De Benita Kleiberg over de symboliek van de graalmaaltijd in het Parzival-verhaal van Wolram von Eschenbach

BESTEL ‘HET GRAALMYSTERIE VAN PARZIVAL’

Hieronder volgen de integrale tekst van paragraaf 3.12 en de inhoudsopgave van het boek Het graalmysterie van Parzival van Benita Kleiberg.

Parzival neemt deel aan de graalmaaltijd. In een betoverende atmosfeer wordt de Graal binnengeleid en neemt hij waar hoe de Graal allen van een vorstelijk maal voorziet. Hij merkt wel dat Anfortas zeer ziek is, maar hij durft er geen vragen over te stellen en evenmin informeert hij naar de bloedende lans en de Graal, omdat hij bang is onbeleefd te worden gevonden. Hij denkt daarbij aan de raadgevingen van Gurnemanz, die hem leerde vooral niet te veel vragen te stellen.

‘Parzival bemerkte wel de weelde, en ook het grote wonder, maar door zijn beschaafde opvoeding leek het hem pijnlijk vragen te stellen.’

De graalmaaltijd wordt door Wolfram uitgebreid beschreven en dit geeft aan dat het hier om een zeer bijzondere aangelegenheid gaat. Parzival wordt in de burcht van Anfortas in aanraking gebracht met de werkzaamheid van de Graal, die een nieuwe etherkrachtwerking in zijn stelsel voert. Van doorslaggevend belang is het echter of Parzival deze krachten in zich op kan nemen. De hele toedracht van het verhaal is daar op gespitst, dat is de kwintessens van het vijfde avontuur. De graalmaaltijd op Mont Salvat wordt geplaatst in het perspectief van een alchemische handeling.

Het menselijk ademhalingssysteem zoals dat nu functioneert, is geen afgesloten proces maar dient zich steeds meer en meer te verfijnen totdat men in staat is de goddelijke substantie, de lichtether, in zich op te nemen. Door een fundamentele omwenteling en reiniging zal men, net als een plant, op kuise wijze in zichzelf leven voort kunnen brengen. Dit heeft tot gevolg dat de geslachtelijke voortplanting op de oude wijze zal ophouden te bestaan.

De vormopenbaring van de stoffelijke natuur bestaat voor het overgrote deel uit koolstof. De getransformeerde mens zal in de toekomst ook uit koolstof bestaan, maar dan helder, zuiver en transparant van ‘vorm’, te vergelijken met diamant! Dat is de ware alchemie, die in het hoofdstuk over Hermes al werd besproken en Wolfram maakt daar in bedekte termen gewag van in zijn vertelling over de graalmaaltijd.

Parzival wordt op de Mont Salvat in aanraking gebracht met de kracht van de Heilige Geest, hij wordt verbonden met de in de geesteswetenschap bekende vier Heilige Spijzen. De vuurkracht die van de Graal uitgaat, heeft niets te maken met de etherwerking van de gewone stoffelijke natuur, die een mens bij voortduring beïnvloedt. Parzival wordt op Mont Salvat aan een vier- voudige nieuwe etherwerkzaamheid blootgesteld, die regenererend op zijn stelsel in kan werken. Het menselijk lichaam wordt niet alleen door stoffelijk voedsel in leven gehouden; voor de instandhouding van zijn gehele voertuiglijkheid heeft men een fijnstoffelijke substantie nodig, dat de hindoes ‘prana’ noemen.

De mens is in principe, vanuit het standpunt van de ziel, een levend vuursysteem. Dit vurig zielenbeginsel huist in het slangenvuurstelsel rond de wervelkolom. Hoofdbestanddeel van dit vloeibare vuur is het zeer ijle waterstof. Men zou van de mens kunnen zeggen dat hij een wandelende waterstofzuil is. Waterstof komt in een groot aantal variaties voor en wij vinden haar in alle samengestelde stoffen.

Waterstof tezamen met zuurstof brengt een brand teweeg die gestabiliseerd kan worden door het verbindingsgas stikstof, aangezien dit gas een vertragende en een regelende kracht bezit. In het menselijk organisme vindt dus een gecompliceerd proces plaats van een verbranding door het samengaan van de elementen waterstof en zuurstof onder begeleiding van het derde element stikstof, dat het geheel via een bepaald plan in een vertraagde vorm laat verlopen.

