Hieronder volgt de achtste boetezang van de dertien boetezangen die de Pistis Sophia zingt in het Evangelie van de Pistis Sophia. Deze zang staat ook bekend als het lied van de achtervolging, waarin de eonen van de natuur de Pistis Sophia met kracht aanvallen.
Op U heb ik gehoopt, o Licht!
Laat mij niet in de chaos;
verlos en red mij naar de mate van uw liefde.
Zie op mij neer en red mij; wees mijn verlosser,
o Licht, ja, red mij en breng mij tot uw licht.
Want Gij zijt mijn verlosser en Gij zult mij tot U leiden;
leid mij en schenk mij uw genade
ter wille van het mysterie van uw naam.
Gij zult mij redden van de kracht met de leeuwenkop,
die zij tot een vaststrik hebben gelegd,
want Gij zijt mijn verlosser.
En in uw handen wil ik het gereinigde van mijn licht leggen;
Gij hebt mij gered, o Licht, naar uw genade.
Gij hebt getoornd tegen hen die mij bewaken
en mij toch niet geheel zullen kunnen overweldigen;
ik heb in het Licht geloofd.
Gij hebt mij gered, o Licht, naar uw genade.
Gij hebt getoornd tegen hen die mij bewaken
en mij toch niet geheel zullen kunnen overweldigen;
ik heb in het Licht geloofd.
Ik zal mij verblijden en mij gelukkig prijzen,
dat Gij u over mij hebt ontfermd,
en acht hebt geslagen op de nood waarin ik mij bevind,
en mij hebt gered.
dat Gij u over mij hebt ontfermd,
en acht hebt geslagen op de nood waarin ik mij bevind,
en mij hebt gered.
Ja, Gij zult ook mijn kracht uit de chaos bevrijden.
Gij hebt mij niet gelaten in
de macht van de kracht met de leeuwenkop,
doch mij overgebracht naar een gebied,
waar geen verdrukking is.Bron: Het Evangelie van de Pistis Sophia
Gij hebt mij niet gelaten in
de macht van de kracht met de leeuwenkop,
doch mij overgebracht naar een gebied,
waar geen verdrukking is.Bron: Het Evangelie van de Pistis Sophia