheen het hedendaagse boek ‘De opera’s van Richard Wagner’ van Peter Franken. Daarin wijdt de auteur ook hoofdstukken aan Lohengrin en Wagners meesterwerk Parsifal.

Opera- en Wagnerkenner Peter Franken heeft als recensent meerdere keren de Bayreuther Festspiele bezocht en daar van alle opera’s van Richard Wagner meerdere voorstellingen bijgewoond. De recensies die het resultaat zijn van die bezoeken aan de Bayreuther Festspiele, zesmaal in totaal, vormen een belangrijk deel van de tekst van zijn boek De opera’s van Richard Wagner. Hoewel de recensies een sterke actualiteitswaarde hebben, bevatten ze ook veel tijdloze informatie die in combinatie met de andere beschouwingen in dit boek een compleet beeld kunnen geven van Frankens perceptie van het Wagneruniversum.

Peter Franken is langere tijd bestuurslid geweest van het Wagnergenootschap Nederland en tevens hoofdredacteur van het periodiek van deze culturele vereniging, de ‘Wagner Kroniek’. Uit die tijd stamt een groot aantal artikelen waarin alle opera’s van Wagner worden beschreven en geanalyseerd, ook de drie Frühstücke ‘Die Feen’, ‘Das Liebesverbot’ en ‘Rienzi’. Vanaf 2012 is Franken als redacteur verbonden aan het Operamagazine ‘Place de l’Opera’ waarvoor hij recensies schrijft van voorstellingen in binnen- en buitenland.

VOORWOORD

Opera kwam begin jaren ’60 in mijn leven via een grammofoonplaat vol krassen met daarop highlights van La bohème. Het was de inmiddels legendarische opname met Tebaldi en Bergonzi onder Serafin. Ik moet die plaat wel vijftig keer gedraaid hebben. Een paar jaar later kwam Wagner daarbij, via de radio middels de ouverture Tannhäuser. Dat stuk is me altijd blijven boeien en behoort nog steeds tot mijn favorieten.

Toen ik in 1968 ging studeren ontmoette ik iemand die daadwerkelijk in Bayreuth was geweest en daar Tannhaüser had gezien. Een ander deed vervolgens een duit in het zakje met een verhaal over een Lohengrin waarin de tenor aan het einde op een zwaan moest gaan zitten en zo van het toneel afging. De anekdote school erin dat de man kennelijk aangeschoten was en de zwaan met een ongecoördineerd armgebaar voorbij liet gaan zonder hem te bestijgen.
Het moet wel een opmerkelijke productie geweest zijn, zeker als je bedenkt hoe het einde van Lohengrin feitelijk verloopt.

Al met al hebben mijn vroege Wagner herinneringen weinig diepgang. De echte interesse is pas ruim dertig jaar geleden gekomen toen het beluisteren en bezoeken van opera’s mijn favoriete tijdverdrijf werd. Ik raakte zeer onder de indruk van een opname van Die Walküre met Jessey Norman als Sieglinde. Die Walküre was in 1994 ook de eerste Ring-opera die ik in het theater bezocht en wel in Keulen. Gwynneth Jones zong er één van haar laatste Brünnhildes, Gary Lakes was de Siegmund en Renate Behle de Sieglinde.

Diezelfde Walküre kreeg ik twee jaar later opnieuw te zien in Düsseldorf. Het betrof een coproductie met Keulen, zo bleek. Uit die tijd stamt mijn eerste kennismaking met het Wagnergenootschap. Inmiddels heb ik de tien opera’s behorende tot de canon elk meer dan tien keer bezocht met Die Walküre als koploper. De herneming door DNO in 2019 was nummer 25. Ook de drie Frühstücke Die Feen, Das Liebesverbot en Rienzi heb ik meermalen gezien.

Van 2011 tot 2019 was ik hoofdredacteur van het magazine van het Wagnergenootschap, de Wagner Kroniek. In die hoedanigheid heb ik veel over de opera’s van Wagner geschreven. Vanaf 2012 kwamen daar recensies bij die ik schreef voor Operamagazine Place de l’Opera. Dat maakte het ook mogelijk meerdere malen achtereen de Bayreuther Festspiele te bezoeken als vertegenwoordiger van de pers.

Dit boek is een compilatie van hetgeen ik inmiddels over de opera’s van Wagner heb geschreven. Analyses en achtergrondartikelen zijn natuurlijk tijdloos maar ook in de opgenomen recensies kan de lezer veel informatie vinden over de betreffende werken die los staat van de actualiteit.

Alle dertien opera’s van Wagner komen in dit boekje aan bod. Tijdens de Bayreuther Festspiele heb ik de tien opera’s die in het Festspielhaus worden gespeeld worden over zes seizoenen tenminste één keer bezocht en gerecenseerd. Zodoende geeft de tekst een redelijk compleet beeld van mijn persoonlijke beleving van het Wagner universum.