Uiteindelijk zijn deze drie elementen grondslag voor een vormopenbaring die tot ontwikkeling kan komen door het vierde element, de koolstof. Koolstof is een kristallisatiekracht die ten grondslag ligt aan alle organische stoffen. De val van de mens in de fysieke natuur is terug te voeren naar zijn slangenvuurstelsel dat niet in God maar in Lucifer ontstoken is. Zo ontstaat er een onheilige ontwikkeling die de mens meer en meer in de stof doet onderduiken. Door de vertragende werking van stikstof kristalliseert hij bij voortduring en wordt het lichaam een verdichtingproces binnengevoerd.

Ware alchemie vangt aan met het oplossen van de vier ‘onheilige’ etherwerkingen vanuit de gewone natuur. Zij worden vervangen door de etherkrachten van goddelijke oorsprong. Dan kan het alchemisch vernieuwingsproces zich doorzetten en wordt, zoals in het bovenstaande al gezegd is, de mogelijkheid geopend zelf nieuw leven voort te brengen, zoals de plant dat zonder geslachtelijke voortplanting nu al kan, hetgeen in wezen een hoger plan betekent. Met andere woorden: een hogere vorm van scheppingkracht is dan een feit geworden.

Zo neemt Parzival deel aan de graalmaaltijd waar hem de viervoudige nieuwe etherwerkzaamheid wordt aangereikt. De vier Heilige Spijzen zijn volgens Van Rijckenborgh :

  • Ignis, de oorspronkelijke ‘waterstof’, de vuurether
  • Flamma, de oorspronkelijke ‘zuurstof’ van de godsverwerkelijking, de lichtether
  • Materia, de oorspronkelijke ‘stikstof’, de tweevoudige kracht der vervulling, de levensether
  • Mater, de vormgevende, oorspronkelijke ‘koolstof’, de scheikundige ether

Op Mont Salvat wordt de Graal binnen gedragen door de maagd Repanse de Schoye en aan weerszijden van haar twee maal twaalf jonkvrouwen. Wolfram vertelt dan verder uitvoerig en veelvuldig over een viervoudigheid. Als eerste worden er 100 tafels met aan iedere tafel 4 ridders beschreven. Er zijn dus in totaal 400 ridders. Het getal 400 geeft kabbalistisch de gehele mensheid aan. In de joodse overleveringen is alles wat binnen het getal 400 ligt van deze natuur. Het joodse alfabet met haar 22 letters eindigt met de Tav als laatste letter en deze heeft een getalswaarde van 400. De 400 is het einde van de weg binnen deze stofnatuur: voor 500 zijn geen letters, meer dan het getal 400 kan deze wereld niet omvatten.

In het vijfde avontuur lezen we verder dat er vier pages waren bij elke tafel en dat er vier wagentjes voor nodig waren om het vele kostbare gouden vaatwerk naar de ridders te brengen. Langs de vier wanden werden zij voortgetrokken, en men zag telkens vier ridders het eigenhandig op tafel zetten.

‘Men gaf honderd pages een zekere opdracht: van voor de Graal namen zij in witte doeken eerbiedig brood. Tezamen keerden zij terug en gingen dan uiteen naar de verschillende tafels. Men heeft mij verteld, en ik vertel het u weer, maar op uw eed (en als ik iemand misleid liegt u dus met mij): voor de Graal lag toebereid waar elk de hand naar uitstrekte – warme en koude spijzen vond hij daar gereed liggen, nieuwe en ook wel oude gerechten, vlees van wilde en tamme dieren.

Dat heeft nooit werkelijk gestalte gekregen, zal nu menigeen zeggen. Maar wie dat zegt, vergist zich op kwalijke wijze, want de Graal was de vrucht der zaligheid, zulk een volheid van het zoete der wereld dat hij welhaast opwoog tegen wat men vertelt over het hemelrijk. Uit kleine gouden schaaltjes bediende men zich van wat bij elk gerecht paste: vleessauzen, peper, pittige vruchtensaus. De bescheiden eter als de veelvraat kregen allebei genoeg. Het werd hen keurig voorgezet.’

Wijn, moerbeiwijn of rode sinopelwijn; waar eenieder ook zijn beker voor ophield en wat hij ook te drinken wist te noemen, dat trof hij erin aan, en alles door de kracht van de Graal. Het nobele gezelschap ging bij de Graal te gast.

