Tag archieven: Rosicrucian Fellowship

De uitbreiding van het wereldwerk van het Rozenkruis – Geroepen door het wereldhart 2 – zeven vuurtempels

 

DEEL 1DEEL 2DEEL 3

LEES OVER GEROEPEN DOOR HET WERELDHART

BESTEL GEROEPEN DOOR HET WERELDHART

Vanaf het midden van de jaren vijftig wordt het werk van de geestesschool van het Gouden Rozenkruis en haar leiders gekenmerkt door een grote dynamiek. Begin 1956 ontvouwt J. van Rijckenborgh (fakkeldrager van het Rozenkruis 21) voor zijn verbaasde gehoor – in die tijd immers nog pas een gering aantal leerlingen – dat zij binnen zeven jaar (naast Renova) nog zes andere belangrijke centra zullen realiseren. ‘We dachten dat hij gek geworden was’, zei een van hen, ‘met zo’n kleine groep, zo’n ambitieus programma!’ Het is inderdaad weer een moment van grote verbijstering, waarvan de groep er onderhand vele gekend heeft; maar dit keer is men er algemeen van overtuigd dat de grootmeester niet reëel is en een opdracht stelt die hun gezamenlijke kracht ver en ver te boven gaat.

Maar de zes nieuwe centra, ze komen er. In 1955 komt er een nieuw spiritueel brandpunt van Lees verder

Gerrit Westenberg over The Rosicrucian Fellowship: moge de rozen bloeien op uw kruis

BESTEL SYMPOSIONBOEK GEROEPEN DOOR HET WERELDHART

De onderstaande tekst over The Rosicrucian Fellowship – de beweging waaruit De Internationale School van het Gouden Rozenkruis (Lectorium Rosicrucianum) is voortgekomen – is uitgesproken door Ger Westerberg op het symposion ‘Geroepen door het Wereldhart’ in 2009 op het conferentiecentrum Renova in Bilthoven. 

De Deen Max Heindel (fakkeldrager van het Rozenkruis 19) stichtte in 1911 een hoofdkwartier in Oceanside (Californië), van waaruit hij Lees verder

Waar haalde Max Heindel de kennis voor ‘De wereldbeschouwing der Rozenkruisers’ vandaan?

BESTEL MAX HEINDEL EN THE ROSICRUCIAN FELLOWSHIP

Het boek Max Heindel en The Rosicrucian Fellowship van Ger Westenberg verhaalt niet slechts over de vele wetenswaardigheden van Max Heindel (1865-1919, fakkeldrager van het Rozenkruis 19), maar vooral ook over The Rosicrucian Fellowship die hij oprichtte in 1909. Ook komt de relatie tussen Rudolf Steiner (fakkeldrager van het Rozenkruis 16) en Max Heindel, en de geestelijke ontwikkeling van Steiner tot 1912 aan de orde. Ook is er aandacht voor enige overeenkomsten en belangrijke verschillen tussen hun opvattingen. Van belang is de passage waarin Steiner zegt, zelf geen vertegenwoordiger te zijn van de Rozenkruisers, waarmee een eind komt aan veel gespeculeer. De onderstaande tekst is samengesteld uit gedeelten van het boek.  Lees verder