Natuurlijk heb ik niet alleen opera’s van Richard Wagner bezocht en gerecenseerd. Hij heeft mijn aandacht moeten delen met 140 andere componisten. Daaraan zijn twee aparte uitgaven gewijd getiteld Opera’s tot einde 19e eeuw en Opera’s vanaf einde 19e eeuw.

Rotterdam, juni 2023
Peter Franken

RICHARD WAGNER

Richard Wagner werd geboren op 22 mei 1813 in Leipzig. Hij overleed op 13 februari 1883 in Venetië. Wagner kreeg zijn muzikale opleiding aan de universiteit van Leipzig. Zijn eerste poging tot het schrijven van een theaterstuk was Leubald in de periode 1826-28. De tekst van dit ‘Trauerspiel’ is grotendeels bewaard gebleven maar de muziek is verloren gegaan, vermoedelijk door toedoen van de componist zelf. In 1832-33 volgde de opera Die Hochzeit, een onvoltooid gebleven werk waarvan het libretto door Wagner werd vernietigd nadat zijn zus Rosalie, zijn grootste fan, in niet mis te verstane termen had aangegeven het een vreselijk verhaal te vinden. Van de muziek zijn een paar kleine delen bewaard gebleven. Vermoedelijk is een deel van de verhaallijn gebruikt voor het libretto van Die Feen, Wagners eerste voltooide werk dat in 1833 gereed kwam.

Hierna volgden Das Liebesverbot en Rienzi. Deze drie werken zijn klassieke nummeropera’s maar te beginnen met Der fliegende Holländer ging Wagner meer de richting op van doorgecomponeerde werken. Waar in Tannhäuser en Lohengrin nog op zichzelf staande stukken, zeg maar aria’s, te bekennen zijn, is dat met de tetralogie Der Ring des Nibelungen definitief verleden tijd. Wagner zag zijn werk niet langer als opera’s maar als muziektheaterdrama’s, Gesamtkunstwerke waarin diverse kunstdisciplines een organisch geheel vormen. Muzikaal ontwikkelde hij een stijl die in toenemende mate werd bepaald door de toepassing van chromatiek zonder de grenzen van de tonaliteit te overschrijden. Tristan und Isolde is daarvan het sprekend voorbeeld.

Wagner is een van de meest gespeelde operacomponisten. In het seizoen 2018-19 bijvoorbeeld werden er wereldwijd 721 voorstellingen gegeven, verdeeld over 198 producties. Alle tien opera’s uit de Bayreuth canon stonden in de top honderd. Alleen van Verdi, Puccini, Mozart, Rossini, Donizetti en Bizet werden meer voorstellingen geteld met La traviata als koploper.

Over de persoon Wagner is ongelooflijk veel geschreven maar dat valt allemaal buiten het bestek van dit boek dat vrijwel geheel is gewijd aan zijn 13 werken voor het muziektheater.

DIE FEEN

Wagner voltooide de romantische sprookjesopera Die Feen in 1833, toen hij 20 jaar oud was. Hij heeft nooit een uitvoering van zijn eersteling mogen beleven, de première liet tot 1888 op zich wachten, 5 jaar na zijn dood. Ook daarna had het werk weinig succes. Zo vond de Franse première pas in 2009 plaats in het Théâtre du Châtelet in Parijs. Veel Wagnerianen, waaronder ikzelf, hebben die productie gezien. Waar Wagners tweede opera Das Liebesverbot kan worden opgevat als een Duitse Spieloper in de stijl van Lortzing, maar met sterke Italiaanse invloeden en Rienzi als een poging tot het scheppen van een Duitse grand opéra is, is Die Feen toch vooral een ‘embryonale Wagner’. Dat zit hem met name in het libretto waarin elementen voorkomen die Wagners latere werk zullen kenmerken.

Het begint al met de hoofdpersoon Arindal die met een onbekende feeënprinses heeft samengeleefd maar de eerste acht jaar van hun huwelijk niet naar haar naam en afkomst mag vragen. Dat hij dat een dag voor het aflopen van die termijn toch doet, heeft vermoedelijk te maken met het over het hoofd zien van een schrikkeljaar. En natuurlijk luidt deze blunder een reeks vreselijke gebeurtenissen in die de personages tot het einde van de opera in hun greep houden. De overeenkomst met Lohengrin en Elsa is duidelijk.

Aan het einde is sprake van verlossing van Arindal en zijn geliefde doordat beiden onsterfelijk worden, ook dat zien we in verschillende vormen in latere werken terug, zoals in Tannhäuser en Der fliegende Holländer. Tenslotte valt op dat het werk al lange verhaallijnen kent, iets dat daarna nooit echt meer over is gegaan. De jonge componist heeft duidelijk veel naar muziek van Weber (Euryanthe), Marschner (Der Vampyr, Der Templer und die Jüdin) en vooral Beethoven geluisterd, met name diens Negende en de opera Fidelio. Verder zijn er Italiaanse invloeden (Bellini) te bespeuren maar veel minder dan in Das Liebesverbot. Vocaal worden er hoge eisen aan de uitvoerenden gesteld. Zo vormt de grote scène van Ada in de tweede akte ‘Weh’mir, so nah’die fürchterliche Stunde’ een voorbode van hetgeen Wagner later zijn Brünnhildes voor zal schotelen.