Wat hier op dichterlijke wijze uitgebeeld wordt, is een verwijzing naar het Heilig Avondmaal dat Christus hield in gezelschap van zijn twaalf discipelen. Deze twaalf vertegenwoordigen het menselijk geslacht; alle typen zijn hierin ondergebracht en zijn gerangschikt naar de twaalf dierenriemtekens. Zij werden door Christus ingewijd om vervolgens de wereld in te trekken om Zijn Liefdeleer te verspreiden over de gehele mensheid.

Op Mont Salvat is een vergelijkbare situatie gaande tijdens de graalmaaltijd. De Graal wordt als de Levensboom binnen gebracht en is uiteindelijk omringd door een dubbele schare van twaalf jonkvrouwen. De Graal is de Zonnekracht van Christus en wordt gedragen door Repanse, de koningin die ‘straalde als het ochtendgloren’. De stralende graaldraagster is de dichterlijke benaming voor het borstbeen, het sternum, dat ook ‘stralende’ betekent. Dit sternum is volgens Van Rijckenborgh een wonderbaarlijk orgaan. Het bezit twaalf paar aan- en afvoerwegen die het direct met het slangenvuur verbinden, en twee magnetische punten, een aantrekkend en uitstralend orgaan. Dit wonderlijk systeem speelt een grote rol ten aanzien van de Lichtkiem, verborgen in het hart.

Het mysterie van de graalmaaltijd kan pas succesvol verlopen als de verborgen Lichtkiem uit haar slaap is gewekt en werkzaam wordt in het stelsel. Dan pas kunnen de vier Heilige Spijzen opgenomen worden. Wanneer dat het geval is, zal de nieuwe etherkracht uiteindelijk het gehele slangenvuur aantasten en transformeren.

Alles hangt van Parzival af; is deze reine ziel al voldoende gerijpt om het omzettingsproces te kunnen bewerkstelligen? Daarbij gaat het niet alleen om zijn verlossing en die van de doodzieke koning. Niet voor niets zijn er in de zaal 400 ridders aanwezig zijn, wat kabbalistisch naar de gehele mensheid verwijst. Dus met andere woorden: de gehele schepping kijkt uit naar het moment van verlossing!

De graalmaaltijd op Mont Salvat bestaat uit vier verschillende onderdelen:

  1. Brood.Het belangrijkste bestanddeel dat eerbiedig en in witte doeken ge-
    wikkeld uitgedeeld wordt.
  2. Verschillende vleesgerechten: warme en koude, nieuwe en oude en van
    wilde en tamme dieren.
  3. Bijgerechten: vleessauzen, pepers en vruchtensaus.
  4. Wijnen, moerbeiwijn en sinopelwijn.

Opgeteld zijn er buiten het brood, twaalf verschillende producten waaruit naar behoefte gekozen kan worden. Het brood, het hemelse manna duidt op de Christuskracht, die door de kring van de twaalf producten, dit zijn de etherkrachten, zijn verheffing vindt. Christus zegt, dat Hij het Brood des Levens is; het is de kracht die fundamenteel is voor iedere mens. Enerzijds is dit Brood voor ieder van fundamenteel belang, anderzijds is de vorm van opname van deze Spijs van de mysterieleerling afhankelijk. Het inwijdingsproces is en blijft een individueel gebeuren. Naar gelang ieders ontwikkeling heeft men behoefte aan een passende hoeveelheid krachten en worden deze spontaan aangetrokken. Deze differentiatie brengt Wolfram op humoristische wijze:

‘De bescheiden eter zowel als de veelvraat kregen allebei genoeg’.

De al eerder onderscheiden ethertoestanden zijn werkzaam in drie verschillende vibraties, in drie aanzichten. Opgeteld krijgen we dan ook vier maal drie etherwerkingen of twaalf etherwerkzaamheden. Deze twaalfvoudige etherkrachten vinden hun weg in het menselijk lichaam: er is een groep van vier ethers die zich richten op het hersengedeelte, een groep van vier krachten die zich richten op het hart en een groep van vier die zich richt op het bekken.

