De slang nu was de listigste onder alle dieren van het veld, die de Here God gemaakt had; en hij zei tegen de vrouw: Is het echt zo dat de Here God gezegd heeft: U mag niet eten van alle bomen in de hof? En de vrouw zei tegen de slang: Van de vrucht van de bomen in de hof mogen wij eten, maar van de vrucht van de boom die in het midden van de hof staat, heeft de Here God gezegd: U mag daarvan niet eten en hem niet aanraken, anders sterft u.
Toen zei de slang tegen de vrouw: U zult zeker niet sterven. Maar de Here God weet dat, op de dag dat u daarvan eet, uw ogen geopend zullen worden en dat u Lees verder