Porphyrius: opvolger van Plotinus als leider van de neoplatoonse school in Rome

De berichten over het leven van Porphyrius, ook bekend als Babst, zijn schaars. Van tijdgenoten is niets overgeleverd, een eeuw na zijn dood moest Eunapius voor zijn biografie de gegevens zoeken in verschillende geschriften van Porphyrius (233- 305) zelf. 

Porphyrius, geboren circa 233 na Chr. in het Fenicische Tyrys, heette oorspronkelijk Malchus (‘koning’, vandaar zijn latere griekse naam Basileus). Hij was van aanzienlijke familie en vertrouwd met het Oosten: de mysteriën van de Chadeeën, Perzen en Egyptenaren waren hem bekend, zo ook de gewijde en profane literatuur van de Joden en Feniciërs en de astrologie. Zelfs van Indië bezat hij kennis. Hij volgde in Athene onder andere onderricht van Longinus in filologie en filosofie. Volgens Eunapius zou Longinus hem de naam Porphyrius hebben gegeven naar de kleur van de koningsmantel. Van Athene vertrok hij naar Rome en sloot zich van 263-268 aan bij de neoplatonist Plotinus.

Tijdens een daaropvolgend verblijf op Sicilië bleef hij in contact met Plotinus en na diens dood nam hij te Rome de leiding van de neoplatoonse school over. Hij verzorgde de uitgave van Plotinus Enneaden en schreef een biografie van Plotinus. Hij stierf in het begin van de vierde eeuw. 

Het geschrift ‘Het leven van Pythagoras’ (Pythagórou Bios) staat nog op naam van ‘Malchus of de koning’. Het maakte deel uit van een ‘Geschiedenis de filosofie’ die verder verloren is gegaan. Dit werk is waarschijnlijk tot sand gekomen in Porphyrius’ Atheense tijd, in elke geval voor de ontmoeting met Plotinus. Aan dit leven van Pythagoras liggen verschilende bronnen ten grondslag. Belangrijk zijn (voor ons verloren) werken van Nicomachus de Gerasa, Moderatus van Gades en Antonius Diogenes, alle in de groep van de eerste eeuw na Chr. geschreven; daarnaast heeft hij waarschijnlijk nog een Alexandrijnse biografie gebruikt. Porphyrius noemt zijn bronnen vaker dan Jamblichus. Men is het er vrijwel over eens dat Jamblichus Porphyrius geschrift niet gebruikt heeft voor zijn eigen betoog over Pythagoras en dat de overeenkomsten in beide werken het gevolg zijn van gedeeltelijk gebruik van dezelfde bronnen. 

Bron: ‘Leven en leer van Pythagoras – Jamblichus/Porphyrius, ingeleid, vertaald en toegelicht door H.W.A. van Rooyen-Dijkman