Tauler: Het is beter zichzelf éénmaal los te laten dan tien andere dingen te doen – tijdelijk van € 7,00 voor € 4,50

BESTEL TAULERS WEG NAAR BINNEN, TIJDELIJK VAN € 7,00 VOOR € 4,50

De Rijnlandse mysticus Johannes Tauler (ca. 1300 – 1361) komt in zijn preken naar voren als een bijzonder praktische leraar, de niet wegzweeft. Hij omschrijft de valkuilen van de mens op weg naar het innerlijke, spirituele leven, het leven van de ziel, en schroomt niet om man en paard te noemen. Hieronder volgt een gedeelte uit preek 77, dat is opgenomen in het boekje Taulers weg naar binnen.  

Het is beter zichzelf éénmaal los te laten dan tien andere dingen te doen. Wie er maar in zou slagen die grondige kennis van zijn eigen ‘niets’ zijn te bereiken, hij had de naaste, kortste, rechtste en zekerste weg gevonden naar de hoogste en diepste waarheid die we op aarde maar kunnen vinden. Niemand is te oud of te zwak, ook niet te onontwikkeld of te jong, niet te arm of te rijk om die weg in te slaan. De weg heet: ‘Ik ben niets.’

Och, welk een onzegbaar leven ligt er in dat ‘ik ben niets’! Jammer genoeg wil niemand die weg inslaan, waar je ook om je heen kijkt. God moge het me vergeven dat ik dit zeg! Werkelijk: we zijn, en we willen en wilden steeds ‘iets’ zijn, altijd ‘iemand’ in de ogen van een ander. De mensen zijn daar zo door bevangen en geketend dat niemand zichzelf wil loslaten; de mens valt het lichter tien andere dingen te doen dan zichzelf éénmaal grondig los te laten. En daar komt alle strijd vandaan, alle ellende. En daarom al dat gejammer, al dat klagen; daarom zijn er die schrijven, dat ze de mensen goddeloos en genadeloos vinden, liefdeloos en zonder enige deugd. Daarom vinden we geen vrede, noch van binnen noch om ons heen; alleen daaraan moeten we alles wijten wat we tegenover God en de mensen tekortschieten. En dat komt alleen doordat we ‘iets’ willen zijn!

Och, ‘niets’ te zijn, dat zou, hoe dan ook, en overal, echte, volle, wezenlijke, eeuwige vrede betekenen met alle mensen; het zou het zaligste zijn, het zekerste, het edelste wat deze wereld heeft. En toch wil niemand er moeite voor doen, rijk noch arm, jong noch oud. Luister goed: zolang je in je vlees nog een drupje bloed hebt, of merg in je botten, zonder het te hebben gebruikt om de ware overgave te bereiken, matig je dan maar niet aan te denken een volledig toegewijd mens te zijn.

Het is eerder zo: zolang jou dat allerlaatste pondje echte overgave om zover te komen, ontbreekt, zal God je eeuwig verblijven. De diepste en hoogste zaligheid zul je niet ervaren in tijd en eeuwigheid. De graankorrel moet noodzakelijkerwijze te gronde gaan, wil ze vrucht voortbrengen; sterft ze echter, dan brengt ze veel en grote vrucht voort. Ook in dit opzicht moet er een sterven plaats vinden, een vernietigd worden, een zelfvernietiging.

‘Ik ben niets’ moet een feit worden. Waarachtig, bij God die de waarheid is: dat wensen, ernaar verlangen, erom vragen is niet genoeg; je moet het met inspanning van je krachten verwerven, je moet er de moeite voor over hebben. Wat niets kost, is niets waard. Och, keer in tot jezelf en zie hoe ver je nog af bent van het innerlijk beeld van Jezus Christus en hoe weinig je pas op hem lijkt. Zijn lijden was groter en ging dieper dan al het lijden tezamen dat ooit mensen in deze tijdelijkheid hebben verduurd of ooit zullen verduren. Veel willen er zich wél aan God uitleveren, maar niet aan de mensen. Ze willen dat God het hun moeilijk maakt, maar niet dat de mensen het doen.

Nee, we moeten ons overgeven: zoals God het wil. En iemand die zo goed is je te laten zien dat je ‘niets’ bent, hem moet je met grote dankbaarheid en liefde aanvaarden; want hij herinnert je echt aan wat je bent: ‘niets’. Dat we allen tot die vernietiging mogen komen en zodoende verzinken in het goddelijk zijn, daartoe helpe ons God.

(Uit preek 77)

INHOUDSOPGAVE

Woord vooraf

Inleiding

Tauler, de ‘Gottesfreund vom Oberland’ en de Europese bewustzijnsontwikkeling

  1. De achtergrond van Taulers leven
  2. De eerste jaren
  3. Taulers weg naar zelfstandigheid
  4. Het keerpunt: de ontmoeting met een ‘vriend van God’
  5. Hoe vindt de mens zijn goddelijke grond?
  6. Het echte christelijke leven is eenvoudig, maar zonder compromis
  7. Het doorwerken van de Rijnlandse mystiek in de vijftiende en zestiende eeuw
  8. De stap voorwaarts.Van innerlijk aanschouwen tot het kennen van de Godmens.

Taulers preken: compromisloos, liefderijk en helder

I Over de onuitsprekelijke diepte van God
Gods diepe eenzaamheid en wilde duisternis
Gods last is in waarheid licht
God verlangt geen groot vernuft, alleen liefde

II Over de menselijke maat
Pijnlijke zelfkennis
Buiten het licht staan
De wezenlijke bekering

III Over de echtheid van je leven
Vasten, waken en zwijgen
De innerlijke en uiterlijke levenshouding in de praktijk
De natuurlijke deugden, de hoofddeugden en de bovennatuurlijke deugden
De vrede die van binnen komt in ons werk

IV Over het zielenfeest
Het is beter zichzelf éénmaal los te laten dan tien andere dingen te doen
Het licht der dingen
In de vereniging versmelten tot ‘niets’
Het ware feest van het innerlijke leven

V Over de ene hulp
De drie krachten
Het mystieke lichaam
Transmutatie door de heilige spijs

Bron: ‘Taulers weg naar binnen’ door Peter Huijs

BESTEL TAULERS WEG NAAR BINNEN, TIJDELIJK VAN € 7,00 VOOR € 4,50

LEES OVER DE BOVENSTAANDE BOEKEN OVER MYSTIEK UIT DE MIDDELEEUWEN