Vijf boeken over vrijheid: Hannah Arendt, Erich Fromm, Rudolf Steiner en Omraam Mikhaël Aivanhov

1 De vrijheid om vrij te zijn – Hannah Arendt
Een oproep om ook nu na te denken over vrijheid, en over de gevaren die de vrijheid bedreigen. Hannah Arendt gaat in ‘De vrijheid om vrij te zijn’ nader in op het begrip dat onze cultuur al meer dan tweehonderd jaar hoog in het vaandel draagt: vrijheid. Ze vergelijkt de twee revoluties in de tweede helft van de achttiende eeuw die bepalend waren voor onze opvatting over vrijheid: de geslaagde Amerikaanse (1776) en de mislukte Franse (1789). De Franse Revolutie bleef steken in de bevrijding, de Amerikaanse daarentegen richtte een staatsvorm in waarin de publieke zaak de hoogste prioriteit is. Arendts essay is een voortdurende oproep om ook nu na te denken over vrijheid, en over de gevaren die de vrijheid bedreigen.

BESTEL DE VRIJHEID OM VRIJ TE ZIJN

2 Het vraagstuk vrijheid – Erich Fromm
In dit boek biedt Fromm een fascinerende samenvatting van zijn ideeën over hoe enerzijds cultuur en maatschappij, en anderzijds de menselijke psyche vorm geven aan het verlangen naar vrijheid. Dit is zonder twijfel Fromms meest autobiografische werk, waarin hij uitlegt hoe en waarom ‘vrijheid’ het vraagstuk werd dat centraal kwam te staan in zijn leven, waarin hij twee wereldoorlogen meemaakte. Al op jonge leeftijd begreep hij dat de moderne opvattingen over menselijke vrijheid en het moderne denken in het algemeen hoe dan ook zijn geworteld in de intellectuele erfenis van Karl Marx en Sigmund Freud. Zowel Marx en als Freud betoogden dat de vrijheid van de mens wordt bedreigd omdat de moderne samenleving hem ‘ziek’ maakt. Aan de hand van een nog altijd hoogst actuele verkenning van hun ideeën betoogt Fromm in ‘Het vraagstuk vrijheid’ even helder als gepassioneerd hoe de opvattingen van beiden in wezen zijn geworteld in een radicaal humanistisch wereldbeeld.

BESTEL HET VRAAGSTUK VRIJHEID

3 De filosofie van de vrijheid – Rudolf Steiner
In 1891 kreeg de dertigjarige Rudolf Steiner een prachtige opdracht. Een bekende uitgeverij vroeg hem een boek over de kernvragen van de filosofie te schrijven. Ruim twee jaar later, in november 1893, verscheen De filosofie van de vrijheid, een omvangrijk werk waarin hij zijn visie op deze kernvragen uiteenzet. biedt een veelomvattende visie op de mens. Het verbindt de mens naar hoofd, hart en handen en vervalt niet in een antropologische eenzijdigheid. Het boek geeft aan hoe het individu zijn eigen desintegratie kan tegengaan en tot zelfverwerkelijking kan komen. Als de mens op eigen kracht de genoemde drie innerlijke vermogens weet te integreren, kan hij gaandeweg niet alleen zichzelf leren kennen maar ook de werkelijkheid waarin hij leeft.

BESTEL DE FILOSOFIE VAN DE VRIJHEID

4 De angst voor vrijheid – Erich Fromm
Dit boek ontrafelt de paradox dat vrijheid in de tegenwoordige wereld hand in hand gaat met de woekering van autoritarisme, destructivisme en conformisme. Heeft de mens behalve een aangeboren drang naar vrijheid misschien ook een instinctief verlangen naar onderwerping? zo formuleert Fromm het thema van dit werk. Hij ontvouwt hier een weids psychohistorisch panorama waarin ons de geschiedenis wordt getoond als enerzijds een voortdurende strijd voor vrijheid, en als anderzijds een even voortdurende vlucht voor dezelfde vrijheid.  Deze vlucht uit zich in de vrijwillige onderwerping aan religieuze dogma’s en aan politieke ideologieën, in de neiging tot zinloos geweld, en ook in de menselijke aandrift tot sociale aanpassing, willoos consumentisme en maatschappelijk conformisme. In dit boek wordt duidelijk dat zolang we de allerbelangrijkste verworvenheid van onze tijd, het individualisme, niet goed kunnen verzoenen met echte maatschappelijke samenhang, we gedoemd zijn tot schijnvrijheid. Wezenlijke vrijheid is, stelt Fromm, niet een ‘vrijheid van’, maar een ‘vrijheid tot’ – een innerlijke vrijheid tot de ontplooiing van de individuele persoonlijkheid.

BESTEL DE ANGST VOOR VRIJHEID

De vrijheid, de overwinning van de geest – Omraam Mikhaël Aïvanhov

‘Geen enkel schepsel kan in leven blijven zonder een aantal materiële elementen die het van de buitenwereld ontvangt. Alleen de Schepper ontsnapt aan deze wet, Hij heeft niets nodig buiten Zich en in die zin kun je zeggen dat alleen de Schepper vrij is. Maar aangezien Hij in alle menselijke schepselen een vonk, een geest heeft gelegd die van dezelfde wezensaard is als Hij, kan ieder van hen zich bevrijden van de beperkingen van de buitenwereld en, dankzij de geest, scheppen wat hij nodig heeft… Het Onderricht dat ik je aanreik is dat van de geest, van de Schepper en niet van de materie, van de schepping. Daarom zeg ik je: treed binnen in het gebied van de geest die schept, die boetseert, die vormgeeft, en je zult steeds meer ontsnappen aan de greep van de buitenwereld, je zult vrij zijn.

BESTEL DE VRIJHEID, DE OVERWINNING VAN DE GEEST