31-12 De structuren van een nieuw wereldwerk

 

GA NAAR DE LIEDTEKST

BESTEL PLAATSEN WAAR DE GEEST WAAIT

Al voor de Tweede Wereldoorlog waren de Nederlanders Jan Leene en Hennie Stok-Huizer op zoek naar levensreform, onder andere geïnspireerd door Mani’s leringen en het werk van de Orde van het Rozenkruis, zoals zij in verschillende publicaties getuigen. In hun groep, het Rozekruisers Genootschap, gebruikte Jan Leene een aantal elementen die voortkomen uit het gnostische denken van Mani (210-276). 

Zij zochten naar de verdwenen broederschappen, die in de geschiedenis een bevrijdende leer hadden gebracht. Het is daarom niet verwonderlijk dat zij in 1944 stuitten op de boeken van Maurice Magre, en getroffen werden door het zuivere karakter van de kathaarse leringen, die overeenkwamen met wat zij met hun leerlingen in de praktijk wilden brengen. De hoofdzetel van het Occitaanse christendom bevond zich in de stad Albi. De Albigenzen waren verder geheel verspreid in Zuid-Frankrijk, waarvan vooral Toulouse, Béziers en Carcassonne als voornaamste centra kunnen worden aangeduid. 

Vandaar dat zij in het jaar 1946 naar Albi reisden, waar ze in de rozentuin naast de grote kathedraal van die stad contact maakten met de atmosfeer van ‘de kerk van de Geest’; het Occitaanse christendom van weleer. Daar concipieerden zij de structuren van een nieuw werk. Hun verschillende reizen naar het gebied van de katharen resulteerden echter nog niet in een persoonlijk contact met mensen die het oorspronkelijke katharisme hier en nu konden vertegenwoordigen.

Bron: Plaatsen waar de geest waait door Peter Huijs en Mirjam Duivenvoorden, pagina 228

BESTEL PLAATSEN WAAR DE GEEST WAAIT

LEES MEER OVER GADAL SYMPOSIUM TARASCON 2021 EN BEKIJK TRAILER

VERKRIJG TOEGANG TOT DE SYMPOSIUMFILM VAN RUIM 7 UREN VOOR € 10,-