Twaalf theologen des vaderlands spreken zich uit – bundel onder redactie van Almatine Leene

BESTEL THEOLOGEN DES VADERLANDS

Twaalf Theologen des Vaderlands spreken zich in deze bundel uit. Hiermee krijgt de lezer een veelkleurig, prikkelend en speels boek in handen, waarin de beste theologen van ons land persoonlijk en geëngageerd schrijven over de meest actuele topics van een theologie die midden in de samenleving staat. Met medewerking van Frank Bosman, Erik Borgman, Ruben van Zwieten, Paul van Geest, Bisschop Gerard de Korte, Janneke Stegeman, Claartje Kruijff, Stefan Paas, Samuel Lee, Mark de Jager, Almatine Leene en initiatiefnemer Tom Mikkers.

VOORWOORD – ALMATINE LEENE

Toen ik op 15 november 2020 uitgeroepen werd tot Theoloog des Vaderlands, besloot ik een lopend boekproject stop te zetten en een jaar lang geen boek te publiceren. Dat dit voornemen is mislukt, bewijst dit boek.

Nu staat dit boek wel in een traditie waarin een aantal van mijn voorgangers een essay of boek publiceerden bij het doorgeven van de titel. Die traditie zet ik hiermee voort, alleen zijn dit niet slechts mijn woorden, maar ook die van negen voormalige Theologen des Vaderlands, een voormalig Jonge Theoloog des Vaderlands en Tom Mikkers, de bedenker van deze titels. Het is boeiend om na tien jaar Theologen des Vaderlands terug te kijken op hoe het allemaal begonnen is, wat er veranderd is en wat hetzelfde is gebleven. En dat niet alleen, want de persoonlijke verhalen en belangwekkende reflecties op de huidige rol van theologie in de samenleving zijn zeer actueel, zetten aan het denken en brengen verder.

Toen ik aan het begin van mijn benoeming aan Tom Mikkers vroeg wat de verwachting was, antwoordde hij: ‘Die is er niet, die bepaal je zelf.’ Dat is mooi gezegd en zijn woorden waren in zekere zin geruststellend, maar de realiteit is uiteraard anders. Uit de verschillende hoofdstukken blijkt dat iedere theoloog zijn of haar eigen invulling heeft gegeven aan de titel en die verschillen dus behoorlijk. De ene theoloog nam haar titel juichend in ontvangst en de ander zag het eerder als zijn of haar lot.

De verwachtingen waren vaak hooggespannen en tegelijkertijd onzeker. Een jaar Theoloog des Vaderlands zijn zit vaak vol verrassingen. In elk geval heeft iedereen verschillende bijdragen kunnen leveren aan het op de kaart zetten van de theologie en het inspelen op de actualiteit. Binnen christelijk Nederland heeft het voor de broodnodige verbinding tussen vele uiteenlopende denominaties gezorgd.

De Theologen des Vaderlands hebben dan ook zeer diverse achtergronden, van katholiek tot charismatisch, van gereformeerd tot remonstrants. En seculier Nederland is er zeker mee geholpen om eenvoudig iemand te vinden die de actualiteit kan duiden en opheldering kan geven. Of dat nu gaat om wat Pasen betekent, de verkiezing van de paus, Black Lives Matter of kerken die zich niet aan de coronamaatregelen houden.

De kracht van al mijn voorgangers vind ik dat ze dicht bij zichzelf zijn gebleven en eerlijk hun ongemak, onzekerheid en frustratie delen. Maar ook hun passie, gedrevenheid en kennis zijn inspirerend.

Als Theoloog des Vaderlands krijg je veel mooie kansen, maar ook kritiek, vele verzoeken en lastige vragen. Mijn ervaring is dat het eigenlijk te veel is voor een persoon. Juist daarom is het goed om de titel weer door te geven. Op het moment van schrijven heb ik nog geen idee wie dat zal zijn, maar ik draag dit boek aan je op. Doe er je voordeel mee.

