Fragment 2 uit ‘Licht op het pad’ van Mabel Collins

BESTEL LICHT OP HET PAD & DOOR DE GOUDEN POORT

Hieronder volgt de integrale tekst van fragment 2 uit het boekje ‘Licht op het pad’ van Mabel Collins’ Het is een vervolge op fragment 1

Uit de stilte die vrede is, zal een helder klinkende stem zich verheffen. En deze stem zal zeggen: Het is niet goed; u heeft geoogst; nu moet u zaaien. En omdat u weet dat deze stem de stilte zelf is, zult u gehoorzamen.

U, die nu een leerling bent, in staat te staan, in staat te horen, in staat te zien, in staat te spreken, die de begeerte heeft overwonnen en zelfkennis heeft verworven, die uw ziel in haar bloei heeft gezien en deze heeft herkend en de stem van de stilte heeft gehoord, ga naar de Hal van Lering en lees wat daar voor u staat geschreven.

1. Houd u afzijdig in de komende strijd; en hoewel u strijdt, wees niet de krijger.

2. Zie uit naar de krijger en laat hem in u strijden.

3. Ontvang zijn bevelen tot strijd en gehoorzaam deze. Gehoorzaam hem, niet als ware hij een generaal maar als ware hij uzelf en zijn gesproken woorden de uiting van uw geheime begeerten; want hij is uzelf, maar oneindig veel wijzer en sterker dan u. Zie naar hem uit, opdat u in de hitte en de verwarring van de strijd niet aan hem voorbijgaat; en hij zal u niet kennen, tenzij u hem kent. Als uw kreet zijn luisterend oor bereikt, zal hij in u strijden en de doffe leegte daarbinnen vullen. En als dit zo is, dan kunt u het gevecht kalm en onvermoeibaar doorstaan, u afzijdig houden en hem voor u laten strijden.

Dan zal het u onmogelijk zijn ook maar één misslag te begaan. Maar als u niet naar hem uitziet, als u aan hem voorbijgaat, dan is er voor u geen bescherming. Uw brein zal weifelen, uw hart onzeker worden en in het stof van het slagveld zullen uw waarneming en zintuigen falen en u zult uw vrienden niet van uw vijanden kunnen onderscheiden.

Hij is uzelf. Toch bent u slechts eindig en kunt u fouten maken. Hij is eeuwig en is betrouwbaar. Hij is eeuwige waarheid. Wanneer hij eenmaal in u is gevaren en uw krijger is geworden, zal hij u nooit geheel verlaten; en als de dag van de grote vrede aanbreekt, zal hij één met u worden.

5. Luister naar het lied van het leven.

6. Bewaar in uw herinnering de melodie die u hoort.

7. Leer van haar de les van harmonie.

8. U kunt nu rechtop staan, vast als een rots in de branding, en de krijger gehoorzamen die uzelf en uw vorst is. Onbekommerd om de strijd, tenzij om zijn bevelen uit te voeren; zich geen zorgen meer makend over de uitslag van de strijd, want slechts één ding is belangrijk: dat de krijger zal winnen; en u weet dat hij niet kan worden verslagen; gebruik, aldus staande, kalm en wakker, het vermogen om te horen dat u door lijden en door de vernietiging van het lijden heeft verkregen.

Slechts fragmenten van het grootse lied bereiken uw oor, zolang u nog maar een mens bent. Maar als u ernaar luistert, bewaar dan getrouw de herinnering eraan, zodat niets van wat u heeft bereikt verloren gaat, en probeer daaruit de betekenis af te leiden van het mysterie dat u omringt. Zo zult u na verloop van tijd geen leraar meer nodig hebben. Want evenals het individu een stem heeft, heeft dat waarin het individu bestaat er een. Het leven zelf kan spreken en zwijgt nooit. En wat het uit, is niet – zoals u die daarvoor doof is misschien denkt – een kreet: het is een lied. Leer daaruit dat u een deel bent van de harmonie; leer daaruit gehoorzaam te zijn aan de wetten van die  harmonie.

9. Besteed ernstig aandacht aan al het leven dat u omringt.

10. Leer met verstand in de harten van de mensen te zien.

11. Schenk vooral aandacht aan uw eigen hart.

12. Want door uw eigen hart komt het ene licht dat het leven kan verlichten en het voor uw ogen helder kan maken. Onderzoek de harten van de mensen, opdat u weet wat die wereld is waarin u leeft en waarvan u deel wenst uit te maken. Zie naar het voortdurend wisselende en bewegende leven dat u omringt, want het wordt door de harten van de mensen gevormd; en naarmate u hun aard en betekenis gaat begrijpen, zult u geleidelijk het meeromvattende levenswoord kunnen lezen.

13. Spreken komt slechts door kennis. Verwerf kennis en u zult de spraak beheersen.

14. Nu u de beschikking over de innerlijke zintuigen heeft verkregen, de verlangens van de uiterlijke zintuigen bedwongen, de begeerten van de individuele ziel heeft overwonnen en kennis heeft verworven, maak u nu klaar, o leerling, de weg daadwerkelijk te gaan bewandelen. Het pad is gevonden: maak u gereed het te betreden. Vraag aan de aarde, aan de lucht en aan het water naar de geheimen die zij voor u bewaren. Door het ontwikkelen van uw innerlijke zintuigen zult u dit kunnen doen.

16. Vraag aan de heiligen van de aarde naar de geheimen die zij voor u bewaren. Het bedwingen van de verlangens van de uiterlijke zintuigen zal u het recht geven dit te doen.

17. Vraag het meest innerlijke, het ene, naar het uiteindelijke geheim dat het door de eeuwen heen voor u bewaart.

De grote, moeilijke zege, het overwinnen van de begeerten van de individuele ziel, is een werk van eeuwen; verwacht dus niet daarvoor te worden beloond voordat eeuwen van ervaring zich hebben opgestapeld. Wanneer de tijd is gekomen om deze zeventiende regel te leren, bevindt de mens zich op de drempel om meer dan een mens te worden.

De kennis die nu de uwe is, is slechts van u omdat uw ziel één is geworden met alle zuivere zielen en met het meest innerlijke. Zij is aan uw zorg toevertrouwd door het allerhoogste. Verraad haar, misbruik uw kennis of verwaarloos haar, en het is voor u zelfs nu nog mogelijk vanuit de hoge staat die u heeft bereikt, neer te storten. Groten vallen terug, zelfs op de drempel; ze kunnen het gewicht van hun verantwoordelijkheid niet dragen, en zijn niet in staat verder te gaan. Zie daarom steeds met ontzag en beven uit naar dit ogenblik, en wees op de strijd voorbereid.

Er staat geschreven dat er voor hem die op de drempel van het goddelijke staat, geen wet kan worden opgesteld, geen gids kan bestaan. Toch kan ter informatie van de leerling de laatste strijd aldus worden omschreven: Houd vast aan dat wat noch substantie noch bestaan heeft.

20. Luister slechts naar de stem die geen klank heeft.

21. Zie slechts naar dat wat onzichtbaar is voor zowel het innerlijke als het uiterlijke zintuig.

VREDE ZIJ MET U.

Bron: Licht op het Pad & Door de gouden poort van Mabel Collins

iLicht op het Pad & de gouden poort 267

BESTEL LICHT OP HET PAD & DOOR DE GOUDEN POORT