Marten Toonder Studio’s, Spuistraat 28 – beschrijving uit ‘Spoor van licht’ – een stadswandeling door Amsterdam

LEES OVER ‘SPOOR VAN LICHT’ OP WOENSDAG 15 JUNI EN ZONDAG 26 JUNI 2022

‘Als je begrijpt wat ik bedoel’

De oplettende lezer zal bij de woorden op de ruiten van dit pand ongetwijfeld Olivier B. Bommel voor zich zien, een van de bekendste geesteskinderen van de stripmaker Marten Toonder (1912-2005). Toonder, zoon van een kapitein op de grote vaart, reisde na de middelbare school met zijn vader mee naar Zuid-Amerika. hier kwam hij via het werk van de vroegere Walt Disney-animator Dante Quinterno in aanraking met de techniek van stripverhaal en tekenfilm. 

Naast stripmaker was hij de grondlegger van de Toonder Studio’s, waar vele Nederlandse striptekenaars het vak hebben geleerd. Tijdens de bezettingsjaren moesten tientallen mensen daar werken aan een tekenfilm in opdracht van Duitse ondernemingen, waarvan echter nooit één meter bruikbare film is afgeleverd. In die tijd dienden de Studio’s vooral als dekmantel voor illegale activiteiten. In een hulpstudio op Spuistraat 28 werd de illegale drukkerij D.A.V.I.D. (De Algemene Vrije Illegale Drukkerij) ondergebracht.

Marten Toonder was naast een ‘betoverend’ tekenaar ook een woordkunstenaar, die vele nieuwe woorden toevoegde aan de Nederlandse taal. Uit zijn pen vloeiden begrippen als ‘een groot denkraam’, ‘grofstoffelijk’, ‘zielknijper’, ‘geld speelt geen rol’.

‘Ik geloof in het geheim. Het geheim van het leven. Er is een geheim en dat is heilig.’

LEES OVER DE BOVENSTAANDE BOEKEN OVER EN VAN MARTEN TOONDER

Dat Toonder zich al vanaf zijn vroege jeugd bezig hield met mystiek en esoterie is minder bekend. In interviews vertelde hij vaker over de enorme inspiratie die voor hem uitging van de natuur en van het proces van ‘wakker worden’ tijdens het schrijfproces. Zijn zoektocht naar de essentie van het leven en zijn visie op de mens als onderdeel van een groter geheel, de relatie tussen geest en materie, geboorte en dood, reïncarnatie e.a. worden beschreven in diverse autobiografieën en in het boek ‘De Tao van Toonder’.

‘De tweedeling in geest en stof is voor mij wezenlijk. Wij leven in een stoffelijke, materiële wereld die vaak koud en onbegrijpelijk is. Dat is de wereld die we vaak beschouwen als de ‘echte’ wereld. Maar waar het echt om draait zit binnenin, want ‘geest’ is dat wat men beleeft, wat men ervaart. Het echte leven zit diep van binnen’.

Over de ‘zoektocht’ zei hij:

En of de queeste is volbracht? Soms ligt de waarde niet in hetgeen men bereikt, maar in de reis erheen.  

Bron: Spoor van licht, een wandeling door het hart van Amsterdam

LEES MEER OVER SPOOR VAN LICHT

BESTEL HET BOEKJE SPOOR VAN LICHT