Nietzsches ogenblik van Victor Kal – nihilisme en hypocrisie doorbreken met verantwoordelijkheid en ernst

BESTEL NIETZSCHES OGENBLIK SOFTBACK

BESTEL NIETZSCHES OGENBLIK EBOOK

Van Nietzsche weet men dat hij de ‘dood van God’ propageert, en ook de ‘wil tot de macht’. Minder bekend is dat die ‘dood van God’ de weg opent voor een betovering die in feite religieus is, terwijl de ‘wil tot de macht’ duidt op de mogelijkheid om zich als mens niet langer ergens achter te verschuilen en voortaan als mens voluit ‘soeverein’ te zijn. Het is Nietzsche te doen om persoonlijke verantwoordelijkheid en om ernst die niets ontziet. Zulke verantwoordelijkheid en ernst zouden het nihilisme en de hypocrisie waarin de moderne samenleving zich heeft laten vangen moeten doorbreken.

Intussen laat Nietzsche vrijheid en verantwoordelijkheid teruggaan op het ogenblik waarin een mens alsnog waarneemt wat hem te doen staat, zo kwetsbaar als die mens zich daarmee maakt. Door dat ogenblik telkens opnieuw tegemoet te zien verwerft een leven tegelijk grote allure en bescheiden inhoud.

Nietzsches ogenblik betreft echter ook de gedachte dat Nietzsche heden ‘zijn moment heeft’. We maken immers mee hoe volksmenners er met een zeker gemak in slagen de geesten in beslag te nemen. Nietzsche maakt duidelijk wat voor mentaliteit vereist is, wil je deze trend doorbreken. Op het spel staat de morele ruggengraat van de vrije burger.

Zorgvuldige analyse van Nietzsches denken onthult niet alleen de betekenis van zijn soms lelijke provocaties, maar maakt ook de buitengewone liefde zichtbaar die hij mensen en dingen toedraagt. Dat denken is tegelijk religieus en emancipatoir; het tweede kan niet zonder het eerste. Ook maakt de lezer kennis met een Griekse Nietzsche, en zelfs met een joodse Nietzsche.

Victor Kal (1951) was van 1994 tot 2022 hoofddocent wijsbegeerte aan de Universiteit van Amsterdam. Eerder schreef hij De list van Spinoza. De grote gelijkschakeling (2020) en Poetins filosoof. Alexander Doegin (2023).

INLEIDING

Men heeft het denken van Nietzsche wel als volgt in twee zinnen samengevat: God is dood; en: Aan goed en kwaad zijn we voorbij. Beide zinnen kun je met gemak herleiden tot wat Nietzsche inderdaad schrijft. In de tekst die volgt verdedig ik echter, eveneens onder verwijzing naar het werk van Nietzsche, de volgende twee stellingen: ‘God heeft zijn beste tijd nog voor de boeg’; en: ‘Wat goed en kwaad betreft staat de mensheid wel beschouwd nog maar aan het begin’ – zoals iedereen kan waarnemen. Nihilisme en hypocrisie beheersen het toneel “Nihilisme’: je aan de vraag hoe het moet onttrekken door je te verschuilen achter een façade van correctheid. ‘Hypocrisie’: de zaken mooi voorstellen, terwijl de ellende niet te overzien is; of: rechtvaardigheid aanhangen, als universeel principe, alleen niet als het over ‘buitenstaanders’ gaat. Kortom, de leugen regeert. Is de moderne wereld tot iets beters werkelijk niet in staat?

De betekenis van de titel van dit boek, Nietzsches ogenblik, is tweevoudig. In de eerste plaats is bedoeld het ogenblik waarin toekomst aanbreekt en een verleden voorbijgaat – het beslissende ogenblik. In Nietzsches denken, zo hoop ik duidelijk te maken, draait het van het begin tot het eind om dat bevrijdende ogenblik. In de tweede plaats is met Nietzsches ogenblik de gedachte bedoeld dat Nietzsche heden ‘zijn moment heeft’: gezien hoe het er met ons aan toe is in de wereld, heeft het grote urgentie dat wij hetgeen Nietzsche te zeggen heeft eens goed tot ons door laten dringen. Op het spel staat de mogelijkheid te ontkomen aan het nihilisme en de hypocrisie die de samenleving gevangenhouden.