Ik wil graag de uitgever bedanken voor het mogelijk maken van dit boek. Om mij achter de broek aan te zitten terwijl ik slecht bereikbaar was door mijn volle agenda was een uitdaging. Maar door de snelle en fijne reacties van allen die een bijdrage in dit boek hebben is het allemaal toch gelukt. Allen, hartelijk dank daarvoor! En als laatste wil ik ook graag mijn man en kinderen bedanken. Toen ik twijfelde of ik wel Theoloog des Vaderlands moest worden, was het mijn man die mij over de streep trok. Zonder hem was dit jaar niet mogelijk geweest en dit boek al helemaal niet. Zijn voorbeeld van steun en opofferingsgezindheid zijn prijzenswaardig.

Almatine Leene

HOE HET ALLEMAAL BEGON – TOM MIKKERS

De Nacht van de Theologie en het ontstaan ervan heeft alles te maken met mijn persoonlijke keuze voor de studie theologie. Dat verhaal begint ergens in het voorjaar van 1989. Ik studeerde rechten in Leiden, was halverwege mijn tweede jaar en alles in me protesteerde tegen deze studie. Ik had me nooit beziggehouden met boedelverdelingen bij faillissementen of vrachtbrieven, en toch waren dat de thema’s die mijn aandacht vroegen.

Het ingewikkelde was dat er aan de buitenkant geen reden was om te stoppen. Ik scharrelde mijn studiepunten bij elkaar en ik ging braaf naar de colleges. Ik studeerde dagelijks in de universiteitsbibliotheek. En toen kwam dat moment. De scène kan ik nog uittekenen. Met één harde klap sloot ik het wetboek en mijn studieboeken en liep naar een vriendin die in de buurt van me ook aan het studeren was. ‘Ik stop ermee, ik ga theologie studeren.’

Via het vlees naar de geest

Ik had eerlijk gezegd toen geen idee wat mij precies dreef in de richting van de theologie, behalve mijn wens om te stoppen met rechten. Ik had kort daarvoor een folder gelezen over het bestuderen van wereldgodsdiensten aan de faculteit Theologie, ik kon wat vrijstellingen krijgen vanwege rechten, en het thema geloof en de studie religie hadden mijn interesse. Ook omdat ik ontdekte dat theologie een mix was van geschiedenis, talen en menswetenschappen.

Toch was dat allemaal niet doorslaggevend. Doorslaggevend was de gedachte dat ik met het verbreken van mijn rechtenstudie de verwachting van mijn vader dat ik zijn voetsporen zou treden van me afschudde. Mijn vader had in het zuiden van het land een bescheiden vleesimperium met als kroonjuweel de Kips-leverworst. Het was zijn idee voor mij om rechten te studeren. Door te kiezen voor de theologie werd ik nutteloos voor het vlees. Ik koos voor de geest. Ik vond de studie een verademing omdat alle vakken steeds weer wezen naar de inhoud, naar de kern van wat mensen drijft en motiveert. Het ging niet om winst, om verkooppraatjes of om worsten waar ik niet in geloofde.

Uiteindelijk werd de keuze voor theologie thuis ook omarmd. Het duurde even, maar bij mijn afstuderen zong mijn vader me toe op de wijs van een lied van Jacques Brel:

Onze Tom theoloog, straks ook nog dominee, even vroegen we ons af: wat moeten we ermee? Maar we zullen hem ondersteunen, dat is een besluit, we kopen een kerk en dan kan hij vooruit.

Pas veel later ontdekte ik dat ik mij weliswaar door mijn studiekeuze had ontkoppeld van een loopbaan in de onderneming van mijn familie, maar dat alle commerciële lessen die me waren ingefluisterd in mijn jeugd met me waren meegegaan in het land van het de theologie. Ik had het lastige product vlees losgelaten, maar het belang van verkoop en goed luisteren naar wat de klant wil, dat me met de pap- lepel was ingegeven, dat woonde nog gewoon in me. Dat was meeverhuisd naar de theologie en de banen waarin de vraag hoe je geloof aan de man brengt steeds weer terugkeerde.

En ik ontdekte al snel: geloof en religie zijn misschien nog wel een moeilijker product om aandacht voor te vragen in een geseculariseerd land dan vlees. Waar ik voor was weggerend – namelijk, hoe breng je een product voor het voetlicht? – kwam in volle omvang terug op mijn professionele bordje. Hoe krijg je weer aandacht voor theologie en kerk?