Samenvattend verzinnebeeldt de graalmaaltijd de Christuskracht die over de aanwezigen wordt uitgestort en een individuele twaalfvoudige werkzaamheid bewerkstelligt, die bij het gezelschap de drieledige werking van hoofd, hart en bekken activeert. Dit alles kunnen we schematisch op de volgende wijze illustreren:

Het brood en de wijn worden rijkelijk aan ieder uitgedeeld en staan op de verticale lijn. Bovenaan geplaatst de Ignis, de oorspronkelijke waterstof der vernieuwing, de goddelijke vuurkracht. Onderaan de Flamma, de zuurstof der verwerkelijking. Deze krachten worden aan ieder ontvankelijke mysterieleerling geschonken. Het is het manna, het goddelijke voedsel vanuit de hemelsfeer, te vergelijken met ambrozijn en honing, de spijs waar de Griekse goden zich mee voedden, beide zeer fijnstoffelijke substanties die een overvloed aan zonkracht bevatten.

De gerechten op de horizontale lijn, de Materia en Mater worden door ieder naar eigen behoefte genomen en zijn, vergeleken met de producten op de verticale lijn, veel meer gekristalliseerd. Zij vertegenwoordigen het resultaat van de lichtkrachtinwerking op individueel niveau en haar uitwerking in de wereld binnen een sociale context. Met de gegeven nieuwe Lichtkracht moet de graalzoeker dus in staat zijn deze uit te dragen in de wereld; het heeft geen zin om deze voor zichzelf te houden. Men heeft daar meteen een bepaalde opdracht mee op sociaal gebied.

Helaas blijkt Parzival niet in staat de nieuwe krachten in zijn stelsel op te nemen; zijn ziel heeft daartoe nog niet de juiste rijpheid. Daardoor verzuimt hij de verlossende vraag te stellen aan Anfortas en wordt deze niet uit zijn lijden verlost.

INHOUD

1. Geestelijke en culturele invloeden op het graalthema 

  • Inleiding
  • Geschiedenisschets van de Graal
  • De oostelijke sterrenwijsheid
  • Graal en katharisme
  • Minne en jonkvrouwendienst
  • De Keltische bardencultuur, als westelijke stroom
  • Manichese invloeden uit het oosten
  • Hermes, het genie van de alchemie en inaugurator van de zuidelijke stroom
  • De Germaanse manmoedigheid als noordelijke bron

2. Enige achtergrondinformatie over het graalthema

  • Wat is de Graal?
  • Zielenontwikkeling en Graal
  • De Graal en het hart
  • Nomen omen est
  • Exacte fantasie
  • Opbouw van het verhaal

3. Voorbereidende fase en de eerste ontwikkelingen in het leven van Parzival

  • Gahmuret, onbewuste wegbereider tussen oost en west
  •  Jeschute en Orilus
  • De eerste ontmoeting met Sigune
  • Ither, de Rode Ridder
  • Gurnemanz
  • Condwiramur
  • De relatie tussen de graalburcht en de pinealis
  • De relatie tussen de graalburcht van Von Scharfenberg en de kathedralenplattegrond van Steiner
  • De graalburcht en het onzichtbare Gebouw
  • Binnenkomst in de graalburcht
  • De graalprocessie
  • De graalmaaltijd
  • Het gebroken graalzwaard
  • Tweede ontmoeting met Sigune
  • Bloeddruppels in de sneeuw
  • Cundrie, boodschapper van de Graal
  • Het slangenvuurstelsel
  • De chakra’s

4.  Gawan, de wegbereider van Parzival

  • Gawan
  • De plexus sacralis als spiegel
  • De functie van het zenuwstelsel in het alchemisch proces

5. De gespiegelde Parzival avonturen van Gawan

6. Intermezzo met Parzival die zijn geloof hervindt

  • Derde ontmoeting met Sigune
  • Trevizent
  • De Graalkelk uit jaspis
  • Trevizent II
  • Kaïn en Abel
  • Saturnus

De overwinningen van Gawan en Parzival

  • Gawan en Orguluse
  • De minneavond op Schastel Marveile
  • De zwartemagiër Klingsor
  • Gondishapur
  • De tweekamp
  • Het optreden van Gawan als voorbereiding op de ontmoeting van Parzival met Feirefis
  • De ontmoeting met Feirefis
  • De heilsmare van Cundrie
  • Het tweede bezoek aan de graalburcht en de genezing van Amfortas
  • Laatste treffen met Sigune
  • Graalavond op Mont Salvat
  • Slotbeschouwing

BESTEL ‘HET GRAALMYSTERIE VAN PARZIVAL’

LEES MEER OVER DE BOVENSTAANDE VIJF BOEKEN OVER DE GRAAL