Het werk kent maar liefst drie liefdesparen die een afspiegeling vormen van de adellijke rangorde. Bovenaan staan prins Arindal en zijn vrouw Ada, dochter van de feeënkoning. Daaronder de ridder Morald en diens geliefde Lora, Arindals zuster. Tenslotte Arindals vriend Gernot en Lora’s vriendin Drolla. Met zoveel hoofdrollen is het bijna onbegonnen werk het verhaal in het kort na te vertellen. Laat ik volstaan met te onthullen dat Ada enige tijd door haar vader in steen wordt veranderd, een thema dat later door von Hofmannsthal in Die Frau ohne Schatten wordt opgepakt.

In de enscenering die Renaud Doucet voor Leipzig had gecreëerd was sprake van drie handelingsniveaus. De scènes waarin Arindal centraal staat spelen zich af in een eigentijds burgerlijk milieu. Om zijn outsider rol in de feeënwereld – en zijn volstrekt gebrek aan grip op de gebeurtenissen – te benadrukken loopt hij erbij als de personificatie van de hoofdfiguur in Death of a salesman. De feeënwereld is een sprookjestuin met veel groen en ‘Eftelingkostuums’. De wereld waaruit Arindal afkomstig is, het koninklijk hof waar zijn zus Lora verblijft, heeft een zeer groots opgezette ‘Camelot-uitmonstering’ met alle denkbare clichés.

Christiane Libor, die in de Leipziger Ring Brünnhilde vertolkte, was een goede keuze voor de rol van Ada. Minder dan een dramatische sopraan is voor deze vroege Wagner-rol niet toereikend. Ze maakte indruk in haar grote solo in de tweede akte en wist ook de derde akte grotendeels naar zich toe te trekken. Grote stem, mooi gezongen, prima optreden. Lora werd vertolkt door Dara Hobbs, die Libor naar de kroon wist te steken.

De mannelijke hoofdrol was wat met Endrik Wottrich minder goed bezet. Arindal is duidelijk een voorloper van Wagners latere heldentenoren en vraagt om een type Siegmund. De man werd ook niet geholpen door de opzettelijk zeer sullige uitstraling van zijn personage.
Met het Gewandhausorchester in de bak is in Leipzig altijd sprake van een luxebegeleiding. Dirigent Friedemann Layer maakte er een potente uitvoering van, in de dramatische tweede akte sempre crescendo, met veel schwung, maar mij wel iets te luid.

Al met al een volwassen uitvoering van Wagners eersteling, een werk waar hij waarschijnlijk heel tevreden over zou zijn geweest als hij een uitvoering had kunnen meemaken op dit niveau. Een groot compliment voor de Oper Leipzig.

Overigens betekent het uitvoeringsverbod in het Festspielhaus niet dat de Wagner zich geheel en al van zijn jeugdwerk had gedistantieerd. Naar verluidt speelde hij na de voltooiing van Parsifal in Palermo in huiselijke kring delen uit Die Feen. Wellicht om het einde van zijn loopbaan als componist te symboliseren.

INHOUDSOPGAVE

Voorwoord

Richard Wagner

Die Feen
Das Liebesverbot
Rienzi
Der fliegende Holländer
Tannhäuser
Lohengrin
Der Ring des Nibelungen
De Ring in Düsseldorf
Een samengestelde Ring
De Ring van Pierre Audi
Ringen in de Metropolitan Opera
De Centennial Ring
Tristan und Isolde
Die Meistersinger von Nürnberg
Parsifal
Wagner in Frankenland 2011
Tannhäuser in Bayreuth 2011
De Ring in Bayreuth 2015
De Holländer in Bayreuth 2015
De Meistersinger in Bayreuth 2017
Tristan und Isolde in Bayreuth 2017
Lohengrin in Bayreuth 2018
Parsifal in Bayreuth 2018
Tannhäuser in Bayreuth 2019
De Holländer in Bayreuth 2021
Götterdämmerung Bayreuth 2022

Aanhangsels
Wieland Wagner en het regietheater
Een dozijn Ringen in de kast
Alex Ross’ Wagnerism
Overzicht van CD’s, DVD’s en voorstellingen
Korte inhoud Opera’s tot einde 19e eeuw
Korte inhoud Opera’s vanaf einde 19e eeuw

BESTEL DE OPERA’S VAN RICHARD WAGNER

LEES OVER DE BOVENSTAANDE BOEKEN VAN RICHARD WAGNER OVER MUZIEK