Het gaat over de inhoud

In 2008 was ik begonnen als algemeen secretaris van de Remonstranten en ook hier leefde deze vraag. Het kerkgenootschap kromp en vergrijsde en de gedachte was dat we te weinig in beeld waren. Met verschillende projecten probeerden we meer aandacht te genereren voor dit kleine, vrijzinnige kerkgenootschap: opinieartikelen in de krant, een groot symposium met Paul Verhoeven naar aanleiding van zijn boek over Jezus, een gids over kerk en homoseksualiteit en een liedproject met Coot van Doesburgh en Karin Bloemen. Het leverde contacten op met mensen uit de media, en het waren deze contacten die het begin waren van de Nacht van de Theologie.

Ik had genoten van de studie theologie, maar tegelijkertijd verbaasde ik me de over de naar-binnen-gerichtheid van de theologie. Theologie ging over de inhoud, niet over de vorm. Zo luidde het evangelie. Het vak was introvert en de marketing voor theologische opleidingen was nagenoeg afwezig. Goede wijn behoeft immers geen krans. Afgezien van de theoretische vraag of de dichotomie vorm en inhoud wel is vol te houden, leverde dit een praktijk op die gortdroog was als het op presentatie aankwam. De opmerking van mijn moeder bij mijn afstuderen was veelzeggend: ‘Tom, de dames hier zijn niet naar de kapper geweest.’ En zo kwam jaren later de gedachte bij mij op om te onderzoeken of we met vereende krachten een event zouden kunnen organiseren waarmee we bij een breed publiek aandacht zouden vragen voor de relevantie van de theologie.

De eerste besprekingen waren op de burelen van Trouw in Amsterdam ergens in 2010. Aanwezig waren Hennie Burggraaff (NCRV), Erik Jan Tillema (IKON), Monic Slinger- land (Trouw) en Lodewijk Dros. De laatste – toen chef religie en filosofie voor Trouw – memoreerde in dit overleg dat zijn Trouw-columniste Elma Drayer al eens had gesuggereerd dat de theologie zijn eigen ‘nacht’ verdiende, zoals de filosofen toen al enkele jaren de Nacht van de Filosofie organiseerden.

Deze gedachte werd leidend en niet lang daarna zaten we met een iets groter gezelschap in het AKN-gebouw in Hilversum, waar de NCRV huisde. Hier kreeg het idee vorm. Anders dan de Nacht van de Filosofie zou de Nacht van de Theologie geen festival worden, maar een galadiner op een prachtige locatie. We zouden prijzen uitreiken – een boekenprijs en een persoonlijkheidsprijs – en we zouden laten zien dat theologie zich wel degelijk op een moderne manier kon presenteren. De Nacht van de Theologie zou een visitekaartje worden van de Theologie in Nederland. Dat was onze ambitie.

Het galadiner

De eerste Nacht van de Theologie was ook verbonden met de langste dag van het jaar. Op 21 juni was het zover. Dankzij de protestantse kerk in Amsterdam konden we terecht in de Hermitage in Amsterdam waar zo’n tweehonderd theologen aanschoven bij een galadiner. Radio 1 deed verslag, de levensbeschouwelijke pers was aanwezig en rond twaalf uur was bekend wie ‘Theoloog van het Jaar’ was geworden: Frank Bosman van de Universiteit van Tilburg. Hij had de online stemming gewonnen en ging er met de titel vandoor. Het beste theologische boek was De Bijbel cultureel van Gerda ter Haar en Marcel Barnard. Die nacht voelde als een overwinning. Eindelijk maakte ik een evenement met theologen mee dat meer was dan pompoensoep met zuurdesembrood.

INHOUDSOPGAVE

Voorwoord

Hoe het allemaal begon – Tom Mikkers
Gelukkig was ik eigenwijzer – Frank Bosman
Terug naar God als onderzoeksprogramma – Erik Borgman
Theoloog van Europa – Ruben van Zwieten
De oneindigheid van God en van getallen – Paul van Geest
God nadenken – Gerard de Korte
Theologie van de zelfreflectie – Janneke Stegeman
Pastor des Vaderlands – Claartje Kruijff
Van geloof moet je een beetje opknappen – Stefan Paas
Theologie van oprechte betrokkenheid – Samuel Lee
Jongste Dominee van het Vaderland – Mark de Jager
Met Zuid-Afrikaanse ogen – Almatine Leene

Personalia

BESTEL THEOLOGEN DES VADERLANDS