Van John Dee naar James Bond 007, overgang van het midden van het moreel kompas naar de onderste twee kwadranten

De figuur van James Bond is te zien als de personificatie van de heersende tijdgeest. Hij is door Ian Flemings gemodelleerd naar John Dee (1527-1608), één van de hoofdrolspelers in de Noordelijke Renaissance. Dee was in dienst van Elisabeth I (On her Majesty’s Secret Service), James Bond in die van Elisabeth II. Beide 007-agenten vochten tegen machten van die de wereldheerschappij naar zich toe wilden trekken. Voor Dee was dat de dogmatische kerk, voor Bond meestal economische en criminele grootmachten. 

John Dee is tegen het einde van de noordelijke renaissance één van de belangrijkste vertegenwoordigers van het gedachtegoed dat terug gaat op de legendarische Hermes Trismegistus, dat aan het einde van de middeleeuwen door geleerden in Europa uitgebreid werd bestudeerd. Dat droeg ook bij aan de ontwikkeling van wetenschap en techniek. De wetenschap heeft zich het beste kunnen ontwikkelen in landen waar het protesantisme de dogmatische houding van het katholicisme verzwakte, en waar tegelijkertijd een vorm van magie werd toegestaan. Engeland was zo’n land. Koningin Elisabeth I heeft aan de ontwikkeling van de wetenschap bijgedragen door het werk van mensen als John Dee te steunen en hen van vervolging te vrijwaren. In die rol staat hij als homo universalis in het moreel kompas van Klaas van Egmond in het midden.

John Dee werd door de Engelse koningin op Europese missie gestuurd om de mogelijkheden te verkennen van een Noord-Europese bondgenootschap, een voorhoede van landen die sneller wilden hervormen dan de rest van Europa. Hij rapporteerde als agent 007 vanuit het buitenland rechtstreeks aan de koningin onder de aanhef ‘for your eyes only’, waarbij de twee nullen met puntjes erin de ogen van de koningin moesten voorstellen. De 7 verwijst naar de spirituele achtergrond van Dee. Hij zocht steun in Frankrijk, Nederland, Duitsland en Bohemen (het huidige Tsjechië). 

De spirituele magie van Dee is bij Bond vervangen door de magie van de techniek. De Bond verhalen spelen zich af in een wereld die dankzij techniek is geglobaliseerd. Terwijl Dee nog was gefascineerd door het geestelijke, heeft Bond meer oog voor het materiële en fysieke; snelle auto’s en mooie vrouwen. De kosmopolitische en masculiene hoofdpersoon beweegt zich met veel flair in de wereld van het grote geld. Zijn strijd is mede gericht tegen de communistische ideologie, als latere uiting van het verdwijnende collectief-universele wereldbeeld. Daartegenover wordt de extreme private materiële luxe gepresenteerd als het nieuwe wenkende perspectief. In het moreel kompas van Klaas van Egmond staat James Bond in de onderste twee kwadranten.

Net als James Bond zou nu iedereen (in de westerse middenklasse) in snelle auto’s kunnen rijden en rond de wereld kunnen vliegen. Die trend naar toenemende privatisering van de welvaart zou in de volgende decennia sterk doorzetten. Maar spoedig na die boodschap van James Bond in de jaren zestig bleek dat op die manier de fysieke grenzen van het systeem aarde al snel in zicht zouden komen. Het zou de overgang naar een volgend tijdperk markeren.  

Bron: Homo Universalis – moreel kompas voor een nieuwe Europese Renaissance door Klaas van Egmond