LEES HET GEDICHT ‘DE WEG’ UIT 2011
Wonder der natuur
alom heen verkommerd
machtswellustig’ blindheid
tranendal dez’ aard.
Tijd en ruimte
vereeuwigd in ’t ‘Niets’
wentelwiekend voortbestaan
adem in de mist
Ontwakend Licht
door ’t Hart ontstoken
herboren vernieuwing
vreugd breekt aan.
Bevrijding uit slavernij
richting verheven oorsprong
door hoger ‘Ik’ gewekt
te komen tot het Zelf.
Vredelievend bijenvolk
nieuwe aard’ gericht
innerlijke wijsheid
warmtestralend kerstmislicht.
Bron: De weg en andere zieleroerselen – verzameld werk van Martin van Seeters (1930-2020)