BESTEL FRAGMENTEN TER BEZINNING
In de ganse alopenbaring, in heel de scheppingsruimte staat Tao – het Goddelijke Ene – in het midden. In deze onpeilbare ruimte existeren talloze astrale velden, alle zeer van elkaar verschillend. Met betrekking tot heel deze verscheidenheid, begrepen in de eenheid, moet men zeggen: “Tao staat in het midden.” Dat is, op zichzelf beschouwd, heel belangrijk en vertroostend. Maar veel belangrijker is het, te kunnen vaststellen dat van deze goddelijke kracht ‘in het midden’ emanaties uitgaan, uitvloeiingen, stralingen, werkingen.
Emanaties die heel de onpeilbare ruimte met hun majesteit vervullen. Iedere planeet, iedere zon, ieder stelsel heeft een haar of hem omringende en doordringende geestelijke Tao-essentie. Een essentie die in het midden van die hemellichamen en stelsels een brandpunt is en vormt.
De planeet die wij bewonen draagt dus Tao in de meest volstrekte zin in het hart. Daarom wordt er gezegd dat in het middelste stratum van onze planeet de Christusgeest woont. Tao is overal en bij ieder mens ‘in het absolute midden’. Dit is het grote wonder van Tao. Deze grote, levende, goddelijke kracht spreekt en is en straalt in het hart van alles en allen. Dit is de wonderbaarlijke natuur van Tao, de eigenschap Gods.
Uit: De Chinese Gnosis door J. van Rijckenborgh en Catharose de Petri
Hoofdstuk: Tao, de grote kracht in het midden