Opgemerkt zij nog, nu reeds, dat je oriënteren op wat Nietzsche het ‘ogenblik’ noemt, voor het leven een superbe dynamiek met zich meebrengt. Als zodanig kun je het ogenblik immers niet conserveren; het volgende ogenblik staat al op je te wachten. Van enig ‘houvast’ (je kunt ook zeggen: van enige ‘verstarring’) kan dan niet langer sprake zijn – hetgeen misschien wel passend is nu voor ons moderne mensen ‘vrijheid’ het uitgangspunt vormt. Wat Nietzsche betreft is die vrijheid betoverend; ook houdt zij een verlangen in, en een belofte. Daar werk van te maken is Nietzsches ‘religie’.

‘God heeft zijn beste tijd nog voor de boeg’ en ‘Wat goed en kwaad betreft staat de mensheid wel beschouwd nog maar aan het begin’. Alleen in onderling verband kun je deze stellingen waarmaken. Dat ver- band kun je als volgt definiëren: alleen religie die erin slaagt zich op zo’n manier tot moraliteit (‘goed en kwaad’) te verhouden dat ‘emancipatie’ het resultaat is, heeft toekomst; lukt dit niet, dan is die religie modern gezien ongewenst. Omgekeerd moet je zeggen: alleen wanneer de moderne mens de religie (“God’) opnieuw weet uit te vinden, houdt deze mens het vol om in morele zin onafhankelijk en ‘soeverein’ te zijn; mocht hem dat niet lukken, dan is ‘morele soevereiniteit voor die mens straks een verloren zaak. Kortom, ‘God’ en ‘goed en kwaad’ horen bij elkaar, zij het niet op de manier waarop fundamentalisten en volksmenners dat zouden willen. Wat dit allemaal betekent, zal verderop duidelijk worden. Op het spel staat de morele ruggengraat van de vrije burger.

Zeker is het wel zo dat Nietzsche het christendom vierkant verwerpt, en de God die tot die religie behoort idem dito. Maar sluit dit uit dat hij op een andere manier toch een religieus denker is? Inderdaad, hij is dat niet door de een of andere ons bekende religie te vertegenwoordigen. Het is de filosofie die hem doet zien dat het menselijk bestaan een religieuze dimensie heeft. Uitgerekend op het moment dat hij ontdekt langs welke weg voor een vrij en ongebonden individu ‘morele ernst’ mogelijk is, wordt dit zichtbaar. In dat opzicht verschilt Nietzsche niet van Plato, De filosoof die zich ontwikkelt tot een religieus denker heeft dan echter nog altijd niet de beschikking over een religie. Ook Nietzsche brengt het niet zover, Wat zijn denken oplevert is iets anders: inzicht in wat de zin van ‘religie’ is; dit is tevens een antwoord op de vraag waar in het leven je de religie moet zoeken, en hoe je die religie ‘doet’.

Het is mijn opzet Nietzsche te presenteren als religieus denker, om precies te zijn als een revolutionair religieus denker. Daarin zit in meer dan één opzicht een provocatie. Wijdverbreid is immers de gedachte dat Nietzsche als denker antireligieus, destructief en reactionair is. Ik ga daar tegenin en verdedig de stelling dat zijn visie religieus, constructief en emancipatoir is. Ik zal mijn stelling onder constante verwijzing naar Nietzsches teksten verdedigen, zodat de lezer zelf kan zien hoe hij het zegt.

Hierbij heb ik nog de volgende overweging. Her en der in de wereld zijn er heden die de religie gebruiken in dienst van het een of andere vooropgezette morele of politieke doeleinde. Onveranderd pakt de religie dan autoritair en patriarchaal uit. In de manier waarop religie hier wordt ingezet, vaagweg in reactie op het nihilisme dat er is, heeft zich, zo blijkt, een regressief patroon ontwikkeld. Ik meen echter dat het tijd wordt de religie te redden uit handen van de fundamentalisten en de volksmenners. Onder verwijzing naar Nietzsche kun je niet alleen laten zien dat de religie emancipatoir moet zijn, maar ook dat je haar nodig hebt om op een niet-regressieve manier uit het nihilisme te komen – dat nihilisme waar de burgerlijk geworden samenleving al zo’n tweehonderd jaar van beticht wordt. Ziedaar misschien de urgentie van mijn verhaal.

De religie redden uit handen van de fundamentalisten vereist dat je de ‘logica’ van de religie zichtbaar maakt. Anders heb je hier als filosoof ook niets te zoeken. Die logica is ergens een lastige logica, want elke keer dat je ermee te maken hebt gaat zij vergezeld, zo zullen we zien, van een paradox. Een paradox is een stelling die er op het eerste gezicht uitziet als een tegenspraak, maar dat bij nader inzien toch niet is. Dit betekent niet dat alles gemakkelijk wordt als je de paradox doorziet. Je in zo’n paradox begeven is en blijft een waagstuk; het vereist een stap. Zonder dat zou het allemaal ook weinig voorstellen. Toch weet je bij het zetten van de stap precies wat je doet. Je bent geen obscurantist. Je handelt op basis van inzicht.

De volksmenners hebben zoals gezegd zo hun eigen manier om het nihilisme te overwinnen – je kunt ook zeggen: ten eigen behoeve te exploiteren. Ook zij verwijzen daarbij naar de religie. Zij doen dat op twee manieren: van de ene kant maken zij van de religie een fetisj (bijvoorbeeld: Poetin in Rusland. Orban in Hongarije, Modi in India); van de andere kant maken zij van de religie een demon (bijvoorbeeld: Wilders in Nederland). In beide gevallen degenereert de religie dan tot religieus-politieke kitsch.

In mijn uiteenzetting volg ik simpelweg de bekende Nietzsche-thema’s: ‘wil tot de macht’, ‘Übermensch’, herwaardering van alle waarden’, enzovoort. In de manier waarop ik die thema’s stap voor stap (en zonder enige haast) aaneenrijg, ga ik verder dan Nietzsche. Nietzsche laat zelf immers nooit het hele palet zien. Hij vertrouwt het aan zijn lezers toe te hebben verwerkt wat hij in een andere context en met andere woorden al eens gezegd had. Nietzsche leren kennen houdt daarom in een ruimte tot stand te laten komen waarin al zijn gedachten tegelijk resoneren. Je ontkomt er natuurlijk niet aan te zeggen dat Nietzsche zijn gedachten bijna steeds nogal fragmentarisch presenteert, en ook is zijn manier van zeggen dikwijls eigenaardig, wat al te beknopt, of wel erg lyrisch. Toch neemt dit niet weg dat de denker die Nietzsche is eigenlijk nooit in de war is. Zolang dat gezegd kan worden, moet het mogelijk zijn zijn denken als een welgeordend en consistent geheel te presenteren.

Aan het einde van elk hoofdstuk vindt de lezer een paragraaf waarin ik het voorafgaande hoofdstuk voorzie van een excursie, een illustratie of een supplement – dit onder verwijzing naar een aantal andere denkers: Kant en Hegel, Kafka, Camus, Spinoza en ten slotte Benjamin. Ook verwijs ik dan een paar keer naar elementen uit de religieuze traditie waarmee ik vertrouwd ben.

BESTEL NIETZSCHES OGENBLIK SOFTBACK

BESTEL NIETZSCHES OGENBLIK EBOOK

INHOUDSOPGAVE

Inleiding

  1. De wil tot macht
  2. De Übermensch
  3. De herwaardering van alle waarden
  4. Intermezzo: religie in drievoud
  5. De verspilling
  6. De verlossing van het toeval
  7. De eeuwige terugkomst
  8. Nihilisme
  9. De goden
  10. Nietzsche

Slotbeschouwing
Noten
Bibliografie

BESTEL NIETZSCHES OGENBLIK SOFTBACK

BESTEL NIETZSCHES OGENBLIK EBOOK

LEES OVER DE BOVENSTAANDE BOEKEN VAN EN OVER FRIEDRICH NIETZSCHE